VPRO Gids 19

7 mei t/m 13 mei
Pagina 10 - ‘Onverzettelijke vrijheidsdromers’
papier
10

Cadeautje!

Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →

Onverzettelijke vrijheidsdromers

Dore van Duivenbode

In Oost-Europa heeft het verzet van burgers door de jaren heen diepe sporen achtergelaten. Op dit moment zetten vluchtelingen uit Oekraïne, Wit-Rusland en Rusland de strijd voor vrijheid en democratie vanuit Polen voort.

 

 

 

 

 

 

 

 

Geen hamster, wel een hond. Haar bijna jarige zoontje is eenzaam in het voor hem onbekende Warschau. Zijn vrienden zijn achtergebleven in hun voormalige woonplaats Kiev. Tijd om naar de dierenwinkel te gaan voor het begeerde verjaardagscadeau heeft Daria Kaleniuk niet.

‘Ik vertel mijn kinderen dat ik er alles aan doe om deze oorlog zo snel mogelijk te stoppen. Gelukkig sluit een activist met een hond zich binnenkort bij ons aan,’ zegt Kaleniuk met een glimlach. De Oekraïense vrouw is opgelucht dat ze dankzij hun snelle vlucht niet met haar zoons hoeft te praten over tanks, bommen, schuilkelders en moorden.

‘Ik maak me grote zorgen over de kinderen die niet tijdig konden vertrekken.’

Daria Kaleniuk is een van de vier geportretteerde activisten in de Tegenlicht-aflevering ‘Op de grens van het ideaal’, waarin regisseur Floris-Jan van Luyn activisten volgt uit Oekraïne, Polen, Wit-Rusland en Rusland. Alle vier zijn ze nu gestationeerd in Polen, dat sinds de Russische invasie een nieuwe, strategische positie op het Europees continent heeft ingenomen.

Het Oosten is de ander en het ligt ver weg. Het Oosten, dat is Rusland

‘Ik weet niet hoe ik mezelf moet noemen,’ zegt Kaleniuk. ‘Ik ben burgeractivist, expert, opiniemaker, crazy woman en moeder. Maar uiteindelijk ben ik vooral een burger die om Oekraïne geeft.’

Kaleniuk, initiatiefnemer van een organisatie die corruptie in Oekraïne bestrijdt, pleitte als eerste voor het aanpakken van Russisch grootkapitaal en momenteel lobbyt ze voor het naar Oekraïne verschepen van kogelvrije vesten, helmen en F-16’s.

Uit de vier portretten blijkt dat de strijd voor vrijheid en democratie zich nu verplaatst heeft naar Polen, waar het verzet – net als in de rest van Oost-Europa – diepe sporen heeft getrokken.

Speelbal

Als je het Oosten vanuit het Westen beziet, lijkt het of je door een caleidoscoop kijkt. Terwijl je langzaam aan het uiteinde draait en de wisselende lichtinval volgt, verandert het beeld. De spiegelende koker laat een veelvormige regio zien met landen die geen culturele, religieuze, linguïstische, raciale of politieke overeenkomsten hebben.

De Verenigde Naties rekenen alle landen tot Oost-Europa die ten oosten van Duitsland liggen, inclusief Rusland. Oostenrijk valt erbuiten, net als de nog oostelijker gelegen staten Finland en Griekenland, maar de voormalige Sovjetrepubliek Georgië geldt wel als een Oost-Europees land.

 

 

 

 

 

 

 

 

In 2021 bezocht ik Oekraïne voor een boek over de strijd om de Europese natuur. In het zuidwestelijke Rakhiv bracht mijn gastheer mij naar het geografische middelpunt van Europa. Op een rotsblok was een plaquette gespijkerd. Terwijl we terugliepen naar de Lada Niva – vanwege zijn hoge wegligging uitermate geschikt voor het bergachtige terrein in deze stad – verklapte de man een geheim: er zijn een stuk of zes plekken die deze titel claimen. Afhankelijk van de Europese grenzen kiezen we het midden.

De activisten in Tegenlicht keren zich niet alleen tegen Poetin, ze richten hun pijlen ook op overblijfselen uit het Sovjettijdperk

Zo word ik in Polen vaak gecorrigeerd als ik van Oost-Europa spreek. Ook hier zegt men in Midden-Europa te leven. Het Oosten, dat is de ander en het ligt ver weg. Het Oosten, dat is Rusland.

