Gustav Hoegen is te gast in de nieuwe aflevering van VPRO Cinema extra. Centraal staat het werk van zogenoemde animatronics designers: ontwerpers van bewegende poppen in films.

‘Wie is de beste animatronics designer ter wereld?’ Dat is wat de Finse regisseur Hanna Bergholm invoerde op Google, toen ze zocht naar iemand die haar kon helpen met het maken van de levensechte, monsterlijke vogelpop die ze wilde gebruiken in haar eigenzinnige horrorfilm Hatching (2022). De naam die als eerste verscheen in haar zoekresultaten: Gustav Hoegen (1977).

‘Ik denk dat het algoritme van Google precies goed stond voor mij op die dag’, grapt Hoegen bescheiden tijdens een uitzending van Nooit Meer Slapen. ‘Een jaar later had het ook iemand anders kunnen zijn, zo werkt dat.’

Toch is het gezien zijn staat van dienst niet gek dat Hoegen als beste uit de bus kwam: de in Nederland opgegroeide ontwerper werkte met de allergrootsten van Hollywood en drukte zijn stempel op films als Prometheus (2012), Charlie and the Chocolate Factory (2005) en zo’n beetje elke Star Wars-film sinds 2015.

Als animatronics designer is het zijn taak om de mechanismen te ontwerpen die ervoor zorgen dat de poppen die gebruikt worden in films uit zichzelf kunnen bewegen. In tegenstelling tot computer- of animatiebeelden, staat een pop tussen de acteurs en komt dus als het ware tot leven. Zo maakte Hoegen bijvoorbeeld een Oempa Loempa die door water kan zwemmen voor Charlie and the Chocolate Factory, creëerde hij het afgehakte hoofd van een gestorven alien die plots weer tekenen van leven geeft in een scène van Prometheus, en maakte hij dus ook het ontwerp van de vogel in Hatching.

Gustav Hoegen in zijn studio in Londen

Hoegen groeide op in Amsterdam, waar zijn vader – een modeontwerper – hem op zijn zesde meenam naar Return of the Jedi (1983) in Koninklijk Theater Tuschinski. Hij raakte volledig betoverd door de film, en dan vooral door de bijzondere special effects die de filmmakers gebruikte om een nieuwe wereld te scheppen. Zoiets wilde hij later ook gaan doen, bedacht de jonge Hoegen zich – een jongensdroom was geboren.

‘Ik was normaal gesproken een vrij ongeïnteresseerd, lethargisch kind,’ vertelt Hoegen in Nooit Meer Slapen. ‘Maar dit was iets dat me echt motiveerde en bezighield. Ik kon me ook geen ander beroep voorstellen, dit was precies het vak dat ik wilde gaan doen.’

Toen bleek dat in de Nederlandse filmindustrie nauwelijks iets gebeurde op het gebied van special effects, vertrok Hoegen op zijn negentiende naar Londen, waar hij twee jaar studeerde. Vervolgens liep hij stage bij Artem, een studio voor special effects in reclames, en vroeg daar om een baan. ‘Ik zei vrij brutaal: “Ik heb nog drie maanden om te studeren, en ik wil niet terug naar Nederland. Hebben jullie werk voor me?” En dat hadden ze gelukkig.’

Een ruim twintigjarige carrière als animatronic designer volgde, waarin hij dus werkte aan Star Wars-films (‘Het was net alsof ik voor NASA werkte, zó geheim was alles’), maar waarin hij bijvoorbeeld ook modellen ontwierp van bewegende gezichten die gebruikt worden voor onderzoek naar alzheimer.

Filmjournalist Noa Johannes zoekt Hoegen op in Londen voor de nieuwe aflevering van VPRO Cinema extra en spreekt hem over zijn werk.

elke vrijdag