Traditiegetrouw luiden we de zomer in met het grote zomerboekenoverzicht. Dat voert ons dit jaar onder meer naar een idyllisch Deens meer, een eenkamerflat in Singapore, een reclamebureau in Madrid, een Franse begraafplaats, het hart van Berlijn, de Amerikaanse wildernis en een katholieke meisjesschool in Oeganda.

Onder vrienden

Linea Maja Ernst

Vijf voormalige studievrienden komen, al dan niet met aanhang, samen voor een weekje onvervalste Scandinavische zomeridylle. Er is een meer, een bos en een krakend houten huis, zodat iedereen goed kan horen wat er ’s nachts in de diverse slaapkamers gebeurt. Ooit waren ze onafscheidelijk maar als dertigers zijn de verschillen groot. Fry en Alexander leiden een degelijk burgermansbestaan met hun ‘melkblonde kinderen’ en ‘een grote, sneeuwgrijze Tesla’, terwijl de flamboyante Kvaede (‘gedragen door een tedere ijdelheid vanwege zijn nieuwe lichaam’) zich na zijn recente transitie uitleeft in de queerscene. ‘Als hij nu aanstellerig doet, wordt het gezien als homogedrag, niet als meidengedrag.’

Een verrukkelijke zedenkomedie vol (verboden dan wel vanille) seks, gefrituurde vlierbloesem en stekelige discussies over Virginia Woolf, waarin de clichés van het grootstedelijke dertigersleven met duivels genoegen worden gefileerd.

 (vert. Femke Muller, Meulenhoff)

Ik, de ander

Jante Wortel

‘Als ik je toelaat, dan laat ik je er ook niet meer uit, snap je dat? Zelfs niet als je dat wilt. Daar heb je dan niets meer over te zeggen.’ Dat wil hij in elk geval gezegd hebben. Zodat ze weet waar ze aan begint. En zij? Zij accepteert dat, want ze wil bij hem zijn. In Ik, de ander raakt een vrouw in de ban van een man die haar afstoot en aantrekt, tot er geen weg terug meer is. ‘Ze heeft iedereen die bij haar vorige leven hoorde achter een lijn geplaatst, en het lijkt nu onmogelijk om nog over die lijn te stappen.’

Wortel laat veel onbenoemd in haar kale vertelling, waardoor de details die ze wel prijsgeeft extra lading krijgen. Een sinistere roman die je voor optimaal claustrofobisch effect het beste achter elkaar uitleest.

(DasMag, verschijnt op 3 juli)

Een familiekwestie

Claire Lynch

Negentig procent van alle lesbische moeders in het Verenigd Koninkrijk verloor in de jaren tachtig na een scheiding het ouderlijk gezag. Op dat gegeven is deze ontroerende roman, over een alleenstaande vader, een verstoten moeder en een onwetende dochter, gebaseerd. We springen heen en weer tussen 2022 en 1982 en zo wordt stukje bij beetje afgepeld wat er gebeurde nadat jonge moeder Dawn op een rommelmarkt vrolijke Hazel ontmoette en verliefd werd.

De rechtszaak, waarvoor Lynch gebruikmaakte van bestaande juridische documenten, gaat door merg en been maar dankzij de droge toon valt er daarbuiten ook genoeg te lachen. Bijvoorbeeld over het huishoudschema van de oerdegelijke vader Heron, die het schandalig vindt ‘dat mannen met een stationwagen en een pensioen niet eens de wc konden schoonmaken.’

(vert. Lidwien Biekmann, Wereldbibliotheek)

Naar het westen

Maria Pourchet

Steracteur Alexis, ‘het smoelwerk van de eeuw’, wordt verwacht voor de repetities van Molières Dom Juan – waarin hij de hoofdrol speelt –, maar komt niet opdagen. Dan blijken ook zijn socialemedia-accounts te zijn opgeheven. Een paar maanden eerder wordt Aurore ontslagen en hoort ze dat haar moeder is overleden. Ze is een ‘bezinksel van vermoeidheid, onrust, ironie en eczeem’ als ze met haar zoon afreist naar het huis van haar moeder op het platteland. Als Alexis daar op een avond aanklopt, is dat het begin van een affaire. Totdat Aurore ontdekt dat hij in een MeToo-schandaal verwikkeld is. Een aanklacht tegen ‘de onuitroeibare macht van witte mannen in het Parijse culturele circuit’ en liefdesverhaal ineen.

(vertaling Manik Sarkar, Meulenhoff) 

De weemoed van de reiziger

Jan Brokken

Op een begraafplaats in Collioure, vlakbij de Spaanse grens, treft Jan Brokken een brievenbus aan, bevestigd aan een grafsteen. ‘Over het uur van de lichting gaf de brievenbus geen uitsluitsel, en in het licht van de eeuwigheid is dat ook wel te begrijpen. Haast houdt op bij het hek van het kerkhof.’ Een parel van een zin, en dan bevinden we ons nog maar op de eerste pagina van deze fraaie nieuwe bundel, waarin hij veertien verhalen verzamelde over veertien plekken. Meer nog dan over die plekken schrijft hij over de dode en levende dichters, componisten en schilders die zijn pad kruisen, zowel fysiek als in zijn verbeelding. Hij staat aan het sterfbed van Antonio Machado, hoort Leo Vroman fluisterend telefoneren met zijn Tineke en ontmoet een Italiaanse burggraaf die hem een verloren gewaande partituur van Monteverdi laat zien. Brokken op z’n allerbest.

