Je oude leven achter je laten en verdwijnen: iedereen fantaseert er wel eens over. Naarmate het lastiger wordt om je sporen te wissen, groeit de verdwijner uit tot moderne held.

‘Kijk, daar hangt een camera.’ Maarten Inghels, stadsdichter van Antwerpen, wijst naar een bolvormig uitsteeksel aan een gebouw in het Middelheim Park. ‘Ik noem het cyclopen,’ zegt hij. ‘Eenogige wezens die 360 graden alle kanten op kunnen kijken, waardoor je niet weet of je bekeken wordt. Een waar panopticum.’

Op een koude decemberdag loop ik met Inghels van het zuiden naar het noorden van Antwerpen. De bedoeling is om buiten het blikveld van camera’s te blijven, maar dat valt niet mee. Een beveiligingscamera boven een garagedeur vermijden we door aan de overkant van de straat te blijven lopen; van een flitspaal hopen we dat hij alleen auto’s fotografeert. Inghels krabbelt notities op zijn kaart. Dit is geen gewone wandeling, maar een poëtische performance. Op termijn hoopt de dichter de Invisible Route te publiceren, ‘een artefact voor de burger die wil verdwijnen.’

Opgaan in de menigte ziet Inghels als een essentiële functie van de stad, een functie die nu wordt bedreigd. Hij vergelijkt het cameratoezicht met de stadswallen van vroeger. Die ook als doel hadden om ongewenste elementen buiten te sluiten. ‘We leggen nu als het ware een virtuele muur om de stad. Het maakt de openbare ruimte steeds gecontroleerder, steeds privater,’ zegt hij, terwijl we een door camera’s bewaakte parkeerplaats van Albert Heijn passeren. Inghels kruist de locatie af op zijn kaart. ‘De enige manier om straks nog te verdwijnen, is door in huis te gaan zitten met de gordijnen dicht,’ lacht hij. ‘Daar mag men immers niet filmen.’

overlijdensakte

Inghels is mijn gids in de radiodocumentaire De verdwijners. Hierin laat ik verhalen horen van mensen die het verlangen om te verdwijnen kennen, en van twee zoons wier vader vertrok om op een onbekende bestemming een nieuw leven op te bouwen.

Ik raakte geïnteresseerd in het onderwerp door Playing Dead, een boek over mensen die hun eigen dood in scène zetten. Nooit eerder las ik een boek dat opent met de overlijdensakte van de auteur. Elizabeth Greenwood bemachtigde het document voor een bescheiden bedrag in de Filipijnen. Daar blijkt een heuse pseudocide-industrie te bestaan, bevolkt door corrupte ambtenaren. De klanten zijn voornamelijk Filipijnse Amerikanen. Tijdens een vakantie in hun vaderland krijgen ze plotseling een ‘ongeluk’ en vervolgens strijken ze via een medeplichtige in de vs het geld van hun levensverzekering op. Een stoffelijk overschot als bewijs is verkrijgbaar in het gemeentelijk moratorium; daar is men al lang blij als iemand zich over een van de vele anonieme lijken ontfermt. In een nepbegrafenis en een nieuwe identiteit kan ook worden voorzien.

Zo ver gaat Greenwood niet. Haar boek is half ironisch egodocument, half onderzoeksjournalistiek, en komt voort uit de vraag of het mogelijk is om radicaal met je oude leven te breken en opnieuw te beginnen. Bijvoorbeeld als je, zoals zij, gebukt gaat onder schulden.


Missing Richard Simmons wordt in de VS al ‘de nieuwe Serial’ genoemd. De podcast over de verdwijning van de hysterische fitnessgoeroe, bekend van oneliners als ‘sweat is just fat crying’, bevat inderdaad alle ingrediënten voor een luisterverslaving. De serie roept ook ethische vragen op. Heeft presentator Dan Taberski het recht om met deze podcast een klopjacht op zijn vriend te openen, als deze er alles aan doet om niet gevonden te worden?

 

Wat Christopher McCandless was voor Amerikanen, is Bas Jan Ader voor Nederlanders: de ultieme verdwijnkunstenaar. Ader was 33 jaar oud toen hij in juli 1975 van Massachusetts (VS) koers zette naar Europa, in het kader van zijn performance ‘In search of the miraculous’. Zijn zeilbootje mat slechts vier meter, want hij wilde hiermee ook in het Guinness Book of Records komen. Er is nooit meer iets van hem vernomen. Een documentaire van Rogeria Burgers.

 

In vijf afleveringen van deze BBC Radio 4 podcast volgen we Kirsty’s zoektocht naar haar man Zack. Op een dag in november 2016, als hun baby vijf weken oud is, komt hij opeens niet meer thuis van zijn werk. Zack heeft een bipolaire stoornis en Kirsty maakt zich zorgen dat er iets ernstigs met hem is gebeurd. Of is ze domweg verlaten door haar man? 

