De op zijn club zeer gewaardeerde trainer Ries gaat methodisch te werk. Eerst prijst hij de voetbalkunsten van Daan en zegt dat hij hem wel in het eerste elftal kan krijgen. Dan neemt hij de jongen – in goed overleg met zijn nietsvermoedende ouders – mee naar profwedstrijden en uiteindelijk ook naar zijn huis, waar al snel pornofilms worden opgezet.
Dit is in een notendop het verhaal van De pupil, een film van Karin Junger die losjes gebaseerd is op Steven van der Hoevens autobiografische boek Je ogen verraden je. Ries wordt gespeeld door acteur Gijs Naber, die we begin augustus spraken over deze integere, maar vaak ook zeer ongemakkelijke film.
Hoe kwam je met dit project in aanraking?
Naber: ‘Ik werd gebeld door Karin Junger, de regisseur. Zij wilde peilen of ik überhaupt geïnteresseerd was. Omdat pedofilie en kindermisbruik zulke beladen onderwerpen zijn. Onderwerpen waar je dus heel genuanceerd over moet spreken. Karin was bang dat acteurs niet zouden willen meewerken omdat er toch een soort smet aan kleeft. Mensen zouden het verkeerd kunnen interpreteren wanneer je als acteur aan zoiets meewerkt, maar ik vind het een belangrijk onderwerp, omdat het iets is wat ons allemaal op een bepaalde manier aangaat. En al helemaal in de sportwereld, waar een op de acht kinderen er in meer of mindere mate mee te maken krijgt.’
Je zei dus ja en kreeg dat script. Wat dacht je toen je het las?
‘Een scenario lees je meteen met het idee van: hoe zou ik dat spelen? En toen ik bepaalde scènes las, dacht ik wel: hoho, hier moeten we het nog wel even over hebben. Want in dat allereerste scenario stonden nog behoorlijk expliciete scènes. Niet bedoeld om te choqueren, maar het is belangrijk hoe je een en ander in beeld gaat brengen. Ook omdat de inzet van de film– en de reden dat ik eraan wilde meewerken – altijd is geweest dat hij een zo breed mogelijk publiek moest kunnen bereiken. Dus niet alleen, sorry voor de hokjes, cinefielen die geïnteresseerd zijn in narigheid en in de zelfkant van de samenleving.’