Elke maand tipt de VPRO Boekengids een aantal nieuwe boeken. In oktober hebben we weer tien verse tips, van Amerikaanse bestsellers tot prachtige romans en non-fictie van eigen bodem.

Italo Calvino
Een dag op het stembureau

Het regent als Amerigo Ormea om half zes ’s ochtends de deur uitgaat. Vandaag zal hij zich als vrijwilliger stemmen gaan tellen op een stembureau dat gevestigd is in een door nonnen bestierde inrichting. ‘Hij zou de hele dag met natte schoenen zitten.’ Zo begint Een dag op het stembureau (Cossee), een tragikomische novelle van Italo Calvino die zich afspeelt in 1953 maar ook vandaag nog buitengewoon vermakelijk en herkenbaar is. Amerigo is een man die ‘van nature meer neigde naar een beschouwende levenshouding’, en zich geen illusies maakt. Maar vandaag wilde hij toch zijn morele plicht doen, al weet hij ‘dat hem een trieste en zenuwslopende dag te wachten stond’. Dat blijkt niets te veel gezegd.

(Katja de Bruin)

Joël Dicker
Het rampzalige bezoek aan de dierentuin

Sinds zijn doorbraakroman De waarheid over de zaak Harry Quebert (2012) publiceerde de Zwitser Joël Dicker nog vier kloeke en opvallend Amerikaans aandoende (moord)mysteries. Ook fijn én verrassend is zijn nieuwste: een compactere feelgooddetective voor álle lezers, ‘van zeven tot honderdtwintig’, als schrijversdaad tegen ontlezing en polarisatie. In Het rampzalige bezoek aan de dierentuin (De Bezige Bij) vertelt een deelneemsters aan het plaatselijk legendarische titelschoolreisje, Jósephine, jaren later wat er destijds precies gebeurde. Hoe dat een catastrofe in een heel reeksje was, te beginnen met het overstromen van de ‘speciale school’. En welke nogal schattige rollen de geliefde Juf Jennings en de ‘directeur van de school voor normale kinderen’ daarin speelden. Sympathiek, subtiel educatief en zeer vermakelijk.

(Dirk-Jan Arensman)

 

Anne Mieke Backer
Ik was dat meisje

Anne Mieke Backer herlas A Sport and a Pastime (1967), de klassieker van James Salter over de affaire tussen een Amerikaanse schrijver en de achttienjarige Anne-Marie: een meisje met een slecht gebit maar een goddelijk en gewillig lichaam. In haar roman Ik was dat meisje (Ambo|Anthos) dient ze Salter elegant en bij vlagen vilein van literaire repliek door ditmaal Anne-Marie zelf aan het woord te laten. Geen wraakoefening, maar een verfijnd en liefdevol portret van een meisje dat zichzelf leert ontdekken en zich gaandeweg ontwikkelt tot een zelfstandige vrouw die geen man nodig heeft om haar boontjes te doppen. Een even slimme als sfeervolle roman die ook zonder enige voorkennis over Salter buitengewoon de moeite waard is.

(Katja de Bruin)

James McBride
De hemel & aarde winkel

Het begint met een skelet in een oude waterput. En, nee, thema’s als Jodenhaat en institutioneel racisme worden allerminst geschuwd. Maar veel meer dan een grimmige whodunnit is James McBrides De hemel & aarde winkel (Meridiaan) een heerlijk groepsportret van de bewoners van Chicken Hill, een kleurrijke volkswijk in het fictief stadje Pottstown, in het Pennsylvania van de jaren 1930. Kloppend hart vormt het Joodse echtpaar Moshe en Chona Ludlow, de directeur van een niet gesegregeerd klezmer-én-jazztheatertje en de goedhartige eigenaresse van de titelwinkel. Dat een zwart weesjongetje in een gruwelijke staatsinrichting wordt gestopt, blijkt een katalysator om de multiculturele gemeenschap te verenigen tegen zogenaamd goedchristelijke KKK-types. En het resultaat is een weldadige feelgoodviering van (naasten)liefde, acceptatie en ‘zachte krachten’.

(Dirk-Jan Arensman)

Anita Terpstra
De hoop van Holwerd

Vakantiegangers die naar Ameland willen zijn aangewezen op de veerboot bij Holwerd en mijden het enigszins landinwaarts gelegen Friese kustdorp zelf. Werd het eiland ooit tot bloei gebracht vanuit florerend Holwerd, nu kampt het dorp met krimp en sociaaleconomische achteruitgang. Hoe dat kwam beschrijft Friezin Anita Terpstra, woonachtig in naburig Hallum, in De hoop van Holwerd (Thomas Rap) aan de hand van haar eigen familiegeschiedenis en die van dorpen langs de Friese kust. Steeds gaat het om de wisselwerking tussen dorp, eiland en het steeds in beweging zijnde wad, met bestaansonzekerheid tot gevolg. Soelaas moet het in 2012 door vier vasthoudende Holwerders bedachte plan Holwerd aan Zee brengen, een dappere strijd ‘van onderop’ tegen bestuurlijke ambtenarij ‘van boven’.

