VPRO Gids 26

1 juli t/m 14 juli
Pagina 48 - ‘Alles voor de danskunst’

Alles voor de danskunst

Merav Pront ,

Historicus en slavist Sjeng Scheijen, eerder goed voor een biografie van Sergej Diaghilev, schreef er ook een over choreograaf Hans van Manen.

Historicus Sjeng Scheijen legde de laatste hand aan een boek over de Russische revolutie in de kunst (De avant-gardisten), toen Henk van Dijk hem opbelde. Of hij de biografie van zijn levenspartner en choreograaf Hans van Manen wilde schrijven. ‘Ik ben helemaal geen danshistoricus, ik ben een slavist,’ memoreert Scheijen dat telefoontje in een interview in OVT. ‘Henk vroeg of ik langs wilde komen. Hij had een taart voor me. Toen kon ik niet meer terug.’

Hans van Manen wordt door velen beschouwd als de belangrijkste naoorlogse choreograaf ter wereld. Hij maakte meer dan 150 balletten en ontving talloze onderscheidingen voor zijn werk. Zijn choreografieën worden geprezen om hun ‘geraffineerde eenvoud’, zijn bijnaam luidt de ‘Mondriaan van de dans’. ‘Als je twee mensen samen ziet bewegen, representeert dat twee mensen die samen bewegen,’ is een van Van Manens tekenende citaten waar Gelukskind mee opent.

‘Voordat Hans begon te choreograferen was er nauwelijks een danscultuur in Nederland,’ zegt Scheijen in OVT. ‘Zijn peers én zijn concurrenten herkenden hem direct. Dit is de man die het moet gaan doen. Iedereen wilde met hem werken.’

Dat Van Manen een internationaal erkend danskunstenaar zou worden, was in zijn jeugd allerminst vanzelfsprekend. Scheijen beschrijft het Amsterdam van 1945 – Van Manen was toen dertien – aan de hand van ‘wrakke trappenhuizen (…) nauwelijks breder dan [een] schouderpartij’, waarachter ‘publieke vrouwen (…) vleeschelijke gemeenschap’ hadden met iedereen die daar een paar gulden voor over had.

Zo paradeerde Van Manen als manhaftig doch elegant straatschoffie op de pumps van zijn moeder over de kades van het Amsterdamse havengebied. Ondanks de armoede en de honger was het ‘een heerlijke tijd,’ aldus de choreograaf: ‘Ik danste tussen de schuifdeuren, haakte tasjes voor de prostituees.’ ‘Hij trok zichzelf op uit een moeras van achterstand,’ zegt Scheijen in een interview met NRC. ‘Zelfbevrijding is de rode draad in Van Manens levensverhaal.’

Vannacht is Scheijen, die eerder ook de biografie van dans- en kunstpionier Sergej Diaghilev schreef, te gast in Nooit meer slapen om onder meer over Van Manens biografie te vertellen. Om de meester zelf vast te citeren: ‘Wat leuk dat ik er ook in sta’.