Om diepe gevoelens van melancholie over de luisteraars uit te storten beschikt de componist over een divers instrumentarium. Maar met een altviool en een klarinet is de klus snel geklaard. De Duitse componist Max Bruch (1838-1920) kwam als eerste op het vermetele plan om beide droefgeesten in een dubbelconcerto te verenigen. Zijn Concert voor klarinet, altviool en orkest is live zelden in de Nederlandse concertzalen te beluisteren, maar is een ware trouvaille. Klarinet en altviool zijn waarlijke bff’s. Ze zingen elkaar toe en delen elkaars smarten, waarbij de een nooit de ander overstemt. Eerder had de amoureuze Mozart de twee al aan elkaar gekoppeld in zijn meesterlijke ‘Kegelstatt’-trio, en toverde Schumann met de combinatie in zijn Märchenerzählungen.
Matchmaker Bruch was zo gecharmeerd van het stelletje dat hij Acht Stücke voor altviool, klarinet en piano componeerde. Maar in zijn dubbelconcert pakt hij echt door. Net als in zijn geliefde Vioolconcert nr. 1 strooit Bruch scheutig met smachtende melodieën. Niemand houdt het droog als de soloviolist het adagio laat opwellen. Ook in het driedelige dubbelconcert grijpt het openingsandante direct naar de keel. In de daaropvolgende twee allegro’s smeden klarinet en altviool voorgoed een innig bondje. Bruch schreef zijn klarinetwerken in de herfst van zijn leven. Eigenlijk wilde de zeventiger er al de brui aan geven, maar zijn zoon en klarinetvirtuoos Max Felix inspireerde hem tot het componeren van deze met weemoed doordrenkte werken. Met de vernieuwende klankwereld van Debussy of Stravinsky had aartsromanticus Bruch weinig op, Veel liever legde hij zijn oor te luister bij Duitse geestverwanten Brahms, Schumann en Mendelssohn. In zijn dubbelconcert hoor je dat nostalgische verlangen naar vervlogen tijden terug. Vanavond beklinken klarinettist Pierre Génisson en altviolist Antoine Tamestit de muzikale vriendschap met Bruchs liefdevolle dubbelconcert.