Ongemakkelijk starend naar zijn voeten nam Robert De Niro (81) het minutenlange applaus in ontvangst na zijn binnenkomst in het festivalpaleis van Cannes. De Amerikaanse acteur, die de avond ervoor een ere-Gouden Palm had ontvangen uit handen van Leonardo DiCaprio, was uitgenodigd om samen met de Franse kunstenaar en filmmaker JR in gesprek te gaan over de documentaire die ze sinds drie jaar aan het maken zijn, over de ouders van De Niro. Een openhartig gesprek werd het niet, want De Niro praat niet graag, en zeker niet over zichzelf.
In de nog titelloze documentaire lost JR dat op door anderen over De Niro te laten vertellen, onder meer Martin Scorsese, én door de acteur te filmen in bijzondere situaties, bijvoorbeeld liggend in een kist terwijl hij over het water glijdt, met onder het wateroppervlak een gigantische foto van zijn moeder. De aanwezigen kregen een korte compilatie te zien van wat er de afgelopen drie jaar is gedraaid.
De documentaire begon met een eenvoudig idee van JR: een korte opname in het atelier van De Niro’s vader, de in 1993 overleden schilder Robert De Niro Sr. ‘We zouden twintig minuten filmen, maar Bob bleef vijf uur. En toen begon het.’
De Niro hield het atelier van zijn vader decennialang intact – de schilderijen, de sigaretten, zelfs de kleding bleven onaangeroerd. De dagboeken van zijn vader en de brieven van zijn moeder had hij nog nooit gelezen. De documentaire heeft geen deadline en geen vastomlijnd script, aldus De Niro: ‘We weten niet waar we naartoe gaan. En dat is oké.’
Aan het einde van het gesprek kreeg het publiek de kans om vragen te stellen en kroop de acteur iets meer uit zijn schulp.