Elke twee weken neemt Brommer op Zee redacteur Leonard Ornstein je mee in de wereld van het politieke boek. Lees hier zijn nieuwste tips.

Code rood. Het verhaal achter het coronabeleid

Peter Kee & Thijs Broer
Ornsteins oordeel

Code Rood van Peter Kee en Thijs Broer mag zich scharen in een lange traditie van bijzondere boeken, waarin de Haagse werkelijkheid wordt gereconstrueerd. In dit geval een dankbaar project, omdat we met de coronacrisis te maken hebben met de ernstigste crisis sinds de oorlog.  

Terwijl de crisis waarvan iedereen al een paar keer dacht dat die voorbij was, nog steeds voortduurt, is het goed dat dit boek er nu al ligt. Ook al is over het coronabeleid nog lang niet het laatste woord gezegd. Begin november besliste de Tweede Kamer dat er een parlementaire enquête komt, waarbij de verantwoordelijken onder ede kunnen worden gehoord. 

Dat verhoormiddel misten Kee en Broer. Maar ze zijn ver gekomen. Het boek is prima literatuur voor Tweede Kamerleden om zich straks, voor de komende enquête, in te werken. Zorgvuldig zocht het duo naar details om dit rijke boek te illustreren. Ze zijn ver gekomen. Het door de wol geverfde parlementaire duo moet entree hebben gehad bij belangrijke sleutelspelers die hen zowel off the record als on the record van informatie wilden voorzien. 
 

 

We worden getrakteerd op smeuïge details. Van Mark Rutte die op vakantie in Oostenrijk op een camping bivakkeert en daar de hele dag aan de telefoon hangt met het politieke thuisfront. Tot het etentje van Baudet, Wilders en Hiddema waar de voorzichtige Geert Wilders angstig naast de proestende Hiddema zit.  

Het boek begint met de totale onderschatting van de ramp. Een virusmonster dat vanuit China langzaam naar Nederland overwaait. Nederland en de toenmalige minister Bruno Bruins zijn volstrekt onvoorbereid op wat komen gaat, alhoewel de minister roept dat alles goed geregeld is.   

Want chaos was er en al helemaal bij de aankoop van beschermingsmiddelen. Uitvoerig staan de auteurs stil bij Sywert van Lienden die met zijn sluwe mondkapjeshandel zijn zakken vult. Over zakken gesproken: minister Hoekstra van Financiën roept iets dat zijn voorgangers nog nooit gedaan hadden, namelijk dat de zakken van de overheid diep zijn om noodlijdende bedrijven overeind te houden. Het bedrijfsleven maakt er gretig gebruik van. Ondertussen smeken hoge ambtenaren hun eigen minister Hugo de Jonge toch vooral geen onuitvoerbare beloftes te doen op persconferenties: beloof nou niet te veel, want we kunnen het helemaal niet nakomen.

Kracht van het boek is dat het een inkijkje geeft in de andere politieke drama’s die gelijktijdig spelen: de onttakeling van het CDA (met zijn bizarre leiderschapsgevechten en de affaires rond Omtzigt), de oorlog binnen Forum voor Democratie en de almacht van premier Rutte binnen zijn eigen VVD. De linkse oppositiepartijen hebben weinig in te brengen en staan machteloos langs de kant. We leren de onderlinge verhoudingen tussen ministers en leden van het OMT kennen.

Zo was minister van Justitie Fredinand Grapperhaus (de CDA-minister die zijn schoonmoeder bij zijn bruiloft omhelsde en daarna als bromsnor aan geloofwaardigheid inboette) woedend op Ernst Kuipers, die als lid van het OMT op televisie verklaarde dat de avondklok eigenlijk een zinloze exercitie was geweest. Dat het CDA een vuile campagne tegen Mark Rutte wilde voeren, kwam in de aanloop naar de presentatie van dit boek al groot in het nieuws. 

Hoewel de schrijvers het oordeel aan de lezer laten, is een ding duidelijk: de regering liep keer op keer achter de feiten aan. Hoewel premier Rutte zich soms realiseerde dat hij de belangrijkste beslissingen van zijn leven nam, begonnen echter steeds meer burgers en instanties aan de poten van geloofwaardigheid van het coronabeleid te zagen. Premier Rutte en Hugo de Jonge waren voortdurend te optimistisch en trapten in de val dat corona wel ‘over’ zou zijn.  Niets bleek minder waar.

