‘Iedereen wil naar Cannes,’ zegt filmregisseur David Verbeek. ‘Omdat het een prestigelabel is, omdat er glitter en glamour is en omdat de sterren er zijn.’ Zelf was hij er drie keer: voor het eerst toen zijn speelfilm R U There (2010) in het programma Un Certain Regard draaide. Een jaar later om er een volgend filmproject bij potentiële geldschieters te pitchen. En twee jaar geleden op uitnodiging van een producent.
Actrice Hadewych Minis beleefde Cannes tweemaal. En hoe. De eerste keer dankzij haar hoofdrol in Borgman (2013) van Alex van Warmerdam, de tweede Nederlandse speelfilm die voor de hoofdcompetitie werd geselecteerd. Drie jaar later was ze er weer, ditmaal vanwege haar bijrol in de bejubelde Duitse film Toni Erdmann (2016). ‘Ongelooflijk eervol, om twee keer genomineerd te zijn voor een Gouden Palm op het interessantste filmfestival: echt supervet!’
Hein van Joolen (Gusto Entertainment) is distribiteur van met name arthousefilms en kent vooral de achterkant van Cannes. Uit hoofde van zijn werk is hij er sinds 2011 vrijwel jaarlijks. ’Cannes heeft veel gezichten. Voor de buitenwereld is dat: de rode loper en alle persfotografen die elkaar op huishoudtrapjes verdringen om een foto te maken van die ene filmster. Zo beleef ik het totáál niet. Mijn Cannes is dat van de harde markt: de Marché [Marché du Film, red.] in de catacomben van het Palais [Palais des Festivals et des Congrès, red.] en de bioscoopzaaltjes in de achterafstraatjes. Daar zijn films te koop die niet voor het festival zijn geselecteerd, vaak worden die direct op dvd uitgebracht. Het is een soort huishoudbeurs waar verkoopagenten heel ordinair hun film aan de man proberen te brengen. Daar zit ongelooflijk veel troep tussen. Het is wel zalig om daar even een middagje doorheen te lopen en te zien hoeveel onzin er wordt gemaakt. Lowbudgethorror uit India bijvoorbeeld, hilarisch. Maar er zou stiekem zomaar een juweeltje tussen kunnen zitten dat de potentie heeft om de Nederlandse bioscoop te halen. Daar ben ik naar op zoek. Cannes is een wespennest. Alle Nederlandse distributeurs jagen op die paar pareltjes. Iedereen die je tegenkomt probeer je informatie te ontfutselen: “Goeiemorgen! Nog iets leuks gezien?” Er zijn altijd titels die gaan rondzingen onder de programmeurs en het journaille als dé film van Cannes. Maar je wilt natuurlijk niet dat je concurrent dat ook weet.’