VPRO Gids 17

29 april t/m 5 mei
Pagina 90 - ‘Gekleurd verzet’

Gekleurd verzet

Radha Ramdhan ,

Drieluik Vergeten helden besteedt aandacht aan verzetslieden afkomstig  uit Suriname, Nederland-Indië en Curaçao. 

‘In elke periode zijn er mensen die niet de macht en dus niet de pen hebben om de geschiedenis te vertellen,’ aldus regisseur en schrijver Jörgen Tjon A Fong. ‘En voordat je er erg in hebt geloof je in een centrumperspectief waarmee je de geschiedenis tekort doet. ‘Wist u bijvoorbeeld dat na de bevrijding in 1945 Surinamers hulpgoederen inzamelden voor de Nederlanders? Gedurende de Tweede Wereldoorlog leverde de hoge bauxietproductie een florerende economie op voor Suriname.’

Vanavond presenteert Tjon het tweede seizoen van Vergeten helden. Met de serie, die licht werpt op bijzondere verhalen van verzetsmannen- en vrouwen uit de voormalige koloniën Suriname, Nederlands-Indië en Antillen, wordt de geschiedenis over de oorlog een stuk completer. Voor 1940 arriveerden er jonge mensen uit de overzeese koloniën om in Nederland te studeren of te werken. Toen de oorlog uitbrak gingen sommige van hen in het verzet, zoals (in deel een) de Surinamers Adolf Wong, die als huisarts in Roermond gewonde geallieerde piloten verzorgde, schrijver Lou Lichtveld, die een speelgoedfirma als dekmantel voor illegale praktijken gebruikte, en Charles Lu-A-Si, betrokken bij de Februaristaking. Sommige van de gekleurde verzetsstrijders, onder wie Wong, hadden met vooroordelen te maken. ‘En toch stonden deze mensen zij aan zij met de Nederlanders,’ zegt Tjon. ‘Het is een mooie vorm van onbaatzuchtigheid die mij ontroert. Wat het programma mij ook heeft gebracht is dat er een andersoortige verbintenis met de oorlog ontstond. Er waren mensen die heldhaftig handelden én die eruitzagen zoals ik. Het was overigens best een klus om deze verhalen te achterhalen en op betrouwbaarheid te verifiëren. Door bescheidenheid van veel verzetsmensen en het trauma dat hen ten deel viel wisten families vaak niets of weinig over hun verzetsrol. Maar verhalen moeten herhaald blijven, want anders raken die in de vergetelheid. En dan verdwijnt ook het breder spectrum over het verleden.’