Wanneer in 1949 de onafhankelijkheidsoorlog in Indonesië is afgelopen en Nederland niet langer kolonisator van het land is, blijft er één stuk grond in Oceanië nog wel een Nederlandse kolonie: Nederlands Nieuw-Guinea. Naar dit eiland boven Australië werd door Nederland tot dan toe niet omgekeken. De natuur was ongerept en de bewoners leefden volgens hun eigen gebruiken. Hier kwam een einde aan toen de Nederlandse regering het plan opvatte zich in dit laatste deel van hun gekoloniseerde gebied te vestigen.
In het indrukwekkende The Promise laat regisseur Daan Veldhuizen (Banana Pancakes and the Children of Sticky Rice) de geschiedenis zien van West-Papoea – zoals het land nu heet – van 1949 tot nu. Beeldmateriaal dat tijdens de kolonisatie door Nederlanders is opgenomen, is met de behulp van AI gerestaureerd. De beelden zijn ingekleurd en het geluid is helder, wat maakt dat deze geschiedenis overweldigend tot leven komt.
In de jaren dat de Nederlandse kolonisator op het eiland verblijft, brengt die westerse technologie naar het land, introduceert medische zorg en stuurt de Papoea’s naar school. De banden tussen de originele bewoners en de Nederlanders lijken goed. Tegelijkertijd laat Veldhuizen citaten horen als ‘het is aan ons om iets van het land te maken,’ die je als kijker van nu een ongemakkelijk gevoel geven. Scènes van Nederlanders die de lichamen van Papoea’s als onderzoeksobject opmeten, of uitspraken als ‘onze opdracht was om deze mensen op te voeden,’ geven regelrechte buikpijn.