Historicus en programmamaker Hans Goedkoop kreeg in zijn jongste jaren door dat zijn grootvader uit Indië, Rein van Langen, daar militair was geweest. Naar verluidt had hij de rebellenleider Soekarno gevangengenomen en hem zelfs bijna doodgeschoten. Stoer, zo’n opa!
Vanzelfsprekend groeide later het besef dat opa net als de rest van Nederland in Indië aan de verkeerde kant van de geschiedenis was beland en voor Goedkoop dit familiehoofdstuk dus nog niet was afgesloten. Wie was Rein van Langen, hoe verliep zijn leven in Nederlands-Indië en wat was zijn rol tijdens de onafhankelijkheidsoorlog? Waarom werd er in de familie weinig over gepraat, en wat is eigenlijk nog ‘Indisch’ aan de Hollandse Goedkoop zelf? Dat komen we de komende maanden te weten in de achtdelige documentaireserie Indonesia roept! (een hint naar de documentaire Indonesia calling! uit 1946 van Joris Ivens) uit de keuken van Andere tijden, met in de hoofdrol Hans Goedkoop en geregisseerd door Gerda Jansen Hendriks, zelf gepromoveerd op films over Nederlands-Indië. Indonesia roept! beslaat het tijdvak 1900-1950, met de nadruk op 1945-’50, de jaren van onafhankelijkheidsstrijd toen Van Langen het tot chef-staf van het Koninklijk Nederlands-Indisch Leger schopte. De serie, waarvoor Jansen Hendriks ook een blog bijhield (project2021.ntr.nl), sluit aan op het tweeluik De Indische rekening uit 2022.
In ‘Koloniale spekkoek’, de eerste aflevering van Indonesia roept!, gaat het in huize Goedkoop in de Hollandse polder tijdens een familiemaaltijd – Indische rijsttafel uiteraard – over het Indië-gehalte van de familie en ‘leven met een Indisch zwijgen’. Hans acht zich een ‘nep-Indo’ die geen woord Maleis kent en broer Rein, inderdaad vernoemd naar opa, wordt gecorrigeerd als deze het over Indië heeft in plaats van Indonesië. Er komen foto’s tevoorschijn en dan kan de zoektocht naar de familiegeschiedenis en die van opa beginnen. Alvorens naar Indonesië af te reizen, waar Rein van Langen in 1898 in Semarang op Java werd geboren, laat Goedkoop zijn familiestamboom uitzoeken – de Van Langens blijken al generatieslang in het KNIL te hebben gediend – en een DNA-test afnemen om het percentage ‘Indisch bloed’ te bepalen, met een verrassende uitslag.
In Indonesië wordt al snel duidelijk dat de koloniale ‘samenleving’ van Nederlands-Indië er een was van racisme en apartheid. Met bovenaan Nederlanders en andere Europeanen, daaronder Aziaten en onderaan Indiërs. Als spekkoek, de lagen strikt gescheiden. Kwam het toch tot relaties met Indische vrouwen, dan konden die door de kolonialen – samen met eventuele kinderen – probleemloos worden gedumpt.