VPRO Gids 12

25 maart t/m 31 maart
Pagina 74 - ‘Al te coöperatief’

Al te coöperatief

Daan Schneider ,

‘Polderen’, dat deed Nederland ook met de Duitse bezetter.

De EO-documentaire Gaat dit over ons? Herdenken in Nederland polderland van Alfred Edelstein is een snoeiharde aanklacht tegen het gebrekkige nationale beleid rond de herdenking van de Holocaust.

Is het niet raar, vraagt Vuijsje zich in een van de eerste shots af, dat de overheid direct na de oorlog de herdenking organiseert van de verschrikkingen waaraan zij zelf heeft bijgedragen? Instanties als de gemeentelijke basisadministratie, de politie, de marechaussee en de NS hadden immers behulpzaam meegewerkt aan de deportatie van Joden, Roma en Sinti door de nazi’s.

De rest van de documentaire schetst een weinig florissant beeld van het nationale herdenkingsbeleid van 1946 tot nu. In de eerste naoorlogse jaren lag de nadruk op de gesneuvelde militairen en de verzetshelden. De overheid wilde gevoelens van trots, eenheid en veerkracht aanwakkeren die nodig waren voor de succesvolle wederopbouw van het land. ‘Voor het uitzonderlijke leed dat de Joden, Roma en Sinti is aangedaan was in het nationale verhaal na de oorlog geen ruimte,’ stelt Bart Wallet, hoogleraar Joodse Studies. De Joden werd het zwijgen opgelegd en van de Roma en Sinti werd in de in die tijd nog überhaupt niet gerept. Om die reden kozen zij ervoor hun leed in eigen kring te herdenken.

Tekenend is het voorbeeld van het Jonas Daniël Meijerplein in Amsterdam, waar in 1941 de eerste grote razzia’s plaatsvonden. Na de oorlog zette de Joodse gemeenschap aan tot het oprichten van een monument op dit plein ter nagedachtenis aan de mensen die waren afgevoerd, maar de gemeente Amsterdam traineerde het initiatief. In 1952 werd op datzelfde plein een ander beeld onthuld: De Dokwerker, ter nagedachtenis aan de Februaristaking van 1941 waarbij arbeiders massaal het werk neerlegden uit protest tegen de bezetter. Het leed van de Joden moest letterlijk plaatsmaken voor het heldhaftige zelfbeeld van Nederland als verzetsland. ‘Symbolischer kun je het niet hebben,’ aldus Wallet.

Het duurde tot 2020 voordat de Nederlandse staat bij monde van premier Rutte excuses maakte voor zijn rol bij de Jodenvervolging. En pas in 2021 kwam er met het Holocaust Namenmonument een gedenkteken dat wél wordt omarmd door de nabestaanden van de vermoorde Joden, Roma en Sinti. Het eerbiedigt de slachtoffers en het houdt, onbedoeld misschien, de Nederlandse samenleving een spiegel voor.

Die allerprangendste vraag – hoe heeft dit alles hier kunnen gebeuren? – werd door de Nederlandse overheid te lang omzeild, maar wordt in de documentaire onomwonden beantwoord. In de woorden van schrijver Wim de Wagt: ‘Het Namenmonument laat zien waar een teveel aan consensus en coöperatief medewerken en een gebrek aan weerbaarheid toe kunnen leiden. Dat is de schaduwzijde van het Nederlandse poldermodel.’