Vier jaar na haar debuutroman wil Lale Gül nog steeds leven, maar dat gaat niet vanzelf.

Lale Gül (1997) debuteerde op haar 23ste met het autobiografische boek Ik ga leven, waarin ze kritisch is op haar streng islamitische opvoeding. Het boek werd een bestseller, maar de gevolgen waren stevig: ernstige (doods)bedreigingen en een woedende familie. Ondertussen hees Geert Wilders haar in verkiezingstijd op zijn anti-islamschild, waarmee ze onbedoeld een postergirl voor extreemrechts werd.

De documentaire Ik leef mijn eigen leven is een portret van de jonge schrijver en de taaie framing waar ze mee te maken heeft sinds haar stormachtige debuut. In de openingsscène is Gül zich aan het opmaken, er wordt stevig geplamuurd (ze leert make-uppen van tutorials van Nikki de Jager). Haar lipfillers passen niet bij het beeld van een serieuze schrijver, vertelt ze. Maar voor de kijker is al snel duidelijk dat Gül zich daar weinig van aantrekt.

Toch zien we Gül in de documentaire veelvuldig op haar kwetsbaarst, een jonge vrouw die veel vaker dan haar lief is, alleen is. Het helpt niet mee dat ze sinds haar overstap als columnist van Het Parool naar De Telegraaf continu beveiliging nodig heeft. Haar verslag van hoe het is om te daten met spierbundels met oortjes in op gehoorsafstand die toekijken als er onverhoopt toch een keer gezoend wordt, is onbetaalbaar.

Lale Gül

Er is veel gezegd en geschreven over Lale Gül, ze is zo iemand over wie, net als Greta Thunberg, iedereen wel een mening heeft. Ik leef mijn eigen leven is gelukkig geen hagiografie. Het is vooral een indringend verhaal over een jonge vrouw met een wens om vrij te zijn en de prijs die ze daarvoor betaalt.

Twee dingen vallen op: sinds haar overstap naar De Telegraaf is het beeld van haar als rechtse schrijver bijna in steen gebeiteld. Maar, zo zegt ze: ‘Ik heb NRC benaderd, die wilde niet. De Volkskrant wilde niet. Trouw wilde niet. De Telegraaf wilde wel.’ En in datzelfde kader: ze noemt zichzelf links-progressief. Maar alle steunbetuigingen komen uit rechtse hoek. En vanuit links is het oorverdovend stil. Hardop vraagt ze zich af of het dan niet logisch is dat ze een bepaalde kant wordt opgeduwd.

Er zijn veel aandoenlijke momenten in de documentaire, zoals wanneer ze vertelt over hoe ze vroeger probeerde met blonde Nederlandse mannen te flirten toen ze nog een hoofddoek droeg (de mannen schrokken vooral), als ze aan de keukentafel bij Femke Halsema vraagt of zij misschien nog een man voor haar kent. Als ze bezig is met een column over de SGP: ‘Zo, weer een paar extreem conservatieve mannen boos gemaakt.’ Maar vooral: als ze toegeeft niet trots op zichzelf te kunnen zijn, omdat haar familie zoveel last heeft van haar succes. Je gunt haar bovenal, een eigen leven (en een leuke man).

Ik leef mijn eigen leven

zondag 9 november

NPO 3 20.15-21.20

de nieuwste documentairetips in je mailbox?