VPRO Gids 7

13 februari t/m 19 februari
Pagina 16 - ‘Onze vrouw in Den Haag’
papier
16

Cadeautje!

Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →

Onze vrouw in Den Haag

Arja van den Bergh

NRC-podcast 'Haagse zaken' bestaat deze maand vier jaar. In die tijd groeide host en journalist Lamyae Aharouay uit tot een van de scherpste politiek verslaggevers in Den Haag. ‘Veel jonge mensen zijn wél op zoek naar uitleg en inhoud.’

Je zult het wel druk hebben: corona, de toeslagenaffaire, een demissionair kabinet...

Lamyae Aharouay (1990): ‘O man, het is krankzinnig! Maar wel heel erg leuk.’

2020 was niet het minste politieke jaar. Welk moment blijft je het meest bij?

De persconferentie midden maart ergens, voordat Rutte zijn eerste tv-toespraak hield over corona. Op de dag dat de eerste coronapatiënt in Nederland werd gemeld, kreeg ik de sleutels van mijn huis in Den Haag. Ik kwam precies op tijd, zou je kunnen zeggen. Ik fietste dat weekend naar het Ministerie van Justitie waar die persconferentie werd gegeven. Er hing zó’n bedrukte sfeer. Normaal kletst iedereen een beetje, grappen journalisten met elkaar. Maar dat was die dag niet zo. De vrees was echt: wat gaan ze ons straks vertellen? Wat ís dit virus eigenlijk? En wat voor beperkingen gaat het opleveren? Over scholen hing al iets in de lucht, en als ik het goed heb, is toen ook aangekondigd dat die voor even gesloten zouden worden. Dus dat vat voor mij wel het politieke jaar samen. Het was voor mij een kantelmoment. We hadden allemaal wel wat berichtjes gezien uit China, en toen werd het ineens een Nederlands probleem. En daarmee een Haags probleem.’

De podcast Haagse zaken bestaat deze maand vier jaar. Hoe kwam je destijds op het idee?

Haagse zaken begon toen ik nog presenteerde bij BNR. Ik maakte daar hele korte items van maximaal vier minuten, maar ik had behoefte aan langere gesprekken. Toen ik tijdens de presidentsverkiezingen van november 2016 in de VS was, luisterde ik veel naar Amerikaanse politieke podcasts, zoals Political Gabfest van onlinemagazine Slate. Ik dacht: waarom hebben wij dit nog niet? Over de politiek in Nederland valt óók genoeg te zeggen. Dus benaderde ik NRC. Ik was daar toen al columnist, maar zat als freelancer toch op een soort eiland. Tom-Jan Meeus, politiek redacteur daar, bracht me in contact met de Haagse redactie. Heel spannend, want dé Haagse redactie van NRC, hè? Daar zeiden ze nog net niet: mevrouw, we zijn een krant, en geen radiostation. Begin 2017 was dat, podcasts waren nog in opkomst. Maar de verkiezingen waren al in maart, dus dat was hét moment voor een politieke podcast.’

En toen mocht je een pilot maken.

‘Dat eerste seizoen deed ik nog alles zelf. Voorgesprekken, opnames, alles nog zonder regisseur. Ik begon om halfvijf ’s ochtends bij BNR en deed die podcast bij NRC er eigenlijk “bij”. Krankzinnige dagen, als ik eraan terugdenk. Maar ik vond het zo leuk om te doen. En wilde bewijzen dat het zou werken. Ik had me overigens voorgenomen om niet met politici te praten, maar met journalisten. Politici hoor je overal, terwijl journalisten veel horen en zien wat ze niet kwijt kunnen in de krant. Verbanden, anekdotes, observaties. Superboeiend allemaal. Maar vanwege de verkiezingen ging mijn allereerste aflevering over Henk Krol. Ik weet niet waarom ik dacht dáár de wereld mee te kunnen veroveren, haha.’

‘Mijn stage rondde ik af met een negen, maar de feedback was: “We kunnen nooit iemand met een hoofddoek naar het Binnenhof sturen”

Lamyae Aharouay
Je begon je zesjarige loopbaan bij BNR Nieuwsradio toen je nog een communicatie-opleiding volgde. Waar kwam je interesse voor politiek eigenlijk vandaan?

