Seizoen 2 van Stranger Things
1984. Eigenlijk zit alles wat je moet weten over de sf-horrorserie Stranger Things al verstopt in dat jaartal. En nee, dit is geen verwijzing naar de klassieker van George Orwell, maar naar een paar van de best bezochte films van dat jaar. Neem bijvoorbeeld Ghostbusters of A Nightmare on Elm Street, de film waarin we voor het eerst kennismaakten met de demonische Freddy Krueger. In hetzelfde jaar verscheen ook Firestarter, een (minder geslaagde) Stephen Kingverfilming over een paranormaal meisje dat wordt achtervolgd door een schimmige overheidsinstantie, met een bijzondere soundtrack van de Duitse synthpoppioniers Tangerine Dream.
1984 was tevens het jaar dat tweelingbroers Matt en Ross Duffer werden geboren in de buitenwijken van Durham, North Carolina, of – naar Amerikaanse begrippen – in the middle of nowhere. Daar groeiden ze op met een stevig mediadieet, bestaande uit de beste werken van Steven Spielberg (E.T. the Extra-Terrestrial, The Goonies), Stephen King (It, Stand by Me, The Shining), John Carpenter (The Thing, Halloween) en Wes Craven, van het eerder genoemde Nightmare on Elm Street. Jongetjes waren het, die in navolging van hun helden super 8-filmpjes maakten over allerlei soorten griezels en bovennatuurlijke verschijnselen.
Tegen die achtergrond geldt Stranger Things bijna als een lotsbestemming. De Netflixserie draait in eerste instantie om Mike, Lucas en Dustin – drie heel normale prepubers uit het slaperige dorpje Hawkins die in de herfst van 1983 verstrikt raken in abnormale zaken als hun vriend Will vermist raakt. Ze ontmoeten Eleven, een telekinetisch begaafd meisje dat achterna wordt gezeten door een schimmige overheidsinstantie en nemen het op tegen een gezichtloos monster uit een demonische dimensie. Daaromheen bewegen ook nog Mikes oudere zus Nancy (naar Nancy Wheeler uit Elm Street) en Wills moeder, Joyce (gespeeld door eighties- en nineties-icoon Winona Ryder). De soundtrack wordt verzorgd door de obscure synthpopadepten van Survive.
Typografie
Goed, je zou het ongeïnspireerd kunnen noemen, ware het niet dat Stranger Things zo’n overduidelijke liefdesbrief is aan de jeugd van de makers (en die van vele anderen) dat het eerder een hommage is dan plagiaat. Daartoe getuigen ook de lyrische reacties die de serie vorig jaar kort na verschijnen al losmaakte: de pers was razend enthousiast en het internet werd binnen afzienbare tijd overspoeld door odes aan en analyses van Stranger Things door fanatieke kijkers.
Zo stortten de fans zich niet alleen op de bijzondere typografie van de titelsequentie – die knipoogt naar de covers van oude Stephen King-paperbacks en willekeurige avonturenboekjes – maar zetten ze ook een internetcampagne op rond het geliefde, maar helaas ook (spoiler!) verdwenen personage Barbara (#JusticeForBarb), creëerden ze een pop-upcafé geheel in Stranger Things-stijl en lanceerden ze de band Survive niet alleen met een Amerikaanse, maar zelfs ook met een Europese toer. Zo deden de Texaanse synthesizerliefhebbers begin dit jaar nog het Amsterdamse poppodium Bitterzoet aan.