Diehardseriekijkers hebben het soms hard te verduren. Scenarioschrijvers van populaire tv-series wringen zich in allerlei bochten om het laatste restje dramatiek en emotie uit hun karakters te wringen. Een successerie moet koste wat kost in leven worden gehouden. De kans is groot dat je dan geconfronteerd wordt met ergerlijke cliffhangers, onmogelijke romances, bevreemdende karaktermoorden en raadselachtige plotwendingen. Alles voor de aandacht van de hongerige kijker maar de ziel van een herkenbaar verhaal wordt langzaam van binnenuit uitgehold.
Eeuwen geleden werd het publiek vermaakt met avondvullende, uren durende opera’s. Smeuïge verhaallijnen werden bijeengehouden door een samenklontering van sensationele liefdesperikelen en verbazingwekkende intriges. Dramatisch spektakel was aan de orde van de dag, en operacomponisten en librettisten bedienden hun publiek maar al te graag. Enkele keren verloren de makers zich in hun enthousiasme. Geen schande als je geen kaas kan maken van de plots van meesterwerken als Mozarts Le nozze di Figaro, Schumanns Genoveva of Wagners Parsifal. Meer dan eens leidt de sublieme muziek luisteraars door het verhalenlabyrint. Ook operakeizer Giuseppe Verdi kon er wat van. Opera’s als Simon Boccanegra en Ernani vragen het uiterste van de oplettende operaliefhebber. Qua prettig ontspoorde operaplots wordt de kroon gespannen door Verdi’s opera Il Trovatore (de troubadour). Kort door de bocht draait het kernverhaal rond de lieftallige hofdame Leonora in het vijftiende-eeuwse Noord-Spanje. Zij wordt begeerd door graaf Luna en de mysterieuze troubadour Manrico. Een oude zigeunerin Azucena mengt zich in het verhaal, waarna een wonderlijke uitbarsting aan wraakzucht, magie, geweld en romantiek zich ontvouwt. De dramatische onthulling aan het slot hakt er nog altijd in.
Het publiek omarmde Il Trovatore in 1853 en maakte de opera tot een instantsucces. Het montere ‘Zigeunerkoor’ uit de tweede akte groeit uit tot een hit. Het slagwerkgeweld op de aambeelden houdt iedereen bij de les. Verdi is in topvorm en laat zich niet van de wijs brengen door het intense, soms bizarre spektakelverhaal. Voor hem draait de opera om de gevoelswereld van de twee vrouwelijke hoofdpersonen. Hij tovert de hele opera met de mooiste ariamelodieën. Leonora kan al haar stormachtige sentimenten kwijt in toparia’s als ‘Tacea la notte placida’ en ‘D’amor sull’ali rosee’. Azucena stort haar hart uit tijdens de aria ‘Stride la vampa!’.
Het succes van een opera staat of valt met de kwaliteit van de uitvoerenden. Verdi’s emotioneel complexe Il Trovatore is een beproefde roadtest voor vocalisten. Toen de vermaarde dirigent Arturo Toscanini ooit een uitvoering van Il Trovatore voorbereidde, zei hij ronduit: ‘Geef me de vier mooiste stemmen die er in de wereld te vinden zijn.’ Vanavond is zo’n historische opname te beluisteren. Een gedenkwaardige Il Trovatore uit 1977 vanuit de Metropolitan Opera House New York. Zo zijn er hoofdrollen weggelegd voor tenor James McCracken, bariton Louis Quilico en sopraan Shirley Verrett als Azucena. Hoogtepunt is de deelname van de vorig jaar overleden stersopraan Renata Scotto. Zij geldt als een ware Verdispecialist en de diepgravende rollercoasterrol van Leonora is op haar lijf geschreven.