VPRO Gids 28

13 juli t/m 26 juli
Pagina 32 - ‘Mienskip’

Mienskip

Robin Phoelich ,

Nynke de Jong en Huub Stapel duiken in de geschiedenis van het Friese rijk, dat zich ooit uitstrekte van Duinkerke tot Denemarken.

‘Daar in dat Noorden woont een armoedig volk op hoge terpen en eigenhandig gebouwde stellages. Hun woningen steken boven de hoogste waterstanden uit, wanneer de golven komen zijn het zeelieden, maar wanneer het water is geweken gaan ze vissen.’ Zo citeert acteur Huub Stapel de Romeinse geschiedschrijver Plinius de Oudere aan het begin van het programma Het vuur van de Friezen. Zulke terpen, die ooit gezamenlijk een kralensnoer door het Friese landschap vormden, zijn nog maar op weinig plekken terug te vinden. Journalist Nynke de Jong en Stapel beginnen in de Duitse Waddenzee, bij de Halligen. Een plek zonder dijken, waar het water ongehinderd over het land heen stroomt en alleen de terpen boven de golven uitsteken. ‘Dichter bij het verleden kun je niet komen. Dit is het Friesland van duizend jaar geleden,’ aldus Stapel.

In Het vuur van de Friezen staat de zoektocht naar de identiteit van de Friezen centraal. De vijf afleveringen in de reeks zijn ingedeeld naar vijf elementen – water, aarde, vuur, lucht en licht – die volgens Stapel ‘de bouwstenen vormen van het Friese bestaan’. In de serie reizen Stapel en De Jong af naar plekken in Nederland en Duitsland die van significantie zijn voor Friese historie, waar ze bij de zeven belangrijkste plekken een potje aarde volscheppen dat ze aan het einde van de serie in de Friese vlag wikkelen. De Jong biedt de nodige historische context, terwijl Stapel het programma met poëtische citaten aan elkaar praat.

De Friezen zouden bovenal vrijheid hoog in het vaandel houden, lang hebben vastgehouden aan hun heidense geloofstellingen, en zich onderscheiden door een mienskip (gemeenschapszin) die in de volksgeest nog steeds voortleeft. De strijd tegen water en de onderlinge afhankelijkheid van elkaar zorgden voor een diepe verbondenheid, vertelt De Jong. In de latere afleveringen van de reeks komt aan de orde dat Friese cultuur dreigt te verdwijnen. Zo strijkt Stapel ook neer in het Duitse Saterland, waar hij drie vrouwen ontmoet die het Saterfries levend proberen te houden. Dit gebied, ooit alleen per boot bereikbaar, is een van de weinige plekken waar een taalvariant van het Oost-Fries – de oudste taal van Europa – behouden is gebleven.