Op de laatste dag van het filmfestival van Cannes zet de redactie van VPRO Cinema hun favorieten films op een rij: van prachtige drama's uit Noorwegen en Duitsland tot een covidsatire uit Amerika en een Braziliaanse thriller.

De line-up van Cannes 2025 beloofde vooraf veel goeds, met in de hoofdcompetitie o.a. nieuwe films van Ari Aster, Wes Anderson en Julia Ducournau, en de uiteindelijke oogst viel bepaald niet tegen. De redactie van VPRO Cinema bekeek een flink deel van de hoofdcompetitie, plus een aantal films in de nevensecties van het festival. Hieronder sommen ze hun favorieten op, in willekeurige volgorde.

Sentimental Value (Joachim Trier)

De Noorse regisseur Joachim Trier maakte twee films in Amerika – Louder Than Bombs en Thelma – maar zijn beste films maakte hij in eigen land: Reprise, Oslo, August 31 en The Worst Person in the World. Die laatste komt alweer uit 2021 en hoofdrolspeelster Renate Reinsve won hier in Cannes toen de prijs voor beste actrice. Reinsve doet ook weer mee in Triers nieuwe film Sentimental Value. Daarin speelt ze Nora, een van de twee dochters van de beroemde Noorse regisseur Gustav Borg, die jaren geleden uit hun levens verdween en nu, na de dood van hun moeder weer terugkeert. Zijn plan: een autobiografische film maken waarin Nora, een beroemde theateractrice, de hoofdrol speelt. Maar Nora weigert, omdat ze niets meer met haar vader te maken wil hebben. Lang, maar soepel verteld en met een prachtig, aangrijpend slot.

(Gerhard Busch)

The History of Sound (Oliver Hermanus)

Volgens hoofdrolspeler Paul Mescal is de ingetogenheid van The History of Sound de grootste kracht van de film: 'Dat is eng, want je vraagt het publiek om echt te luisteren.' Oliver Hermanus' liefdesdrama viel niet bij alle journalisten in even goede aarde, maar die hebben dan waarschijnlijk niet goed geluisterd, want ik zag een wonderschone film over twee getalenteerde muzikanten – Mescal en Josh O'Connor – die elkaar in 1917 op het conservatorium van Boston ontmoeten en verliefd worden. De acteurs zijn formidabel, het script blinkt uit in tedere dialogen, de soundtrack blijft je nog lang bij en de Zuid-Afrikaanse regisseur Oliver Hermanus (Living, Moffie) voegde een aantal persoonlijke elementen toe, waaronder een scène waarin zwarte Amerikanen door de overheid van hun land worden verdreven.

(Jelle Schot)

The Secret Agent (Kleber Mendonça Filho)

Een van de beste films van vorig jaar was het Braziliaanse politieke drama I’m Still Here van Walter Salles, over een gezin waarvan tijdens de militaire dictatuur in Brazilië eerst de vader en daarna de moeder wordt opgepakt. Ook The Secret Agent van Kleber Mendonça Filho gaat over die periode (1964-1985) en ook dit is weer een prachtige film. Wel een heel andere. Soms een politiethriller à la The French Connection, dan weer een samenzweringsfilm als The Parallax View, en op het eind ook nog even een politiek drama als I’m Still Here over vermoorde en verdwenen familieleden. De hoofdrol – een onderzoeker bij de universiteit die moet onderduiken wanneer hij tegen het grootkapitaal ingaat – is voor de Braziliaanse superster Wagner Moura, bekend van onder meer Tropa de Elite en de Amerikaanse serie Narcos.

(Gerhard Busch)

Highest 2 Lowest (Spike Lee)

De Kurosawa-film waarop Spike Lee (BlacKkKlansman) zijn nieuwste joint baseerde, heb ik nog nooit gezien. Dus of het een geslaagde remake is, weet ik niet. Wat ik wél weet is dat Highest 2 Lowest na een nogal bijzondere start (die muziek?) accelereert en een andere koers inslaat, waarin het aloude thema van geld vs. liefde en integriteit in een hoogst vermakelijk, absurd en bij vlagen spannend jasje wordt verpakt. Zoals alleen Spike Lee dat kan. Alleen al voor Denzel Washingtons rap battle zou ik Highest 2 Lowest nog een keer willen zien.

