Het was de nacht van 10 januari 1978, een doordeweekse maanloze nacht, waarop radiomaker Willem de Ridder met zijn hypnotiserende stem de luisteraar in vervoering bracht. De radiomaker was dwingend: de luisteraar moest de instructies strikt opvolgen. ‘Begeef u nu naar uw automobiel en klem duidelijk zichtbaar een uitgeknipt doodshoofd uit de VPRO Gids achter de ruitenwissers. Wie geen auto had werd geacht te liften.’
Eenmaal onderweg werden de commando’s steeds absurder: ‘Als ik tot drie tel, doet u allen tien tellen de lichten uit.’ De automobilist mocht maximaal zeventig kilometer per uur rijden op de snelweg. Ook werd de luisteraars opgedragen om seks te hebben in de auto en sterke drank te nuttigen.
Voor het verhogen van de spanning waren er fake nieuwsberichten: ‘In de omgeving van Werkendam is zojuist het ontzielde lichaam aangetroffen van een jonge vrouw. Het zou gaan om een liftster die meedeed aan De doodsangstescapade.’
Het doel van de avontuurlijke reis was het slaperige vissersstadje Woudrichem. Daar zou een kleine veerboot klaarliggen naar slot Loevestein.
OVT spreekt met de betrokkenen van destijds. Met de vissers in Woudrichem en de deelnemers aan het radioprogramma.
Voor de Woudrichemmers blijkt de nachtelijke invasie een totale verrassing te zijn geweest. De enige die het wist was de veerman, Janus Baks. Hij was gebeld door De Ridder of hij enkele tientallen mensen zou kunnen overzetten in de loop van de avond. Het was niet helemaal conform de realiteit.
De veerman zag zich uiteindelijk geconfronteerd met niet tientallen maar duizenden mensen die ‘helemaal van het padje af waren’. Baks sloot zich op in het wachthuisje en posteerde zich achter de deur met een bijl. De Woudrichemmers keken machteloos toe hoe tientallen roeiboten uit de scheepswerf werden gejat. Sommige deelnemers aan het radiospektakel sprongen in de brede ijskoude rivier. Koste wat kost moest de overkant worden bereikt. De onrust hield aan tot half zeven de volgende ochtend. Geen van de Woudrichemmers durfde in te grijpen.
‘Het evenement eindigde enorm lullig,’ vertelt Frank Herrebout, een van de deelnemers destijds. Van de drieduizend mensen wist maar een handvol kasteel Loevestein te bereiken. Daar stonden enkele fakkels. Een van de deelnemers zat met natte kleren bij een haardvuur. Verder niets.
Willem de Ridder was er ook, maar hield zich stil. Later heeft hij verteld dat het zijn finest moment was geweest hoe midden in de nacht een lichtgloed aan de horizon was verschenen van duizenden koplampen. Toen besefte hij wat hij had ontketend.