Met zijn expressieve en organische benadering beïnvloedde de Frans-Zwitserse Maurice Béjart (1927-2007) de moderne dans vanaf zijn jonge jaren als danser in naoorlogs Parijs tot aan zijn laatste jaren als choreograaf in Lausanne. Tien jaar na zijn dood maakten regisseurs Henri de Gerlache en Jean de Garrigues de documentaire Maurice Béjart: the Soul of Dance (2017), waarin onder meer oud-collega’s en journalisten een ode brengen aan de eigenzinnige Béjart.
Sfeervolle archiefbeelden tonen Béjarts voorstellingen door de jaren heen: we zien hoe hij zich in de jaren vijftig voor het eerst opwerpt als choreograaf in Parijs, waarbij hij zich met zijn avantgardistische performances duidelijk van het balletkeurslijf probeert te ontdoen. In 1960 richtte hij in Brussel het dansgezelschap Ballet du XXe Siècle op, waar hij zijn liefde voor culturele diversiteit verder onderzocht. Béjart was een groot fan van de grootmeesters van de klassieken en creëerde onder meer een uitbundige choreografie op Beethovens Negende Symfonie (1963). Daarnaast waren er opera-ensceneringen zoals Don Giovanni (1980) en Salome (1983). Maar de dansgoeroe omarmde ook de populaire cultuur en maakte balletten vol erotiek, die gezien de tijdsgeest niet door iedereen werden gewaardeerd. Voor zijn vooruitstrevende werk werd hij wel beloond met tal van prijzen, waaronder de Erasmusprijs in 1975.