Het schubdier Kulu snuffelt met zijn spitse snuit over de grond, steekt zijn lange tong uit en likt allerlei mieren en termieten op. Het kleine, met schubben bedekte dier wandelt door het Zuid-Afrikaanse landschap, met in zijn kielzog Gareth Thomas, een vrijwilliger die probeert Kulu te herintroduceren in het wild.
In de documentaire Pangolin: Kulu’s Journey volgen we de twee, die maandenlang tot elkaar veroordeeld zijn. Kulu is namelijk gered uit de handen van illegale handelaars, maar kan niet zomaar vrijgelaten worden. Eerst moet hij aansterken en aankomen, wat maanden kan duren. Gedurende deze periode volgt Thomas hem dagelijks op zijn verkenningstochten.
Regisseur Pippa Ehrlich maakte in 2020 My Octopus Teacher, een documentaire over de onwaarschijnlijke band tussen een octopus en een Zuid-Afrikaanse man. Die film deed je beseffen hoe bijzonder octopussen eigenlijk zijn, waardoor je in staat was om je in te leven in het dier.
Nu richt de filmmaker haar lens op het in Azië en Afrika levende schubdier, dat evenals de octopus niet erg bekend of knuffelbaar is. En ook zij verdienen meer bescherming, want schubdieren zijn momenteel de meest verhandelde zoogdieren ter wereld: schattingen lopen uiteen van tienduizenden tot honderdduizenden dieren per jaar. Er zijn landen waar het vlees als een delicatesse geldt en een groot deel eindigt in China, waar traditionele medicijnen van de schubben worden gemaakt – al is de werking ervan nooit wetenschappelijk aangetoond.
Ook Kulu stond dit lot te wachten, tot hij werd gered door het team van Thomas. Maar schubdieren uitzetten in het wild is extreem ingewikkeld, zo blijkt uit de documentaire. De beesten zijn schuw, ze leven solitair en dat doen ze bij voorkeur ’s nachts en vaak ook nog ondergronds. Het is moeilijk om aan duizenden mieren te komen om ze te voeren, dus daarom moeten ze zelf op zoek naar voedsel. Vandaar dat Kulu dagelijks buiten gemonitord wordt door Thomas, net zolang tot hij sterk genoeg is om op zijn eigen poten te staan.