‘Dat politieke besef was er altijd al. Op school zat ik bij de debatclub, ik was echt zo’n nerd. En ik vond het fokking interessant om te kijken naar politieke debatten. Op dat moment deden talkshows er ook echt toe, hè: Barend & Van Dorp, Pauw & Witteman. Die moest je hebben gezien. Ik ben van de generatie – en ook die van Nederlanders met Marokkaanse ouders – wier bewustwordingsproces parallel liep met 9/11, de moorden op Pim Fortuyn en Theo van Gogh, en de opkomst van Wilders. We waren ons thuis heel bewust van het nieuws. Omdat het ook óver ons ging. Politiek gaat over jezelf, over je ouders, broertjes of zusjes. Het islamdebat is niet alleen maar een debat. Het gaat over mensen, en daar ben ik er een van. Dus las ik veel kranten, en keek ik het journaal.’

Maar je dacht er niet aan zelf journalist te worden?

‘Nee. Het heeft wel in mijn achterhoofd gezeten, ik vond het een mooi en stoer vak. Maar ik had niet het idee dat ik dat kon. Een tijdlang dacht ik dat ik de lobbykant op zou gaan. Ik begon bij BNR met het idee dat het als lobbyist handig is om te weten hoe die cyclus van nieuws werkt. Daarnaast had ik bewijsdrang. Mijn eerdere stage bij een communicatieadviesbureau had ik afgerond met een negen, maar de feedback was: “Je werkt op het niveau van een junioradviseur, maar je hebt een hoofddoek, en we zouden in deze tijd nooit iemand met een hoofddoek naar het Binnenhof kunnen sturen.” Dus mijn missie was stagelopen bij BNR, en vervolgens de allerbeste lobbyist worden. En toen raakte ik op slag verliefd op de journalistiek (lacht).’

Sinds 2018 werk je bij NRC als politiek redacteur. En na die pilot mocht je nog een seizoen van Haagse zaken maken.

‘En dat terwijl we dus waren begonnen met Henk Krol! Na het eerste seizoen alles alleen te hebben gedaan, kreeg ik toen ook een producent, Mirjam van Zuidam. Eens per week belden we met de chef van de Haagse redactie over onderwerpen en spraken we redacteuren, maar echt goed kenden we ze niet. Dus haalden Mirjam en ik elke week op eigen kosten bij restaurant Dudok een taart, die de redacteuren na de opname mochten meenemen naar de redactie, haha.’

Dit is een hele goede tip voor journalisten die een podcast willen maken bij een grote nieuwsorganisatie.

‘Ja, omkopen! In het begin was het af en toe echt duwen en trekken hoor. Het zijn ook schrijvers, die niet altijd gewend zijn om in een microfoon te praten. En Haagse journalisten houden ook heel veel voor zich. Maar nu, na vier jaar... jezus, man. Het lijkt af en toe wel alsof ik met professionele presentatoren werk. Het is zo fijn! We zijn allemaal zo goed op elkaar ingespeeld. Soms dragen redacteuren zélf onderwerpen aan. Moeten we zelfs kiezen. De rest van de krant betrekken we er ook bij. Een economieredacteur bijvoorbeeld, die wat wij ingewikkeld vinden heel goed kan uitleggen.’

‘Partijen gaan op zoek naar eigen platforms: alleen maar zenden, ongefilterd informatie delen. Dat vind ik zorgwekkend’
Hoe houd je met al die experts rekening met de minder ingevoerde luisteraar?

‘Toen ik begon, wilde ik vragen stellen die jij als luisteraar ook hebt. Dat was ik ook bang kwijt te raken toen ik politiek verslaggever werd. Het helpt dat mijn huidige producer, Iris Verhulsdonk, hier nu drie dagen per week mee bezig is. Zij bereidt alles voor met de redacteuren, maakt een draaiboek, en zegt soms tijdens de opname: “Leg dat eens even uit.” Maar wij verwachten wel een bepaald instapniveau. Ook bepalen we zelf welke onderwerpen we bespreken, ook al hebben luisteraars soms andere verwachtingen. Een goed voorbeeld daarvan is Forum voor Democratie. Dat viel uit elkaar in de week dat de verhoren over de toeslagenaffaire waren begonnen. Thierry Baudet was opgestapt, dus moest het die week gaan over FvD. De volgende ochtend appten Iris en ik elkaar tegelijk: “Toch de toeslagen.” Dat gedoe rond FvD is ook een rimpeling in de geschiedenis gebleken, omdat Baudet gewoon weer fractievoorzitter werd. De toeslagenaffaire zegt iets fundamenteels over onze rechtsstaat. Nu ons podium groeit, vind ik ook dat we dat soort keuzes moeten kunnen verantwoorden.’

