Een geslaagde documentaire kan zo simpel zijn als dit: fotograaf verhuist, is geïntrigeerd door zijn nieuwe buurt en portretteert deze. Jaap van den Beukel (1966) trok in een flat met uitzicht op Tuindorp Nieuwendam in Amsterdam-Noord en maakte over deze karakteristieke jarentwintigwijk eerder al een mooie fotoserie en -boek: Mijn Noord.
Van den Beukel laat ons kennismaken met oude en nieuwe bewoners, maar vooral de oude garde komt aan bod. Als eerste de prachtige Lydia, een oudere vrouw in een scootmobiel, die hij eerst niet durft te benaderen vanwege haar norse gezichtsuitdrukking, maar die heel lief blijkt.
De wooncrisis krijgt gestalte via de 54-jarige Robbert, die nu twaalf jaar bij zijn moeder woont: relatie uit, baan verloren en opeens zit je weer bij mams op de bank. Inmiddels heeft Robbert zijn leven weer op de rit – hij werkt bij het Rijksmuseum – maar hij eindigt steeds in de onderste regionen van de ranglijst als hij reageert op een sociale huurwoning.