Een van de sterkste momenten in Michael Moore’s nieuwe documentaire
Capitalism: A Love Story is als Moore aan deskundigen vraagt het begrip ‘fi
nanciële derivaten’ uit te leggen. Marcus Haupt heeft vijftien jaar in de top
van zakenbank Lehman Brothers gezetten, maar hij komt er niet uit. Een globale
definitie heeft hij nog wel, maar als hij voorbeelden wil geven raakt hij in de
war. Haupt brengt het er altijd nog beter vanaf dan Harvard-professor Kenneth
Rogoff, die zich al gelijk verslikt in het jargon.
Het gehakkel van de ‘
financiële genieen’ is koren op de molen van Moore, die de derivaten ziet als
een ‘complicated betting scheme’ van de grote banken, de zoveelste poging om
geld met geld te verdienen en een van de oorzaken van de wereldwijde fi nanciële
crisis.
Moore begon al te werken aan Capitalism: A Love Story nog
voordat de financiële luchtbel uit elkaar spatte. In interviews vertelde hij dat
de fi lm een logisch vervolg was op zijn vorige documentaire, Sicko (2007),
waarin hij het Amerikaanse gezondheidssysteem tegen het licht hield. Hij
constateerde toen ‘dat de problemen die wij hebben met onze gezondheidszorg
allemaal te herleiden zijn tot één oorzaak: hebzucht. Het systeem dwingt de
verzekeringsmaatschappijen om winst te maken. En ik verzeker u dat als
antropologen ons over een paar honderd jaar opgraven, en ontdekken hoe we nu
leven, dat ze zullen zeggen: “Toen probeerden ze daadwerkelijk geld te verdienen
aan mensen die leden aan kanker of een hersentumor.” Ze zullen ons of heel dom
, of heel wreed vinden.’ Moore besloot na Sicko dat hij in zijn volgende fi lm
dat ‘systeem’, dat kapitalistische systeem, op de korrel zou nemen. Dat tijdens
de opnamen voor die fi lm de financiële wereld instortte, was in zekere zin een
mazzeltje voor Moore.
Politieke boodschap
Ook in Capitalism: A Love Story bedient de regisseur zich weer van wat in
documentaire-kringen ‘de methode Moore’ is gaan heten. Vaak geïmiteerd, maar
nooit geëvenaard.
Met handig en vooral grappig aan elkaar gesneden
archiefmateriaal geeft Moore commentaar op en illustreert hij de in zijn fi lms
verkondigde stellingen en meningen. En hoewel een stoet mensen voorbij trekt is
het vaak Moore zelf die de hoofdrol speelt. In zijn eerste documentaire Roger
and Me (1989) probeert hij een fi lm lang vergeefs Roger Smith, de directeur van
General Motors, te spreken te krijgen. Telkens weer wordt hij van het kastje
naar de muur gestuurd, wat vaak hilarische beelden oplevert. Sindsdien loopt
Moore – hij hoopt dat ze hem de weg zullen versperren, begin je te vermoeden –
in elke documentaire tegen dichte deuren en barse beveiligers aan.
Met zijn vlotte documentaires lokt Michael Moore miljoenen naar de bioscoop. De boodschap ditmaal: Kapitalisme is slecht.
Krijgt hij iemand voor de camera, dan toont Moore zich een gewiekste
interviewer, die er met zijn schijnbaar naieve manier van vragen stellen vaak in
slaagt de ander in een hoek te drijven. En mocht dat niet afdoende lukken, dan
voegt hij later in voice-over cynisch commentaar toe, of snijdt hij ironische
fragmenten uit televisieseries, tekenfi lms, reclames, of wat hij ook maar kan
vinden, door het interview.
De methode is discutabel – op zijn minst –
maar hij werkt. Op meerdere fronten. Niet alleen lokt Moore met zijn vlotte en
onderhoudende documentaires miljoenen mensen naar de bioscoop – zijn laatste
drie documentaires (Bowling for Columbine, Fahrenheit 9/11 en Sicko) staan
alledrie in de top 10 van best bekeken documentaires aller tijden – hij slaagt
er ook in zijn politieke boodschap aan de man te brengen.
In
Capitalism: A Love Story is die boodschap simpel: kapitalisme is Slecht. Met
hoofdletter S. En Moore heeft voorbeelden genoeg om die stelling te staven.
Directeuren van geprivatiseerde jeugdgevangenissen die rechters omkopen om maar
zoveel mogelijk jongeren hun kant op te sturen, bijvoorbeeld, of de ‘dead
peasant life insurance’, een levensverzekering die bedrijven kunnen afsluiten op
hun werknemers, waarna de bedrijven – en niet de nabestaanden – grote sommen
geld opstrijken als een werknemer onverhoeds komt te overlijden.
Anekdotisch
Het zijn schokkende voorbeelden, natuurlijk, maar
ook misstanden in de marge. Net als het succesvol door alle werknemers samen
gerunde broodbakkersbedrijf Alvarado Street Bakery ook zomaar een voorbeeld is.
Moore’s analyse van een probleem is altijd anecdotisch. Hij toont aan dat ergens
iets fout gaat, en daarmee is het systeem in zijn geheel fout. En gaat het
ergens goed, dan is dat de oplossing. Het is een emotionele manier van problemen
en oplossingen in kaart brengen waarmee je op papier (of in de politiek) niet
wegkomt, maar wat in beeld erg goed werkt.
Het is niet toevallig
dat een documentaire als American Casino, die net als Capitalism: A Love Story
deze weken te zien is op het internationale documentairefi lmfestival in
Amsterdam (idfa), niet in de bioscoop uitgebracht zal worden en Capitalism wel.
American Casino heeft al zijn negentig minuten nodig om uit te leggen waarom
het misging met de slechte hypotheken in de vs. Moore doet het in zijn fi lm in
140 woorden: ‘De truc om mensen hun huizen uit te jagen, ook al hebben ze die al
afbetaald, is geniaal. Het werkt als volgt. Om te beginnen vertel je
huizenbezitters dat ze een bank bezitten, dat hun huis eigenlijk een bank is.
Dat je, als je huis een kwart miljoen dollar waard is, een kwartmiljonair bent.
Je zit op een goudmijn! Je bent eigenaar van je eigen bank: De Bank van Jou. En
je kan die bank gebruiken om geld te krijgen. Gewoon herfi nancieren! Iedereen
doet het! Oké, verstopt in die vuistdikke contracten, tussen kleine lettertjes
en clausules, staat dat de bank de rente tussentijds mag verhogen… naar een
niveau dat je niet meer kan betalen. Maar dat is niet erg, want als je niet meer
kan betalen is er altijd nog een laatste redmiddel: dan krijgt de bank gewoon
jouw huis!’
De werkelijkheid is, zoals uitgelegd in American Casino
, veel complexer, maar wie wil dat nog horen? Mensen willen hapklare verhalen,
die ze ’s avonds kunnen vertellen in de kroeg, of aan de eettafel. Net zoals ze
begrijpelijke verhalen willen van banken. Als financieel adviseurs zeggen dat je
met derivaten veel geld kan verdienen is het uiteindelijk de betrouwbaarheid
van de adviseurs die zal bepalen of je met een bank in zee gaat of niet. Dan
leest vrijwel niemand de kleine lettertjes nog.
Moore heeft dat goed
begrepen. Ook hij stapt in zevenmijlslaarzen over de kleine lettertjes heen en
komt met hapklare en bovendien vaak grappige verhalen. Hoe ironisch toch dat
deze aanpak nauwelijks verschilt van die van de boeven van de bank, die hij in
deze documentaire aan de schandpaal wil nagelen.