(Maarten van Bracht)

Eric Puchner
Dream State

Cece en Charlie gaan trouwen en dat doen ze in het heerlijke familiehuis van de bruidegom aan een blauw meer in Montana. Charlie heeft zijn oudste vriend Garrett gevraagd om Cece te helpen bij de voorbereiding en van dat verzoek zal hij eeuwig spijt krijgen, want bruid en bestie vallen keihard voor elkaar. Deze driehoeksverhouding vormt het raamwerk voor een klassiek uitwaaierend familie-epos waarin de personages worden gevolgd tot hun oude dag. Intussen wordt op de achtergrond de wilde schoonheid van Montana steeds ernstiger bedreigd door droogte en bosbranden. In Dream State (Ambo|Anthos) houdt Eric Puchner je aan de pagina’s gekluisterd met zijn virtuoze vertelling over de verwachtingen en teleurstellingen die elke langdurige relatie kenmerken.

(Katja de Bruin)

Martha Gellhorn
Het gezicht van de oorlog

Martha Gellhorn (1909-1998) zou woedend zijn geweest dat steevast één van de eerste necrologievermeldingen was: derde vrouw van Ernest Hemingway. In de klassieke bundel Het gezicht van de oorlog (Atlas Contact), met reportages uit de jaren 1937-1946, lees je waarom ze geheel op eigen kracht onsterfelijkheid verdiende. Als oorlogscorrespondent annex antifascist-met-een-perskaart was ze altijd de vrouw ter plaatse. Ze deed verslag van de Spaanse Burgeroorlog, het Ardennenoffensief en vanuit het Joodse getto in Warschau, was getuige van de verschrikkingen van Dachau en het Proces van Neurenberg; in stukken die puntig, gedetailleerd en vol verontwaardiging en bijtende ironie, net zo van alle tijden zijn gebleken als (helaas) oorlog zelf. Legendarisch werd haar D-Day-reportage ‘Het eerste hospitaalschip’, waarmee ze Hemingway legendarisch scoopte.

(Dirk-Jan Arensman)

Charlotte Beradt
Het Derde Rijk der dromen

Nadat Hitler in 1933 aan de macht was gekomen kreeg journalist Charlotte Beradt, Joods en communist, nachtmerries waarin ze werd beschoten en gemarteld. Na een beroepsverbod begon ze soortgelijke nare dromen van vrienden en bekenden, zowel Joods als niet-Joods, op te tekenen en smokkelde die mee toen ze in 1939 alsnog naar New York wist te ontkomen. De tot driehonderd stuks aangegroeide collectie werd door haar pas in 1962 gebundeld en gerubriceerd en in 1966 in West-Duitsland gepubliceerd. Het Derde Rijk der dromen (Atlas Contact) bevat zo’n vijftig nauwkeurig beschreven en overtuigend geduide dromen die verbazingwekkend helder aantonen hoe nazirepressie en -terreur werd verinnerlijkt en de verbeelding ernstig geteisterd. De meeste dromen zijn helaas voorspellend gebleken.

(Maarten van Bracht)

Davide Coppo
De verkeerde afslag

Vlak voordat Ettore achttien wordt, komt er een eind aan zijn huisarrest. Negen maanden heeft hij uit het raam zitten staren en nagedacht over de keuzes die tot die situatie hebben geleid. Het begint als hij als onzekere brugklasser op het gymnasium niet echt vrienden weet te maken. Gedreven door de behoefte om ergens bij te horen, sluit hij zich aan bij een fascistische jeugdbeweging. In De verkeerde afslag (Atlas Contact) beschrijft Davide Coppo (1986) de aantrekkingskracht van geweld en rechts-extremisme op een intelligente maar eenzame jongen van veertien. Dat hij dat zo overtuigend en met groot inlevingsvermogen doet, komt omdat Coppo uit eigen ervaring putte. Zijn grimmige verleden leverde zo een uiterst leerzame, actuele en tedere roman op.

(Katja de Bruin)

Natasha Brown
Universeel

De tweede roman van Natasha Brown, Universeel (De Geus) opent met zo’n longread om je vingers bij af te likken. Op een boerderij in West Yorkshire worden aan het eind van een illegale rave tijdens een coronalockdown iemands hersens bijna ingeslagen met een goudstaaf. Een bizarre misdaad waarbij in de reconstructie onder anderen een steenrijke bankier, de leider van een groepje sektarische activisten/krakers (slachtoffer) en de niet-deugende zoon van een spraakmakende antiwokecolumnist (dader) betrokken zijn. Na het viraal-gaande artikel zelf lezen we de verhalen van verscheidene betrokkenen in de nasleep ervan. Resultaat is een compacte, messcherpe state-of-the-nation-satire over polarisatie en de (sociale) media. Absolute ster: die cynische columnist, Miriam ‘Lenny’ Leonard, die als glibberige gruwelwinnares uit de cultuurstrijd komt.

(Dirk-Jan Arensman)

de boekengids in je mailbox?