 

 

Hoe pak je dat aan: je eigen dood in scène zetten? Hoe kom je aan een geloofwaardige overlijdensakte, een nieuwe identiteit en genoeg geld om elders opnieuw te beginnen? Elizabeth Greenwood, auteur van Playing Dead, deelt haar bevindingen.

 

 

kano-man

Omdat mensen die met succes zijn verdwenen doorgaans niet met journalisten praten, passeert in Playing Dead een reeks mislukkingen de revue. Al zal John Darwin, beter bekend als de ‘kano-man,’ zijn verhaal niet zo typeren. Ook deze Britse oud-gevangenisbewaarder zat diep in de schulden. Na overleg met zijn vrouw Anne – later zou zij het emotionele chantage noemen – besloot hij deze af te lossen door een ‘lening’ bij de levensverzekering. Op 21 maart 2002 ging hij uit varen op zee, om niet meer terug te keren. Paniek alom in het slaperige badplaatsje Seaton Carew, ook bij Anne, die donders goed wist dat haar man een eind verderop in een tent op het strand bivakkeerde.

Na twee maanden keerde Darwin terug naar zijn woonplaats. Zijn vermomming van baard, zonnebril en slepend been bleek effectief genoeg voor de meest curieuze twist in het verhaal: vier jaar lang woonde Darwin met zijn vrouw onopgemerkt onder één dak. Daarna vertrok het tweetal naar Panama om met een gestolen identiteit een nieuw leven op te bouwen. Een poosje lukte dat aardig: als de familie Jones brachten John en Anne hun tijd door met paardrijden op tropische stranden.

Van de daaropvolgende gebeurtenissen bestaan verschillende versies. Volgens Darwin was het plan altijd dat hij zich op een gegeven moment bij de Engelse politie zou aangeven. Hij zou zich beroepen op geheugenverlies en de verzekering terugbetalen. Op die manier zou zijn vrouw vrijuit gaan. Maar dat viel tegen: in 2007 doken videobeelden op waarop de kano-man en zijn vrouw een makelaarskantoor in Panama bezochten. Beiden werden veroordeeld tot ruim zes jaar cel.

De enige manier om straks nog te verdwijnen, is door in huis te gaan zitten met de gordijnen dicht. Daar mag men immers niet filmen.

Maarten Inghels

into the wild

Crowdfunding, schuldsanering, een bank beroven, zelfmoord: Darwin had andere uitwegen uit zijn financiële misère kunnen zoeken. Waarom koos hij voor dit bizarre scenario? En, misschien nog raadselachtiger: waarom bleef hij niet weg? Omdat hij daar te ijdel voor was, concludeert Greenwood nadat ze de kano-man heeft ontmoet. De verdwijning kostte Darwin zijn huwelijk en de band met een van zijn zoons. Maar het leverde hem een celebritystatus op. Het verhaal hield de media maanden bezig, in een hotel in het badplaatsje zijn zelfs twee kamers naar hem genoemd. Darwin, door Greenwood beschreven als een klassieke narcist, geniet ervan. Hij praat over de periode van zijn verdwijning als ‘toen ik dood was’ en pocht over de fanmail van vrouwen die hij nog steeds ontvangt. Hij heeft, al was het maar voor even, toch mooi gedaan waar velen van dromen: zich verlost van de knellende banden van de maatschappij.

In hetzelfde jaar dat John Darwin werd betrapt, kwam de film Into the Wild uit. Het was het begin van de mythe rond Christopher McCandless, die alle vrienden- en familiebanden verbrak en als zijn alter ego Alexander Supertramp de wildernis van Alaska introk. Radicale vrijheid streefde hij na en als we de regie van Sean Penn moeten geloven, vond hij die ook. Maar toen de nabijgelegen rivier ’s zomers in een kolkende massa veranderde en McCandless het gebied niet meer kon verlaten, stierf hij aan voedselgebrek.

