Roel: ‘Ik was daar veel te jong voor en dat gold ook Fawlty Towers. Jullie citeerden daar steeds van alles uit en dat werkte nogal enthousiasmerend. Thijs deed in de bovenbouw op het Baarnsch Lyceum samen met een vriend mee aan cabaretwedstrijden en daar schreef jij ook voor. Ook in de schoolkrant en als klein broertje vond ik dat bijzonder stoer. We waren inderdaad veel met taal bezig.’
Jos: ‘Als we met z'n allen aan tafel zitten gaat het spreektempo meteen vijftig procent omhoog. Het wordt allemaal wat snediger en…’
Roel: ‘...heel vaak maken we elkaars zinnen af of vullen we elkaar aan met grappen.’
Jos: ‘Dat is niet iets wat ons met de paplepel ingegoten is, want onze ouders deden ander werk. Zij zaten in de gezondheidszorg. We hadden nog heel lang zwart-wittelevisie en pas toen de video van Jacobse en Van Es uitkwam was dat voor onze ouders aanleiding om een videospeler te kopen. Daarna hebben we alles helemaal stuk gekeken. De eerste Engelse dingen die ik zonder ondertiteling ben gaan kijken waren Fawlty Towers en Monty Python.’
Roel: ‘Jouw nickname was volgens mij Mr Ni van The Knights who say “Ni!” uit Monty Python and the Holy Grail. Met vrienden imiteerde je ook heel veel uit Fawlty Towers en je vond het stom als ik dat ook deed. Daarom zei mama tegen mij dat ik niks meer van Fawlty Towers mocht kijken of nadoen. Fawlty Towers was jouw ding. Jij zat in zes gymnasium en haatte het natuurlijk als je kleine broertje uit de eerste jou nadeed. Voor mij waren jullie grote stoere jongens.’
Jos: ‘Wij waren helemaal niet stoer, echte nerds waren we. Jij hebt trouwens op een Belgische camping toen je elf was ook dagenlang Urbanus nagedaan.’
Roel (zingend): ‘“Dir bit'st nen hittentit ip.” Ja, met zo’n pet op en een kussen achter mijn shirt. “Hittentit” heette dat liedje. Kan nu echt niet meer. Jij was van het schrijven, ik speelde graag toneel en Thijs was al heel vroeg met computers en radio in de weer, bij Radio Soest. Hij had ook een jammer waarmee hij kon uitzenden op de frequentie van Radio 538. Alleen in onze eigen straat hoor.’
Jos: ‘We kenden ook allerlei debatten en optredens van Pim Fortuyn uit ons hoofd, zoals die geruchtmakende uitzending bij Paul Witteman met onder anderen Ad Melkert. Zaten we urenlang te citeren.’
Roel: ‘Ooit hebben we een hele vakantie bijna niets anders gedaan dan het debat tussen Marcel van Dam en Pim Fortuyn uit Het Lagerhuis naspelen. Ik ben eigenlijk begonnen met filmpjes maken toen Thijs in Enschede studeerde en daar filmpjes ging maken bij de Cabaretvereniging Contramime. Míjn grote droom, dat wilde ik al heel lang. Met vriendjes heb ik toen een camera gekocht om filmpjes te gaan maken. Dat werd Tegen de regels, mijn eerste ding op YouTube. We waren ook altijd op de computer aan het pielen met grapjes en photoshopjes. Je hebt bijvoorbeeld Age of Empires, een heel groot computerspel, met een herkenbaar beginmuziekje: taa-ta-ta-ta. Om ons te plagen had Thijs daar met een programmaatje zijn stem overheen gezet. Hoorden we tijdens het gamen steeds: “Dit is Age of Empires, een dom spel…’
Jos: ‘…van een met hamburgers volgevreten Amerikaan: Bill Gates.”’
Roel: ‘Met een vriendinnetje dat ik al sinds de crèche kende en dat kind aan huis was bij ons nam ik sketches op met een cassetterecorder. Ik herinner me dat we een parodie deden op Lotto weekend miljonairs. Dan was ik Robert ten Brink en zij was dan kandidaat Els Borst en moest allemaal vragen beantwoorden. Waren we tien. Niemand van mijn leeftijd wist wie Els Borst was, maar blijkbaar had ik die naam thuis opgevangen.’
Jos: ‘We hadden tijdens de middelbare school ook een forum op internet waar we chatten en allerlei typetjes met elkaar in gesprek lieten gaan. Sommige daarvan waren helemaal verzonnen, zoals dr. Naecktgebören, maar er zaten ook bestaande figuren tussen. Personages…’