De conclusie die je zou kunnen trekken na lezen van dit boek: het coronaprobleem is door de regering aanvankelijk zwaar onderschat. De regering had geen strategie uitgedacht. Er was sprake van een zigzagbeleid. Daardoor moest het voortdurend zijn eigen miskleunen corrigeren. 
 

Els Borst. Medicus in de politiek

Nele Beyens
Ornsteins oordeel

De brute moord en het tragische einde van Els Borst-Eilers mogen nooit haar bijzondere leven overschaduwen. Al in 1968 werd Borst lid van het dan nog piepjonge D66. In de aanloop naar haar politieke loopbaan vervulde Els Borst een scala aan posities binnen de gezondheidszorg. 

Els Borst werd in 1998 leider van D66 en zou de eerste vrouwelijke vicepremier van Nederland worden. Ze zal herinnerd worden als de minister die in 2001 de eerste euthanasiewet ter wereld mogelijk maakte. Maar auteur Nele Beyens laat in deze interessante, biografie Els Borst. Medicus in de politiek zien dat zij veel meer was dan dat. 
 

Zoals bijvoorbeeld haar ingrijpende betrokkenheid bij het tabaksontmoedigingsbeleid. Maar ze had ook zware tijden: zoals bij de afwikkeling van de Bijlmerramp en de ministeriële verantwoordelijkheid voor de eindeloze wachtlijsten in de gezondheidszorg.

Els Borst wordt als persoon met warmte beschreven, wanneer haar jeugd en ontwikkeling aan bod komen. Ze was al voor de oorlogsjaren opgegroeid in de Amsterdamse rivierenbuurt. Het was een buurt vol joodse kinderen, waarvan velen geïmmigreerd waren uit Duitsland. Omdat er tijdens de oorlog geen fietsen meer beschikbaar waren, stepte ze dagelijks naar het Barlaeus Gymnasium. Op 12 maart 1945 werd ze staande gehouden door een Duitse soldaat en werd ze gedwongen de executie bij te wonen van dertig Nederlandse krijgsgevangenen. Ze is dan 13 jaar oud. Het maakte een onuitwisbare indruk op haar.

De uitstekende gedocumenteerde en goed geschreven biografie neemt ons vervolgens mee door de verschillende perioden uit het leven van Els Borst. Haar grote toewijding als moeder van drie kinderen (en later als grootmoeder). Van hoofd Bloedbank tot medisch directeur in het Academisch Ziekenhuis in Utrecht. Voor haar ministerschap was ze ook nog hoogleraar aan de universiteit van Amsterdam. Ze zou uiteindelijk zelfs nog minister van staat worden. Een grote eer. 

Els Borsts hart bleef altijd bij de gezondheid van mensen liggen. Ze was eigenzinnig en, hoewel geen activistisch feminist, wel een vrouw die – ook na haar ministerschap – als grand old lady geschiedenis heeft geschreven. 

Het herstel van Nederland, twaalf oplossingen voor een land in crisis

Bas Mesters
Ornsteins oordeel 

Het informatieve boek Het herstel van Nederland, twaalf oplossingen voor een land in crisis signaleert dat we in een onheilspellende tijd leven. Antwoorden zijn daarom geboden. Via zijn vader, een geschiedenisleraar, leerde auteur Bas Mesters met het oog op de toekomst de waarde van het vak geschiedenis kennen. Hij ontwikkelde er een belangrijk devies door, voor de rest van zijn leven: de geschiedenis leert dat al het denkbare en ondenkbare mogelijk is. Dat wilde hij toetsen aan de huidige tijd. 

Mesters ging zelf op onderzoek uit en besloot te gaan praten met twaalf mannen en vrouwen die van de hoed en de rand weten op het gebied van politieke en maatschappelijke problemen. Het boek is een bewerking van zijn eerdere serie Heilige Huisjes in de Volkskrant
 

De realistische toon van het boek en de interviews spreken mij aan.  
Soms lezen we passages die je nog voor een tweede keer leest. We hebben niet minder, maar meer boeren nodig. Vijf keer meer mensen in de landbouw dan nu. Boer Menno Smit, bij wie Mesters op bezoek gaat, zegt tegen hem dat de toekomst van de landbouw allesbehalve hopeloos is. De tocht die Mesters soms letterlijk maakte langs wetenschappers is de moeite waard, dat is het goede bericht in een tijd waarin we soms overspoeld lijken te raken door tegenslag en slecht nieuws. 
 

