VPRO Gids 24

15 juni t/m 21 juni
Pagina 66 - ‘Elektrocardiograaf’

Elektrocardiograaf

Hans van Wetering ,

De bescheiden Nobelprijswinnaar Willem Einthoven was de uitvinder van snaargalvanometer, waarmee een hartfilmpje gemaakt kan worden.  

‘Honderden onderzoekers bracht dit gevoeligste van alle instrumenten tot de studie der eigenschappen en ziekten van de hartspier - de plaats, waar tijdelijk en oneindig elkaar raken. Misschien is het niet vermetel, te beweren, dat ditzelfde werktuig eenmaal leiden zal tot oplossing van het levensraadsel.’ In de necrologieën die bij zijn dood in 1927 verschenen, was aan loftuitingen geen gebrek: hier was sprake van een verdienste, ‘welke Boerhaaves geestesarbeid en Spinoza's handwerk overtrof.’

In Jekels jacht, waarin Diederik Jekel de experimenten van beroemde Nederlandse wetenschappers probeert na te doen met de middelen uit hun tijd, staat vanavond Willem Einthoven (1860 - 1927) centraal. In 1924 werd Einthoven de Nobelprijs voor de Geneeskunde toegekend voor zijn uitvinding van de snaargalvanometer, ofwel: de elektrocardiograaf. Het hartfilmpje, zoals Jekel het mooi verwoordt, ‘de soundtrack van elk ziekenhuis’: we hebben het aan Einthoven te danken. De arts spande een dunne glazen draad tussen twee elektromagneten en wanneer de stroom van het hart door de draad liep, begon de draad te trillen. Die trilling werd vervolgens met licht vastgelegd op een draaiende rol fotopapier, et voilà.

Hij was een groot geleerde, zijn vinding zou miljoenen mensen het leven redden, maar een serieuze biografie werd nooit geschreven. Naar de reden is het gissen. Heeft het er misschien mee te maken dat Einthoven, als we de levensbeschrijvingen moeten geloven, zo ‘gewoon’ was? Einthoven was ‘een eerlijk, nauwgezet en grondig onderzoeker,’ ‘de eenvoud in persoon’ (‘alleen door hard werken en concentratie heb ik bereikt, dat ik helpen kan’), een familieman, een ingoede vent ook: de helft van het Nobelprijsbedrag schonk hij aan de verarmde familie van zijn overleden instrumentenmaker: geen rafelrandjes kortom, geen drama.

Jammer is het wel, zijn wetenschappelijke experimenten zijn fascinerend genoeg. Door mysterie omgeven soms ook, bijvoorbeeld waar het dat trillende draadje betreft. In Museum Boerhaave bevindt zich onder Einthovens nalatenschap een houten pijl en boog. De ragfijne draad (2 micrometer dik, ter vergelijking: een mensenhaar is 50-70 micrometer) zou hij hebben gefabriceerd door een pijl in vloeibare kwarts te dopen en die dwars door zijn laboratorium te schieten; de pijl trok zo het vloeibare kwarts tot een draadje.

Of het echt zo is gegaan, staat echter niet vast. Einthoven deed er zelf geheimzinnig over en in het vertrek waar hij de draden fabriceerde liet hij slechts een enkele vertrouweling toe. Met die houten pijl en boog gaat het sowieso niet, zegt een technicus in Jekels jacht. Bij de temperatuur die nodig is om glas te smelten, zou die pijlpunt beschadigen.

Waarmee vanzelf een andere vraag opduikt: waarvoor diende die pijl en boog in het Boerhaave dan wel? Of was het gewoon speelgoed van de kinderen dat, dankzij een broodje-aap-verhaal, per abuis in de museumcollectie belandde? Misschien dat iemand toch eens die biografie moet gaan schrijven.