(Atlas Contact)

Het vlees

David Szalay

De zwijgzame, flegmatieke István groeit op in een troosteloze flat achter het Hongaarse IJzeren Gordijn. In vogelvlucht scheren we langs zijn leven, dat geen enkele richting kent. Met stoïcijnse berusting accepteert hij wat hem overkomt. Hij heeft een seksuele verhouding met de buurvrouw, die in zijn vijftienjarige ogen oud en lelijk is, wordt als soldaat uitgezonden naar Irak, redt zich na terugkeer met baantjes aan de rafelrand, beproeft zijn geluk in Londen en weet zich uiteindelijk dankzij een vrouw die voor hem valt langs de sociale ladder omhoog te werken. In nietszeggende maar juist daarom ijzersterke dialogen blijft István een man die vrijwel niets van zichzelf prijsgeeft. Niet omdat hij iets verborgen houdt, maar omdat hij de behoefte niet voelt. Een hypnotiserende roman waarin geen woord te veel staat, zodat het drama des te harder aankomt.

(vert. Auke Leistra, Nijgh & Van Ditmar)

Ontevreden

Beatriz Serrano

Al acht jaar werkt Marisa met grote weerzin op een reclamebureau. Haar werk ervaart ze als volkomen zinloos, dus heeft ze zich aangewend zo min mogelijk écht te werken. Tijdens een online vergadering kijkt ze naar een filmpje over een wasbeer die een verjaarstaart eet, stompzinnige klusjes delegeert ze aan Natalia met haar gekleurde markeerstiften, en ze ergert zich dood aan de nieuwe grafisch ontwerpster die ‘zichzelf nog steeds definieert aan de hand van het Zweinsteinhuis waar ze denkt bij te horen ondanks dat ze zevenendertig jaar is’. Het angstzweet breekt haar uit bij een mailtje met als onderwerp ‘Teambuilding: je zat erop te wachten J’. Deze even hilarische als zwartgallige Spaanse kantoorroman is opgedragen aan ‘alle mensen die elke dag wakker worden zonder zin om naar hun werk te gaan’.

(vert. Lies Doms, De Bezige Bij)

De tweede dochter

Jemimah Wei

Acht jaar lang is Genevieve (‘Gen’) Yang enig kind geweest als ze er dankzij haar schuinsmarcherende grootvader plotseling een zusje bijkrijgt. Ze wordt afgeleverd met een pindakaaspot waarin de restanten van opa zitten. Arin is een jaar jonger en de meisjes zijn zowel bondgenoten als concurrenten in hun voornemen te ontsnappen aan het armoedige arbeidersmilieu en de overvolle eenkamerflat waarin ze opgroeien. Voordat dit Singaporese familiedrama goed en wel op stoom komt, weten we al dat Arin een wereldberoemde Hollywoodactrice is geworden, terwijl Gen, die zowel trots als jaloers is, voor hun terminaal zieke moeder zorgt. Arin moet naar huis komen om afscheid te nemen, maar voordat we weten of dat gebeurt, gaan we terug in de tijd om te ontdekken welk verraad de zusjes ooit uit elkaar dreef.

(vert. Dirk-Jan Arensman, Meridiaan)

De namen

Florence Knapp

De pasgeboren zoon van Cora moet volgens de familietraditie vernoemd worden naar zijn vader. Maar eenmaal onderweg om aangifte te doen, overweegt ze om hem geen Gordon te noemen maar Julian. Terwijl dochtertje Maia haar nieuwe broertje het liefst Bear wil noemen. Complicerende factor is dat vader Gordon, bij zijn patiënten een geliefde huisarts, achter de gordijnen zijn vrouw tiranniseert en mishandelt.

In deze originele en beklemmende debuutroman staan drie namen symbool voor drie parallelle levens. Hoe ontwikkelt dit jongetje zich als hij dezelfde naam draagt als zijn vader? Of de speelse naam die zijn grote zus uitkoos? Of de naam waarmee zijn geknechte moeder protesteert tegen haar situatie? In alternerende hoofdstukken wordt niet alleen duidelijk hoe het Gordon/Bear/Julian in zijn leven vergaat, maar ook hoe huiselijk geweld langdurig doorwerkt binnen een gezin.

