Eigenlijk had Ruben Terlou willen meerijden op de Sint Lukastrein die als mobiel ziekenhuis door Siberië rijdt, maar toen de autoriteiten weigerden de filmploeg van Dokter Ruben een vergunning te verlenen, vertrok hij op eigen houtje naar het noorden van Rusland. Daar ziet Terlou hoe de zorg geregeld is voor mensen die op zo’n van God en de wereld verlaten plek leven. Zo ontmoet hij de charmante dorpsdokter Ljoeba, die hier is neergestreken met haar prematuur geboren dochtertje dat zelf veel zorg nodig heeft. Wie bereid is in deze uithoek te werken, krijgt van de overheid onderdak en een inkomen. De eigengereide patiënten moet je daarbij op de koop toe nemen.
De bewoners van deze streek zijn gewend hun eigen boontjes te doppen en kloppen niet voor ieder wissewasje aan bij de dokter. Hun overmatige alcoholconsumptie draagt er wellicht toe bij dat ze pijntjes wat makkelijker verdragen. Lijden doen de Siberiërs bovendien liever alleen. Al geldt dat niet alle bewoners.
Een heel ander type Siberiër treft Terlou aan in De Stad van de Zon, waar duizenden volgelingen van de zelfverklaarde messias Vissarion in blije harmonie samenleven. Hun overtuiging brengt ook een specifiek soort gezondheidszorg met zich mee, zo blijkt uit een bezoek aan een masseur die wel heel merkwaardig gereedschap hanteert om zijn patiënten te verlossen van hun rugpijn.
Het is in deze aflevering dat dokter Ruben tijdelijk transformeert in patiënt Ruben, als hij na een hardlooprondje over de ijzige toendra thuiskomt met een bevroren vinger. Gelukkig kan hij terecht bij zo’n sympathieke Siberische dokter die hem in haar woonkamer vrolijk lachend oplapt.