Stilte is ook muziek, zo hoor je wel eens na een concert. Ondertussen kijkt de spreker je in de ogen, wachtend tot de tegenspraak doordringt. Heb je net uit de krant begrepen dat mooie muziek ook lelijk moet kunnen zijn of dat je muziek kunt opvatten als geluidsgolven in de tijd, en dan krijg je dit weer. Wat te zeggen? ‘Dat laat zich horen.’ ‘Dat meen je niet.’ Of ‘tsss’? Elk antwoord blijft behelpen. ‘Stilte is ook muziek’ is een conversation killer. Het laat onverlet dat stilte ook muziek is. Tenminste, wanneer de stilte midden in een compositie valt. Anders blijft stilte gewoon stilte.
Mooie stiltes componeren is een kunst op zich. Muziek schept vaak een verwachting over wat er komen gaat. Wanneer er opeens niets meer klinkt terwijl het stuk toch duidelijk niet afgelopen is, spitst de luisteraar de oren. Zo’n wonderschone stilte zit in het strijksextet Souvenir de Florence van Tsjaikovski.
Vanavond is op Radio Klassiek een versie voor strijkorkest van Souvenir de Florence te horen. Het tweede deel wordt gedomineerd door een weemoedige melodie die overgaat in een soort zenuwachtig tremoleren met pulserende accenten. Wie er gevoelig voor is zou het ‘enge’ muziek kunnen noemen. Het duurt niet lang tot de strijkers gezamenlijk een kleine serie akkoorden plukken en dan is het stil. De musici mogen zelf bepalen hoe lang het duurt voor ze weer verder gaan. Dat doen ze door net als de luisteraars naar de stilte te luisteren. Op zo’n moment is er eenheid tussen muzikanten en publiek. En er komt geen noot muziek aan te pas.
Het wonderlijke is dat er maar één juist moment is om weer in te zetten. Doe de ogen dicht, blijf luisteren en u hoort waar dat moment is.