(vert. Mieke Trouw, Harper Collins)

Harthout

Amity Gaige

Wandelmemoirs, liefst van vrouwen die in hun eentje een lange, eenzame route afleggen, zijn niet aan te slepen, maar een wandelroman is minder gangbaar. Dit is er een. Je zou het met enige goede wil zelfs een wandelthriller kunnen noemen, want alles draait om Valerie die in haar eentje de beroemde Appalachian Trail aflegt maar ergens halverwege vermist raakt. Terwijl ze probeert te overleven op maden en met nog vier lucifers, schrijft ze brieven aan haar moeder. Intussen probeert luitenant Beverly (‘Bev’), hoofd van het plaatselijke incidententeam, haar te vinden. Maar het is de 76-jarige veellezer Lena, ‘van nature een einzelgänger, en dat feit draagt ze neutraal en zonder gêne’, die de show steelt. Zij probeert met hulp van een online vriend, die ze alleen kent onder de naam TerribleSilence, te achterhalen wat er met Valerie is gebeurd.

(vert, Inge Kok, Meulenhoff)

Zout water

Charles Simmons

‘In de zomer van 1963 werd ik verliefd en verdronk mijn vader.’ Dat is de voortreffelijke openingszin van deze kleine klassieker, waarin nadrukkelijk wordt geknipoogd naar een grote klassieker: Toergenjevs Eerste liefde. De vijftienjarige Michael viert vakantie met zijn ouders in hun zomerhuis aan de kust. Hij smelt zodra hij Zina ontmoet, met haar grote bruine ogen, volmaakt witte tanden en glanzende bruin haar, ‘waarin volgens vader heel veel boter en eieren waren gegaan’. Michael adoreert zijn vader, een knappe charmeur, en daar kan natuurlijk alleen maar ellende van komen. Zomerser dan deze roman vol zeiltochtjes en strandfeesten wordt het niet. Zelfs de lokale dominee werkt mee door nautische thema’s in zijn preken te verwerken en op Labor Day een zeemanspet te dragen. Totdat het misgaat.

(vert. Gerda Baardman en Jan de Nijs, Cossee)

Het geschenk

Gaea Schoeters

Ineens duiken in het centrum van Berlijn overal olifanten op. Bondskanselier Winkler hoopt dat het gaat om ontsnapte exemplaren uit de dierentuin, maar dan krijgt hij een telefoontje van de president van Botswana. Die legt uit welke gevolgen de nieuwe Duitse Ivoorwet heeft voor zijn land. De olifantenpopulatie groeit explosief en de bevolking lijdt honger. Jullie willen dat wij de olifant koste wat kost beschermen? Prima. Ik schenk jullie twintigduizend olifanten. Dan kunnen jullie zelf eens ervaren hoe het is om met ze samen te leven. Hoe die beesten in Berlijn zijn beland? Magic, my dear friend. Veel plezier ermee!

Dit is het fantastische uitgangspunt van deze kostelijke roman, waarin de olifantenplaag het hele land ontwricht en ‘de hardwerkende Duitser’ de dupe is. ‘Deze klucht heeft lang genoeg geduurd. Eruit met die beesten. Terug naar Afrika.’

(Querido)

The Wedding People

Alison Espach

Phoebe, professor in de Victoriaanse literatuur, heeft het hotel van haar dromen geboekt met het voornemen om na een copieus laatste avondmaal in een eersteklas bed een eind aan haar leven te maken. Maar ze belandt midden in de exorbitante bruiloft van Lila, die het complete hotel heeft afgehuurd. Terwijl Phoebe langzaam het gevoel krijgt dat ze is ‘ontsnapt uit de duistere slaapkamer van haar leven’ raakt ze tegen wil en dank bevriend met de bruid, die bij deze buitenstaander haar hart uitstort over allerlei familieverwikkelingen.

Een jolige romcom met alle benodigde ingrediënten: een nerdy professor die alle remmen losgooit, een blonde bruid met een ‘ingewikkelde vlechtenwirwar’ waarvoor je Insta-tutorials moet kijken, en een bruidegom met ‘de best denkbare haarsituatie’, voor een man van zijn leeftijd tenminste.

(vert. Janne van Beek en Maaike Harkink, Atlas Contact)

Wij, aanmaakhout

Otoniya J. Okot Bitek

Smekend werpt de witte zuster zich aan de voeten van de majoor die zojuist 139 schoolmeisjes heeft ontvoerd. Uiteindelijk mag ze er 109 meenemen. ‘Wees dankbaar. Deze dertig zijn nu van ons. Ga. Houd de eer aan uzelf.’ Helen en Miriam kijken toe hoe zuster Rakele met haar geredde meisjes vertrekt. Zij blijven en zijn nu onderdeel van het Verzetsleger van de Heer, de christelijke rebellengroep onder leiding van Joseph Kony, die in de jaren negentig ongenadig huishield in het noorden van Oeganda.

Als Helen en Miriam jaren later terugkeren, met hun kinderen op hun heup, zijn hun ouders oud of gestorven en hun leeftijdgenoten volwassen, met diploma’s en banen. Okot Bitek baseerde zich op de levensverhalen van bestaande vrouwen en doorspekte haar roman met folkloristische fabels.

(vert. Robert Dorsman, Arbeiderspers)

de boekengids in je mailbox?