Als iets de regio bindt is het haar ongelukkige lot als speelbal van imperiums, haar door de eeuwen verschoven en overschreden grenzen en haar met bloed doordrenkte grond. In dit gebied – dat Polen, de Baltische staten, Wit-Rusland, Oekraïne en het westen van Rusland omvat – werden in vijftien jaar tijd veertien miljoen mensen gedood. De genociden van Hitler en Stalin zijn in 2009 gereconstrueerd door historicus Timothy Snyder in zijn boek Bloedlanden, een titel waarmee hij verwijst naar de landen in deze regio.

Totale verwoesting

‘We zijn hier al eens eerder geweest,’ zegt de Oekraïense Daria Kaleniuk vanuit een non-descript kantoor in Warschau. Toen ze merkte dat er oorlog in de lucht hing zocht ze onderdak bij Poolse vrienden. ‘In 1939 riep ook iedereen dat er geen wereldoorlog mocht komen, maar toen ging het toch mis.’

In de stad waar ze naartoe gevlucht is, kwam de bevolking tijdens de Tweede Wereldoorlog in opstand. De prijs was hoog: totale verwoesting. Honderdduizenden Polen werden gedood.

‘Elke levende had een naam,’ schrijft Snyder in Bloedlanden. ‘Elke dode werd een nummer.’

Na de Tweede Wereldoorlog kwamen de landen in Oost-Europa onder controle van de Sovjet-Unie te staan. Rusland, Wit-Rusland en Oekraïne waren Sovjetrepublieken, Polen was als satellietstaat van de Sovjet-Unie in naam onafhankelijk, maar het land had niet de mogelijkheid een eigen beleid te bepalen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Nog altijd zijn deze landen zich aan het losweken van dit verleden. De vier activisten in ‘Op de grens van het ideaal’ keren zich niet alleen tegen Poetin, ze richten hun pijlen ook op overblijfselen uit het Sovjettijdperk.

Omdat het Russische imperialisme en de daarmee gepaard gaande onderdrukking nog vers in het geheugen liggen, vertegenwoordigt het Westen voor een groot deel van de bevolking de gewenste politieke richting. Daar lonken welvaart, vrijheid, democratie en – eenmaal lid geworden van de Europese Unie en de Navo – een garantie op het behoud van nationale soevereiniteit.

Slag om Europa

De geschiedenis van Oost-Europa wordt bepaald door het verzet van de bevolking en de bloedige vergelding ervan. In de jaren dertig van de vorige eeuw keerden Oekraïense boeren zich tegen Stalins collectivisatie van de landbouw. Uit angst voor hun oppositie stelde Stalin onrealistische eisen aan de graanproductie. Iedere graankorrel werd geroofd, wat een hongersnood veroorzaakte die miljoenen mensen de dood in joeg.

In Polen werden de decennia na de Tweede Wereldoorlog gekarakteriseerd door opstanden. Regelmatig gingen honderdduizenden demonstranten de straat op en doorgaans werd het leger ingezet om de betogingen neer te slaan.

Nu komen deze conflicten de EU binnen, over de asfaltwegen van Polen en via het bloed en de tranen van uiteengerukte families

Zelf ben ik opgegroeid met het heroïsche verhaal van 8 maart 1968. Op die dag gingen 5000 studenten van de Universiteit van Warschau de straat op omdat hun medestudenten Henryk Szlajfer en Adam Michnik geschorst dreigden te worden. De twee hadden namelijk een demonstratie georganiseerd om te protesteren tegen de censuur. De politie werd ingezet om de studenten uiteen te drijven, maar wat ze niet konden voorkomen was dat de onvrede oversloeg naar de rest van het land en uiteindelijk ook naar andere Oost-Europese landen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Op mijn Poolse moeder – die destijds op de middelbare school zat – maakten die duizenden studenten op straat diepe indruk, maar eigenlijk was verzet iets vanzelfsprekends voor de bevolking. Haar babcia – oma – zat tijdens de Tweede Wereldoorlog in het verzetsleger Armia Krajowa, terwijl dziadek – opa – weigerde lid te worden van de communistische partij.