Naar een gemiddelde aflevering luisteren zo'n 30.000 tot 35.000 mensen. Wat wil je met Haagse zaken bereiken?

‘Als je Haagse zaken hebt beluisterd, kan je het nieuws de week erop met een andere, geïnformeerde blik volgen. Dat is echt mijn doel. En dat proberen we op verschillende manieren te bereiken. Zo hebben we “de uitlegpodcast”, dat is één categorie. Wat is de stikstofwet? Of, hoe zit het nou precies met de vaccins? Dan hebben we “de politieke-partijen-podcast”, waarin we een partij van A tot Z bespreken. En soms hebben we gewoon een “duidingspodcast”, over de actualiteit. We willen in ieder geval geen feitelijke opsomming geven van wat er die week is gebeurd. We proberen een lichtje te schijnen op wat jij niet kunt zien, maar wij net wel. Ik vind ons trouwens het sterkst in de uitlegpodcast. Die wordt ook echt heel goed beluisterd, zelfs als het over een supergecompliceerde wet gaat.’

‘Weet je hoeveel debatten er zijn per week? Weet je wat voor spons je moet zijn om dat allemaal in je op te kunnen nemen?’

Toch wordt politiek bespreken in een podcast beschouwd als een niche, waarmee je niet de massa bereikt. Terwijl politiek zo verweven is met wie wij zijn.

‘Dat vind ik dus zo interessant. Ik ben begonnen omdat ik politiek heel boeiend vind, en dacht dat een podcast zich hier heel goed voor zou lenen. Maar het is niet alleen leuk, het is ook belángrijk. Want politiek gaat direct over wat er in ons leven gebeurt. Hoe wij ons leven in Nederland leiden. Van pensioenen tot werktijden, tot hoe je zorgverzekering is geregeld – echt álles. Toen dacht ik: hoe kan het dat niet iedereen in mijn generatie dit interessant vindt? We doen dus van die luisteronderzoekjes. En wat blijkt? Onze piek ligt tussen 25- en 35-jarigen. Dat is natuurlijk superboeiend. Ook voor de krant hè, laten we eerlijk zijn. Dat die groep geïnteresseerd is in NRC-journalistiek, terwijl de krantlezer steeds grijzer wordt, is echt heel tof. Veel mensen zijn dus wél op zoek naar uitleg, en inhoud.'

Dat is maar goed ook: de verkiezingen komen er weer aan. Waar ga je op letten?

‘Ik denk dat de tv-debatten heel belangrijk gaan worden. Weet je, ik vind het zo jammer dat ik geen vergelijkingsmateriaal heb. Dat ik niet kan zeggen: in 2017 verliep de campagne zus en zo. De straat op gaan, bijeenkomsten bezoeken, dat mis je nu allemaal. Het leukste is om politici door het land te volgen. Om te observeren hoe ze zich gedragen, wat ze zeggen, en vooral wat níét. De een is ook meer bedreven in flyeren dan de ander. Ook dat geeft veel prijs. Partijen worstelen er zelf trouwens ook mee. Je ziet dat ze nu op zoek gaan naar eigen platforms: eigen journaals of podcasts. Alleen maar zenden en ongefilterd informatie delen, zonder door journalisten te worden bevraagd. Iets wat ik wel zorgwekkend vind.’

Vier jaar geleden liet je al in een Villamedia-interview optekenen dat de media Kamerleden nog te vaak te makkelijk ergens mee weg laten komen.

