VPRO Gids 16

20 april t/m 26 april
Pagina 66 - ‘Gedreven dubbeltalent’

Gedreven dubbeltalent

Lieke van den Krommenacker ,

Hans Bloemendal was zowel een kenner van het oog als een lust voor het oor.

Hij was zowel een prominent biochemicus als voorzanger (chazzan) van de synagoge van Amsterdam: Hans Bloemendal (1923 – 2015). In de academische wereld vergaarde hij grote bekendheid door zijn onderzoek naar de bouwstenen van ooglenzen, waarmee hij meermaals in de prijzen viel. Aanvankelijk lag een carrière als operazanger in het verschiet, maar daar zag hij vanaf omdat hij dan ook tijdens de sabbat zou moeten zingen. Dat het zeer gedreven dubbeltalent niettemin uitgroeide tot een fameuze voorzanger – en boegbeeld van de joodse gemeenschap – is vanavond te zien in Hans Bloemendal, een muzikaal eerbetoon, een speciaal Chazzanoet-concert vanuit de Rav Aron Schuster Synagoge in Amsterdam.

Bloemendal, zoon van orthodox-joodse Nederlandse ouders, wordt geboren in het Duitse Fulda. Daar zingt hij in het sjoelkoor van de plaatselijke synagoge. In 1937 sturen zijn ouders hem naar Amsterdam waar hij, anders dan in nazi-Duitsland, nog mag studeren. Bloemendaal auditeert aanvankelijk – en met succes – voor het conservatorium, maar kiest vanwege zijn Joodse achtergrond toch voor de hbs. Tijdens de oorlog ontsnapt hij aan een razzia door zich te verstoppen. Zijn ouders en zusje, die intussen ook in de hoofdstad wonen, worden wel opgepakt en gedeporteerd naar vernietigingskamp Sobibor. Als een van de weinigen uit zijn grote familie overleeft Bloemendal de oorlog.

Na de bevrijding praat Bloemendaal nauwelijks nog over de oorlog. In 1947 trouwt hij met zijn eerste vrouw, met wie hij drie kinderen krijgt. In 1974 leert hij zijn tweede echtgenote kennen. Bovenal stort hij zich in de naoorlogse jaren op Joods jeugdwerk, zijn zangcarrière en zijn wetenschappelijke loopbaan. Die begint aan de universiteit van Amsterdam, waaraan hij na de hbs een scheikundestudie voltooit en promoveert op een onderzoek naar ooglens-eiwitten. In 1965 wordt hij professor aan de Nijmeegse Radboud Universiteit, waar hij tot zijn 89e blijft werken. Ook blijft hij ruim zestig jaar lang als voorzanger actief.