Het protest van deze Europeanen is geworteld in het idee dat ze hun land hebben opgebouwd en de democratie bevochten hebben – ook al is die, bezien vanuit westerse ogen, misschien niet volmaakt of EU-waardig. Deze slag om Europa wordt gevoerd door families die zich vanwege verschoven grenzen en autoritaire regimes hebben verspreid over de regio. En nu komen deze conflicten de Europese Unie binnen, over de asfaltwegen van Polen en via het bloed en de tranen van de uiteengerukte families.

Derde Wereldoorlog

‘De landen die ons vertelden een democratie op te bouwen, zeggen nu dat ze ons niet kunnen helpen. Ze zijn bang voor een Derde Wereldoorlog, bang om Poetin te provoceren en bang voor een nucleaire oorlog,’ constateert Daria Kaleniuk in ‘Op de grens van het ideaal’.

Ze wijst naar een poster aan de muur van het kantoor waar ze wordt geïnterviewd. Het is een aandenken aan een project ter bevordering van de Oekraïense democratie. Met een groep Europeanen reisde Kaleniuk twaalf jaar geleden door haar geboorteland om over de Europese Unie en de Navo te praten. Veel steden die ze destijds bezocht zijn nu bezet of belegerd door de Russen.

Als ook je dromen vervagen, wat kun je dan nog najagen?

‘Hoeveel levens moeten er verloren gaan? Hoeveel steden moeten van de kaart verdwijnen?’

Ze kijkt uit het raam, de straten van de Poolse hoofdstad in.

‘Warschau was voor negentig procent verwoest, Marioepol is voor negentig procent verwoest. De Derde Wereldoorlog is allang begonnen. Poetin daagt liberale democratieën en internationale instituties uit, met Oekraïne als slagveld.’

 

 

 

 

 

 

 

 

‘Revoluties lopen meestal slecht af,’ zegt Floris-Jan van Luyn, regisseur van de Tegenlicht-afleveringen ‘Op de grens van het ideaal’ en ‘Hongkongs nieuwe helden’. ‘Het is hoopvol dat er toch nog altijd mensen zijn die zich blijven uitspreken. Mensen met een intense vechtlust die zich niet klein laten krijgen.’

Hoop

De ogenschijnlijk onverstoorbare personages uit ‘Op de grens van het ideaal’ doen denken aan de mensen die gevolgd worden in Waar liggen de grenzen van Europa? (2021). In deze korte documentaire van het dagblad Trouw worden de pushbacks aan de grens van Bosnië-Herzegovina gefilmd. De migranten zijn alles verloren, hun huis en geld, en terugkeren is geen optie. Niet alleen vanwege het geweld in hun thuisland, ze schamen zich ook omdat hun peperdure vluchtpoging mislukt is. Nadat ze hun bezittingen zijn kwijtgeraakt, blijven ze zich de rest van hun leven vastklampen aan hun dromen – want als ook die vervagen, wat is er dan nog om na te jagen?

Adam Michnik – voor wie 5000 medestudenten gingen demonstreren, wat mijn moeder er jaren later toe aanzette om te ageren tegen het communistische curriculum van de universiteit – richtte in 1989 het liberale Poolse dagblad Gazeta Wyborcza op. In een recent interview in The New Yorker roept de zeventiger iedereen op de hoop niet op te geven.

Hoewel Michail Gorbatsjovs hervormingspolitiek, de perestrojka, in de jaren tachtig mislukt is in Rusland betekent dit niet dat zoiets nooit zal slagen, stelt Michnik. ‘Wat toen is gebeurd, wat er geschreven en gezegd is, wordt nooit meer uitgewist.’

Dit alles is verankerd in het collectieve bewustzijn. Misschien blijft het voorlopig nog bij dromen, maar, om met Michnik te spreken, uiteindelijk zal geen enkele natie meer gedoemd zijn tot mislukking of een bestaan in onvrijheid.

Kom woensdag 11 mei om 20.00 uur naar de VPRO Tegenlicht Meet Up ‘Op de grens van het ideaal’ in Pakhuis de Zwijger. Met o.a. filmmaker Floris-Jan van Luyn en activisten Raki Ap en Hilla Dayan. Klik hier voor meer informatie.

meer over Oekraïne