‘Grappig is dat. Ik heb wel gemerkt dat het makkelijk is om vanaf de zijlijn iets over media te roepen. Daarom ben ik ook gestopt als columnist. Iedereen vindt de hele tijd van alles, en iedereen vindt ook nog eens van zichzelf dat iedereen dat zou moeten horen. Wat een onzin! Je mag het zeggen, maak een twitteraccount aan, maar niemand hóeft het te horen. Ik ben echt wel anders gaan kijken naar de politieke journalistiek. Die klefheid is er heus wel tussen politiek en journalistiek, daar ga ik niet ingewikkeld over doen. Maar het gros van de journalisten probeert heel hard de macht te controleren. Daar heb ik zelf ook een taak in. Ik doe niet alleen woordelijk verslag van alles wat er gezegd wordt. Ik probeer ook kritisch te bevragen en te duiden. In die volgorde. Klopt het? En wáárom is dit zo?’

Als je kijkt naar hoe de regering omgaat met corona, lijkt me dat wel steeds lastiger.

‘Ja, man. Weet je hoeveel debatten er zijn per week? Weet je wat voor spons je moet zijn om dat allemaal in je op te kunnen nemen? En tegelijkertijd te zien wat er gebeurt bij politieke partijen op sociale media? Of wat er juist níet naar buiten komt, en dus achter de schermen plaatsvindt? Er gebeurt zó fokking veel.’ 

Je moet er altijd bovenop zitten.

‘Ja, en dat is best moeilijk. Neem de coronamaatregelen. Je hoort een aankondiging en probeert er vervolgens bewindspersonen op te bevragen. Maar wij beschikken niet over het OMT-advies waarop het kabinet zich wel baseert, op het moment dat wij vragen mogen stellen. Dat advies wordt pas een dag later openbaar gemaakt. Als ik toch even een vingertje mag opsteken: ik vind dat eigenlijk best wel kwalijk. Je zit er als journalist gewoon met een achterstand. Want soms doet het kabinet iets wat het OMT níet had geadviseerd. Gaan ze zelfs in tegen een advies. Maar het beeld wordt gecreëerd op de avond van de persconferentie, en daar kijken zes, zeven miljoen mensen naar. Ik moet die bewindspersonen op die avond dan op hun blauwe, groene of bruine ogen geloven – en dat doe ik liever niet. Dat doe ik liever op basis van informatie die ik zelf heb en die ik ze dan voor kan leggen.’

Wanneer je een dag later het advies bekritiseert, heb je geen publiek meer van zeven miljoen mensen.

‘Snap je? Op het moment dat miljoenen mensen kijken, komen er vragen als: hoe zit het nou precies met maatregel X? Terwijl dat niet het belangrijkste is! En in alle eerlijkheid: ik doe eraan mee, aan dat jagen naar de maatregelen, voordat ze officieel zijn aangekondigd. Want ja, als je ze als eerste hebt, dan is dat toch wel fijn. Maar tegelijk kun je je ook afvragen wat het oplevert. Veel interessanter is wat tot de maatregelen heeft geleid. Hoe lagen de kaarten? Wat is er nog meer overwogen? Wat is het advies geweest van de experts? Journalistiek is daar meer te halen dan als eerste de maatregelen hebben.’ 

Wat duiding des te belangrijker maakt.

‘Ja! En ik kan je een primeur geven: we gaan vanaf de week vóór de verkiezingen een dagelijkse podcast maken. De aflevering van zaterdag blijft doorgaan, maar de dagelijkse wordt eigenlijk een soort korte update, als het campagnegeweld op z’n allerhoogst is. Iedereen zegt en vindt dan wat. En wij zijn er dan om te ontspinnen wat er speelt. Om je te vertellen: dit is een proefballon. Deze politicus heeft iets gezegd wat totaal in strijd is met wat ie eerder heeft gezegd. Alles komt op je af in die week, en wij proberen je te vertellen: let híérop, luister dáárnaar.’

Je fanclub op Twitter wordt steeds groter, ook schuif je wel eens aan bij tv-talkshows. Heb je ambities om naar een groter platform over te stappen?

‘Ik zit hier pas twee jaar, dat is echt nog niks man! Ik moet nog zoveel leren. Elke dag is anders; je bent bezig met je netwerk, met verhalen maken, met opletten… ik weet ’s ochtends negen van de tien keer niet hoe de dag zal eindigen. En als je dan ziet wat we losmaken bij mensen, dan denk ik echt: yes. Nee, ik ben nog lang niet klaar bij de krant. Het startschot is eigenlijk pas net afgegaan.’ 

Haagse zaken van NRC is te beluisteren via alle podcastapps.

 

Cadeautje!

Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →