‘Alles werd die dag wit. De lucht, de vlinders, mijn handen en jouw gezicht.’ Met die dichtregels moet de kijker het doen. Meer tekst bevat de halfuur durende documentaire Rouw niet. Maar met zo’n expliciete titel is verdere uitleg ook niet nodig: deze rustige aaneenschakeling van natuurbeelden spreekt geheel voor zich. Eerst zijn er kale vlakten, besneeuwde stranden, nachtelijke stortbuien. Dan trekt de kou geleidelijk weg, wordt het kleurenpalet breder en breekt de zon ten slotte door. Als verbeelding van een rouwproces is de ‘verhaallijn’ in de film – van droef en desolaat naar voorzichtig hoopvol – aan de voorspelbare kant. Maar de beelden zelf zijn absoluut sprekend, en vatbaar voor allerlei interpretaties. Bovendien werd Nederlandse natuur zelden zo fraai vastgelegd. Zie het spookachtige heidelandschap, de supermaan achter de witte duinen, de rode gloed van de ochtendzon in een dennenbos, de slak die in close-up uit z’n huisje kruipt. Wie zich aan deze verstilde beeldpoëzie kan overgeven, raakt vanzelf aangenaam gehypnotiseerd.
Rouw is een film van Marleen van der Werf, die naast film ook biologie en filosofie studeerde en al die achtergronden in haar oeuvre combineert. Haar filmwerk houdt het midden tussen videokunst en natuurdocumentaire, en daarnaast maakt ze ook nog kunstinstallaties rond natuurthema’s, zoals de projecten Levende duinen (2016) en Zee van zand (2017) op het Oerolfestival. Diverse werken gingen al de wereld over en werden op festivals bekroond.
Na Tijd en tij uit 2018 is Rouw de tweede film die Van der Werf maakte in de reeks Teledoc Campus, die jonge makers de kans biedt om zich te ontwikkelen. Nu is het afwachten of haar unieke stijl zich ook leent voor een productie van speelfilmlengte.