Regisseur Andrew Haigh gaf de hoofdrolspelers van zijn film All of Us Strangers vooraf één aanwijzing: ‘Ik wil zien dat jullie van elkaar houden.’ Het resulteerde in een zeldzaam emotioneel opnameproces, aldus acteur Jamie Bell.

Is het een spookverhaal? Een tijdreissprookje? Een soort koortsdroom? All of Us Strangers, de nieuwe speelfilm van de Britse regisseur Andrew Haigh (Weekend, 45 Years), is intrigerend moeilijk vast te pinnen. Het verhaal draait om Adam, een eenzame scenarist die in een vrijwel leegstaand flatgebouw in Londen woont. Als onderzoek voor een nieuw script rijdt hij op een dag naar zijn ouderlijk huis, dat hij niet meer heeft bezocht sinds zijn vader en moeder ruim dertig jaar eerder omkwamen bij een auto-ongeluk. Tot zijn verrassing treft hij het huis onveranderd aan: pa en ma blijken er nog steeds te wonen en zijn geen dag verouderd. Adam besluit de situatie niet te bevragen maar dankbaar te accepteren. Terwijl hij zijn ouders blijft bezoeken, raakt hij ook verliefd op een van de weinige medebewoners in zijn flat, de mysterieuze Harry.

All of Us Strangers is losjes gebaseerd op een Japanse fantasyroman uit 1987 van auteur Taichi Yamada. Regisseur Haigh schrapte de griezelelementen daaruit en gaf het verhaal een sterk persoonlijke twist, onder meer door de hoofdpersoon homoseksueel te maken (net als hijzelf) en diens vader en moeder te modelleren naar zijn eigen ouders. De scènes in Adams ouderlijk huis filmde Haigh zelfs in de woning waar hij zelf opgroeide.

Het resultaat is een wonderlijke, stemmige, soms heel ontroerende film – mede ook dankzij een viertal fantastische acteurs. Adam wordt vertolkt door Andrew Scott (bekend uit de series Sherlock en Fleabag), die in een eerlijke wereld zeker een Oscar zou winnen. Paul Mescal (Aftersun) biedt mooi subtiel tegenspel als minnaar Harry. En Claire Foy (The Crown) en Jamie Bell (Billy Elliot, Rocketman) zijn ontwapenend normaal en innemend als Adams ouders, die de jaren tachtig nooit zijn ontgroeid.

'Ik ben zelf zonder vader opgegroeid, dus die pijnlijk oprechte vader-zoongesprekken die mijn personage voert, kwamen bij mij wel binnen'

Jamie Bell

Vader (Jamie Bell) en Moeder (Claire Foy) in All of Us Strangers

Groepsproject

In een videogesprek vanuit Londen vertelt Jamie Bell (37) dat All of Us Strangers hem op papier al overrompelde: ‘Ik ontving het script via mijn agent, las het in één ruk uit en vervolgens bleef het maar door mijn hoofd spoken. Ik móést het met anderen delen, ook al hoort dat eigenlijk niet. Eerst gaf ik het aan mijn vrouw [actrice Kate Mara, red.], die het huilend uitlas, daarna aan vrienden en familieleden, en echt iedereen had dezelfde emotionele reactie. Dat ik deze rol moest aannemen stond buiten kijf. Een formeel castingproces was er verder niet, ik had alleen een goed gesprek met Andrew Haigh. Daarin gingen we meteen de diepte in; we spraken over de band met onze eigen ouders, over hoe het is om zelf vader te zijn. Andrew lichtte niet uitgebreid toe waarom hij mij voor de vaderrol wilde hebben, maar ik weet dat zijn eigen vader uit Noord-Engeland komt, net als ik, en zo had hij misschien nog wat associaties.’

Het maken van de film moet voor de regisseur iets therapeutisch hebben gehad, beaamt Bell. ‘Maar daar zadelde hij ons als acteurs niet mee op. Het was niet zo dat hij me vertelde hoe ik zijn vader moest spelen of zo. Integendeel, hij stimuleerde ons juist om de rollen zo persoonlijk mogelijk in te vullen. Hij wilde er echt een groepsproject van maken. In die zin vond ik hem erg genereus: hij had zelf zijn ziel in het script gelegd en nu was de beurt aan ons, zo voelde het. En ik heb die kans ook zeker aangegrepen. Ik ben zelf zonder vader opgegroeid, dus die pijnlijk oprechte vader-zoongesprekken die mijn personage voert, kwamen bij mij wel binnen. Dat heeft mijn spel ongetwijfeld beïnvloed.’

Andrew Scott in All of Us Strangers

Absurd

Voorafgaand aan het filmen werd er nauwelijks gerepeteerd, vertelt Bell. ‘Andrew Haigh gaf ons eigenlijk maar één aanwijzing: “Ik wil zien dat jullie van elkaar houden. Als dat lukt, komt het met de rest vast wel goed.” Dat bleek een goede inschatting. Van tevoren waren we allemaal wel een beetje nerveus, want de film heeft natuurlijk een vrij absurd uitgangspunt. Andrew Scott, die mijn zoon speelt, is tien jaar ouder dan ik – zoiets kan belachelijk uitpakken. Maar tijdens het draaien vielen die zorgen vanzelf weg. Door de intieme, vertrouwelijke sfeer op de set konden we als acteurs snel een band opbouwen. Met die liefde zat het dus wel goed. Daarbij hielp het ook enorm dat Andrew Scott zo sympathiek is en een verbluffend goede acteur is. Het spelen met hem raakte me steeds op twee niveaus: als acteur werd ik uitgedaagd om het allerbeste uit mezelf te halen omdat hij de lat zo hoog legt, en daarnaast wist hij me gewoon als mens te ontroeren. Om een voorbeeld te noemen: in een bepaalde scène legt hij een hand op mijn mond als hij iets niet wil horen wat ik zeg. Dat kinderlijke gebaar deed me denken aan mijn eigen kinderen, die dat net zo kunnen doen. Dat bracht instinctief iets vaderlijks in me boven, waardoor ik Andrew wilde troosten en omarmen. Op zo’n moment lopen het professionele en het persoonlijke dwars door elkaar – dat is denk ik waar Andrew Haigh op uit was. Die werkwijze had invloed op de hele set; tussen het filmen door deelden ook crewleden bijvoorbeeld vaak persoonlijke verhalen over familiebanden en zo. Heel bijzonder, dat had ik nog nooit eerder zo meegemaakt.’

All of Us Strangers

All of Us Strangers draait vanaf 25 januari in de Nederlandse bioscopen

Meer over All of Us Strangers

elke vrijdag