In de serie Het jaar van Fortuyn wordt de politieke aardverschuiving die Pim Fortuyn in 2002 veroorzaakte van verschillende kanten belicht. ‘Alle putdeksels die Fortuyn lichtte, staan twintig jaar later nog steeds open.’

Een aardverschuiving. Zo kun je de entree van Pim Fortuyn in de politieke arena nog het best omschrijven. Nederland gold aan het begin van deze eeuw als een van de beste plekken om te leven, maar in de maanden tussen september 2001 en mei 2002 vonden gebeurtenissen plaats waarvan de naweeën twintig jaar later nog altijd voelbaar zijn, zoals de aanslagen op de Twin Towers, de onstuimige verkiezingsstrijd in 2002 en, op 6 mei 2022, de tragische moord op Fortuyn.

Het is een van de boeiendste periodes uit de naoorlogse politieke geschiedenis en dus is het best bijzonder dat we twintig jaar moesten wachten op een dramatisering ervan. Nu is die verfilming er dan toch, in de vorm van de vijfdelige miniserie Het jaar van Fortuyn, die zich richt op de drie belangrijkste politieke actoren in dit verhaal: Pim Fortuyn (Jeroen Spitzenberger), PvdA-lijsttrekker Ad Melkert (Ramsey Nasr) én Fortuyn-secondant Mat Herben (Fedja van Huêt), die in de serie tevens functioneert als verteller.

‘Er wordt vaak gevraagd aan wiens kant wij staan, maar we wilden beide kanten zo onbevangen mogelijk belichten’

Nathan Vecht

Schrijver Nathan Vecht – die de serie schreef met Pieter Bart Korthuis – typeert het Fortuyn-jaar als een heel hectische periode waarin een storm losbarstte in een daarvoor ietwat slaperig land. ‘Er was sprake van totale verbijstering: alle ongeschreven regels werden door 9/11 en de opkomst van Fortuyn ineens overboord gegooid. Een PvdA-lid zei het tijdens de research treffend: “Je bent je hele leven aan het voetballen, en dan komt ineens iemand het veld oplopen die de bal met zijn handen oppakt en vervolgens in het doel gooit. De scheidsrechter zegt vervolgens dat de goal gewoon telt.”’

Blind

In de eerste aflevering wordt er door diezelfde PvdA in eerste instantie vrij lacherig gedaan over Fortuyn, wanneer die zich kandidaat stelt als lijsttrekker van Leefbaar Nederland. De uitgesproken Fortuyn wordt totaal niet serieus genomen, en achter de schermen zijn Wim Kok (Jaap Spijkers) en zijn entourage vooral bezig de successen van de twee paarse kabinetten te vieren. Daarmee tonen ze zich echter grotendeels blind voor een groeiende onderstroom in de Nederlandse samenleving, die onder meer wordt versterkt door toenemende inkomensongelijkheid en angst voor migratie. Fortuyn geeft die onvrede een stem met zijn onconventionele manier van politiek bedrijven, waartegen de ietwat fletse Melkert totaal niet bestand blijkt.

Vecht en Korthuis ontwikkelden tijdens het schrijven steeds meer mededogen voor beide kanten. Vecht: ‘Natuurlijk heeft het politieke establishment steken laten vallen, want er was een grote groep die zich niet vertegenwoordigd voelde. Maar tegelijkertijd begrijp ik ook wel dat veel politici ervan overtuigd waren dat ze het goede deden en compleet verrast waren toen een groep kiezers opeens liet weten dat er niets van deugde. Ook Melkert had wel degelijk goede voelsprieten voor wat er in de samenleving speelde en hij behoorde binnen de PvdA tot de groep die vond dat er iets moest veranderen. Maar hij werd binnen de partij tegengewerkt, óók door Kok. Melkert had veel meer in huis dan hij kon tonen: natuurlijk was hij veel minder fotogeniek dan Fortuyn, maar hij zag wel degelijk wat er gaande was in het land.’

Angstig

Voor Vecht en Korthuis was het tegelijkertijd belangrijk om niet alleen terug te vallen op alle bekende gebeurtenissen. Het jaar van Fortuyn moest nadrukkelijk géén historische slideshow worden, maar een spannend politiek drama dat zowel politieke junkies als de meer onwetende kijker moet boeien. Vecht: ‘We hadden natuurlijk een goudmijn aan bestaand materiaal, maar fictie is óók een geweldig middel om grip te krijgen op de werkelijkheid. We wilden wel dat mensen iets nieuws te zien krijgen en daarom speelt negentig procent van de serie zich af áchter de schermen, bij zaken waar het publiek nooit bij was. Daarnaast wilden we laten zien dat achter die triomfantelijke, pesterige Fortuyn óók iemand schuilging die zeer angstig was. Als fictieschrijver heb je de mogelijkheid om nieuwe inzichten te bieden. Niet alles in onze serie is waargebeurd, maar we zijn wel waarachtig omgegaan met de historische feiten.’

Het jaar van Fortuyn besteedt daarnaast óók veel aandacht aan de begindagen van het populisme. Vecht: ‘We wilden geen biopic maken over Pim Fortuyn, maar een serie die het ontstaan van het populisme in beeld brengt. De kern daarvan was dat we niet alleen in Den Haag moesten blijven, maar wat meer het land in zouden gaan, naar plekken waarvoor destijds weinig aandacht was, zoals een gemengde school in Rotterdam of de gemeenteraad in Linschoten. Populisme is een veelkoppig monster, dus we hebben vooral geprobeerd om dat als een soort harmonica uit elkaar te trekken en in te zoomen op essentiële thema’s, zoals de toenemende ongelijkheid, of de opkomst van de nieuwe media.’

Democraat

Niet voor niets is Fortuyn twintig jaar na zijn dood nog altijd zeer populair bij een deel van het electoraat. Vecht: ‘Alle putdeksels die Fortuyn lichtte, staan twintig jaar later nog steeds open. Het is eerder ernstiger geworden dan dat er structurele oplossingen voor de problemen zijn gevonden. Alle grote thema’s die in 2002 dominant waren, zijn nog steeds actueel.’

Toch is er volgens Vecht wel degelijk een verschil tussen Fortuyn en de nieuwe generatie populisten. ‘Iemand als Thierry Baudet zie ik meer als een ongedisciplineerd neefje van Donald Trump. Dat zijn vaak mensen die om uiteenlopende redenen de democratie aan het wankelen willen brengen. Dat was bij Fortuyn absoluut niet aan de orde. Hoewel hij onconventionele methoden hanteerde om zijn punt te maken, ben ik ervan overtuigd dat hij een echte democraat was. Er wordt vaak gevraagd aan wiens kant wij staan, maar we hebben vooral geprobeerd om beide kanten zo onbevangen mogelijk te belichten. Als we – terugkijkend op de serie – dan toch een kant moeten kiezen, is dat de kant van de democratie. De democratie is allesbehalve perfect, maar ondanks alle tekortkomingen tóch iets om te blijven koesteren.’