Grenzen van de gemeenschap. Een kritiek van radicale sociale bewegingen

Helmuth Plessner, vertaald door Jan Vorstenbosch
Ornsteins oordeel

De Duitse jood Helmuth Plessner was in eigen land al een beroemde filosoof en socioloog, toen hij in 1933 als jood noodgedwongen vluchtte naar Nederland. Hij werd één van de eerste hoogleraren sociologie in Nederland bij de oudste sociologiefaculteit van het land aan de Rijksuniversiteit Groningen. 

Noordboek filosofie bracht onlangs de Nederlandse vertaling uit van Grenzen van de gemeenschap. Kritiek van radicale sociale bewegingen. Het oorspronkelijke werk stamt uit 1924 en het boek is verrassend actueel. Hij maakt een diagnose van links- en rechtsradicalisme en analyseert vervolgens waar maatschappelijke spanningen eigenlijk vandaan komen. Plessners’ centrale vraag: kunnen we ons een ideale samenleving zonder geweld voorstellen? 
 

In zijn voortreffelijke voorwoord en dito vertaling legt Jan Vorstenbosch uit dat dit boek zich laat lezen als een oproep om het belang van liberale waarden in de rechtsstaat serieus te nemen. Sterker: burgers hebben de plicht om verantwoordelijkheid en macht te ambiëren om die rechtsstaat te verdedigen. Plessner betoogt in zijn boek dat het beschavingsproject van de mensheid een continu proces is. Onderhoud daarvan is noodzakelijk. Niet vrijblijvend, maar dwingend. Beschaving is geen vanzelfsprekendheid.

Plessner eindigt het boek met de boodschap dat de mens zich zou moeten verzoenen met de wereld van de strijd. Daarbij gaat het om de vraag hoe te bestaan, hoe te leven en hoe goed te leven. Wat dit boek echt leesbaar maakt, zijn de zorgvuldige annotaties en uitleg van ingewikkelde begrippen en redeneringen die Jan Vorstenbosch op bijna iedere bladzijde aan de lezer aanbiedt. 
 

Met Nederland in therapie

Kiza Magendane

In Met Nederland in therapie houdt Kiza Magendane de bewoners van zijn nieuwe land een spiegel voor. En dat doet hij op originele, oprechte en goed doordachte wijze.  

Naast zijn eigen levensverhaal, zijn vlucht uit Congo, laat hij goed zien hoe complex de verhouding tot nieuwkomers is. Veelzeggend is deze passage in zijn boek: ‘Voordat ik naar Nederland kwam, was ik me nooit bewust van mijn donkere huidskleur (..) En toen kwam ik in Nederland. Uiteraard werd ik hier als een asielzoeker gezien. Maar ik kreeg er ook een nieuwe identiteit bij: de zwarte identiteit.’ 

 bekijk de aflevering van Brommer op Zee met Kiza Magendane

In Drenthe, waar hij woonde, werd hij nooit op die huidskleur aangesproken. In Amsterdam gaat dat anders: ik kwam in een progressieve bubbel terecht van mensen die, vanuit goede bedoelingen, het belangrijk vonden etnische verschillen te benadrukken

Ook vermoedt hij – met enige ironie – dat een witte Nederlander nog eerder op Mars landt dan dat een Afro-Nederlander minister wordt. Door dit soort inzichten over te brengen krijgt zijn boek een extra dimensie. Knap ook hoe Kiza Magendane met veel empathie zich probeert te verplaatsen in verschillende belevingswerelden in Nederland. Tot de PVV aan toe. 

Kiza Magendane roept Nederland op naar zichzelf te kijken door in therapie te gaan. Hij wil graag een bijdrage leveren. Want hij wil niet langer Nederlander ‘op papier’ zijn maar ook als Nederlander ‘emotioneel betrokken zijn’ bij het wel en wee van het land. 

 

Leonard Ornstein is een journalist, die bekendheid verwierf als parlementair redacteur van Vrij Nederland en het televisieprogramma Netwerk waarvoor hij onder meer de Russische president Vladimir Poetin interviewde. Hij won de Anne Vondelingprijs voor politieke journalistiek (samen met Max van Weezel).

Ook was hij vele jaren politiek redacteur van Buitenhof en schreef hij zelf politieke boeken. Als redacteur van Brommer op Zee stelt hij elke twee weken een lijstje met de beste politieke boeken samen.

voor meer boekenlijstjes
voor meer brommer op zee