zondagetalage

Voor lange tijd verbood de Chinese overheid haar burgers om het land te verlaten. In de negentiende eeuw werden de Chinese grenzen echter geopend, en in de decennia die volgden emigreerden grote groepen Chinezen. Deze kanteling kwam voort uit de wereldwijde vraag naar arbeid – mede vanwege de afschaffing van de slavernij – op plantages, in mijnen, of bij de aanleg van bruggen en (spoor)wegen. Later, in de twintigste eeuw, volgde een tweede migratiegolf. Deze groep bestond enerzijds uit Chinezen die meegingen met de bedrijven waar ze bijvoorbeeld als bouwvakker voor werkten – die bedrijven legden zich toe op grote (infrastructurele) projecten. Anderzijds waren het Chinese emigranten die een eigen handeltje hadden opgezet.