(Noa Johannes)

Sirat (Oliver Laxe)

Misschien wel de grootste verrassing van het festival, deze hypnotiserende Spaanse thriller over een vader die zijn vermiste dochter zoekt tijdens een rave in Marokko. Hij sluit zich aan bij een groep feestgangers die met twee gigantische campers dwars door de woestijn rijden, op weg naar de volgende rave. Wat volgt is een onheilspellende reis door de wildernis. Denk aan Mad Max meets Spoorloos, met een pulserende technosoundtrack die de zaal in Cannes op zijn grondvest deed beven. Een opvallende, stijgende lijn voor regisseur Oliver Laxe in Cannes: Mimosas (2016) werd bekroond in de Critics Week, en opvolger Fire Will Come (2020) won een prijs won in Un Certain Regard, de belangrijke nevencompetitie van Cannes. Met Sirat won hij een speciale Jury-prijs in de hoofdcompetitie.

(Jelle Schot)

Sound of Falling (Mascha Schilinski)

Deze zag ik helemaal aan het begin van het festival en nog steeds kan ik er hele stukken van terughalen. Zo eigenzinnig wordt het verhaal verteld en zo indringend zijn de beelden. Het is officieel de tweede film van de Duitse regisseur Mascha Schilinski, maar die eerste was een examenfilm, dus dit is haar eigenlijke debuutfilm. En wat voor een! Over vier generaties meisjes/jonge vrouwen – van ongeveer 1910 tot nu – op telkens dezelfde, enorme boerenhoeve in de Duitse Altmark. We zien levens vol pijn, vernedering en dood, maar toch wordt de film nooit te zwaar of deprimerend. Daar is ie simpelweg te poëtisch voor. Aan het begin van het festival zei ik dat deze film sowieso een prijs gaat winnen. Dat had van mij de Gouden Palm mogen zijn, maar het werd een speciale juryprijs.

(Gerhard Busch)

The Chronology of Water (Kristen Stewart)

Buitengewoon regiedebuut van actrice Kristen Stewart over seksueel verlangen, trauma en overleving. De nogal gewichtige film is er zo eentje waar mensen de zaal uit liepen: niet vanwege de kwaliteit van de op 16mm geschoten film, maar vanwege de bijna ondraaglijk zware gebeurtenissen die hoofdrolspeelster Imogen Poots (28 Weeks Later) moedig ondergaat. Gebaseerd op de gelijknamige, autobiografische roman van Lidia Yuknavitch.

(Cesar Majorana)

Die, My Love (Lynne Ramsay)

Zou ik de nieuwe films van Lynne Ramsay (We Need to Talk about Kevin, You Were Never Really Here) aanraden aan kijkers die meer willen weten over postnatale depressie? Mm, niet echt. Daarvoor is dit psycho(huwelijks)drama met zwarte humor net iets te symbolisch en messy. Maar de verbluffende beelden, geluiden en intense energie van haar hypnotiserende, koortsachtige, rauwe en complexe film achtervolgen me inmiddels al een week. In a good way. Ramsay rekt op fascinerende wijze de kaders op van wat je met film kan doen. Met puik acteerwerk van haar hoofdrolspelers Robert Pattinson en Jennifer Lawrence.

Bekijk op ons YouTube-kanaal een samenvatting van de persconferentie van Die, My Love

(Noa Johannes)

Eddington (Ari Aster)

Deze moderne western meets covid-satire meets Coen Brothers schiet net als de vele kogels in de film een hoop kanten op. En soms voelt het alsof regisseur Ari Aster (Midsommar, Beau is Afraid) zelf ook overweldigd is door alle toxic shit en polarisatie die de pandemie losmaakte of versterkte. Maar Eddington is zowel confronterende spiegel als entertainende pageturner. Mét sublieme cast – de hoofdrollen zijn voor Joaquin Phoenix en Pedro Pascal – en heerlijke plotwendingen. Buiging voor Aster dat hij deze thema’s als een van de weinige makers überhaupt in een film durft te stoppen; het zal voor velen too soon en te ongemakkelijk zijn. Maar Eddington is over een aantal jaar ongetwijfeld lesmateriaal.

(Noa Johannes)

Resurrection (Bi Gan)

De meest experimentele film in de hoofdcompetitie: de Chinese cineast Bi Gan maakt een reis door de filmgeschiedenis aan de hand van een (lastig te volgen) verhaal over een Fantasmer: een 'monster' dat als enige nog in staat is om te dromen en daardoor door de tijd kan reizen. Het bijna drie uur durende epos begint als zwijgende film – inclusief titelkaarten en expressionistische decors – en transformeert vervolgens onder meer in een film noir en een existentieel drama. Elke episode vertelt een ander verhaal en niet elk deel is even sterk, maar met name het begin en het slot zijn zo eigenzinnig briljant dat Resurrection toch een plek in deze lijst verdient. Wie zijn vorige film Long Day's Journey Into Night (2018) heeft gezien weet ongeveer wat je kan verwachten: adembenemende beelden die je langzaam maar zeker in een trance brengen.

(Jelle Schot)

elke vrijdag