McCandless sleepte geen anderen mee in zijn val en was geen oplichter zoals Darwin. Toch vonden vele filmbezoekers hem een asociale klootzak. Anderen – opvallend genoeg vaak mannen – bejubelden de film en zijn hoofdpersoon. De bus waarin McCandless zijn laatste adem uitblies, is nog steeds een bedevaartsoord voor pelgrims. Dat gaat ver: er zijn fans die, in hun streven naar de ultieme McCandless-ervaring, hun tent opslaan bij de bus en een tijdje stoppen met eten. Anderen gaan net zo slecht voorbereid op pad als hun held. In 2010 verdronk een Zwitserse toeriste in de ruige rivier, vorig jaar moesten drie Duitsers door een helikopter uit het gebied worden geëvacueerd.

ijzeren discipline

Diana Saverin, een Amerikaanse journaliste, deed onderzoek naar de obsessie met McCandless. ‘De mensen die ik ontmoette, hadden het steeds over vrijheid,’ vertelt ze. ‘Wat betekent dat dan, vroeg ik. Ik had het gevoel dat het een catch-all was. McCandless vertegenwoordigde alles wat ze zelf wilden doen of zijn.’ Zo sprak ze een consultant die eigenlijk timmerman wilde worden, maar als jonge vader het roer niet durfde om te gooien. In plaats daarvan had hij een week vrij genomen om de bus te bezoeken.

Natuurlijk is zo’n reis niet compleet zonder foto of filmpje, waarop de pelgrim met dezelfde gelukzalige glimlach als McCandless voor de bus poseert. Op YouTube en Facebook is de white spot zo voorgoed in kaart gebracht, de verdwijning eindeloos geopenbaard.

Volgens Maarten Inghels is het de grote paradox van deze tijd. ‘Mensen willen vaker verdwijnen, maar wel gezien worden in hun verdwijning. Ik moet denken aan mensen die een tijdje van Facebook gaan en dat dan aankondigen: ik ga offline. Daar zit een boodschap in van: vergeet mij niet. Net als mensen die in het café heel luid roepen: ik ben er nu vandoor!’

Daar komt bij: hoe moeilijker het wordt om te verdwijnen, des te groter de prestatie. Dat bleek ook uit het AvroTros-programma Hunted, afgelopen najaar uitgezonden, waarin twaalf kandidaten probeerden om drie weken lang uit handen te blijven van een speciaal opsporingsteam. De programmamakers benadrukten dat ze heus geen criminelen op ideeën wilden brengen, maar de gewone burger door dit ‘sociale experiment’ laten nadenken over de grenzen aan opsporingsbevoegdheden. En passant gaven de rechercheurs tips voor wie onder de radar wil blijven. Verdwijnen anno 2017 vereist ijzeren discipline, vertelde Hunted-rechercheur Sander Schaepman in Trouw: je moet afscheid nemen van je mobiele telefoon en sociale media, maar ook sterk genoeg zijn om via andere kanalen contact met vrienden, familie en je partner te weerstaan. ‘Ook […] wanneer je zijn overlijdensadvertentie in de krant ziet staan, een van de vele trucs om een voortvluchtige te lokken.’

Mensen willen vaker verdwijnen, maar wel gezien worden in hun verdwijning. Net als mensen die in het café heel luid roepen: ik ben er nu vandoor!

Diana Saverin

eenzame uitvaart

Wie over die ijzeren discipline beschikt, moet zijn familieleden als collateral damage beschouwen. In Playing Dead komen kinderen van zich dood houdende vaders aan het woord, die jaren in het duister tastten over wat er was gebeurd. Verdwijnen is niet iets om te romantiseren, concludeert Elizabeth Greenwood. Om van haar eigen studieschuld af te komen, begint zij maar met het schrijven van een boek.

Ook Maarten Inghels, duikend voor camera’s in de Antwerpse straten, maakt ongezien blijven niet mooier dan het is. ‘We moeten niet vergeten dat er, zelfs in een wereld waarin we constant door onze internetprofielen worden getraceerd, mensen door de mazen van het net glippen. Mensen die zelfs geen profielen hebben.’ Hij vertelt over een Vietnamese vluchteling die hij postuum leerde kennen door het literaire project Eenzame Uitvaart.

‘Wij krijgen alleen een geboorte- een sterfdatum en een adres. Dat bezoek ik meestal om een idee te krijgen van een leven. En dan besef je wel dat iemand er niet echt voor kiest om te verdwijnen.’ Deze man was in de jaren tachtig naar Antwerpen gekomen in de hoop op een beter leven. Omdat zijn uitkering en de betaling van zijn huur automatisch doorliepen, merkte niemand dat hij al twee jaar dood in huis lag. Hij was in een mummie veranderd. Bij zijn graf stond Maarten Inghels met een gedicht.

Luister naar Radio doc: De verdwijners

Een vader laat een brief op de keukentafel achter en verdwijnt, om jaren later op te duiken in Spanje. Een dichter dwaalt door de stad, op zoek naar plekken om onzichtbaar te zijn. Een Nederlandse vrouw woont al jaren alleen op een winderige berg in Turkije. In dit audio-essay onderzoekt Maartje Duin het verlangen om te verdwijnen in een tijd waarin we meer dan ooit worden bekeken.

 

meer podcasttips