Als de film begint zien we een grote, zware man met slechte tanden, die doelloos in de stromende regen loopt en verdwaasd voor zich uit zit te mompelen. De buurt is bang voor hem, of boos op hem. Wij kennen hem nog niet, maar de meesten van ons zullen hem aan het eind van het fraaie Nieuw-Zeelandse drama The Dark Horse in ons hart hebben gesloten. Zo ging het in ieder geval eerder dit jaar in Rotterdam op het IFFR, waar het publiek de film koos als beste film van het festival.
De verwarde man is Maori en heet Genesis Potini. Hij lijdt aan een bipolaire stoornis en heeft een groot deel van zijn leven in inrichtingen gezeten. Waar hij steevast uit wegliep. In een laatste reddingspoging wordt Genesis overgedragen aan zijn broer Ariki en zo komt hij terecht bij diens club van Hell 's Angels.
Deze ingrediënten doen een sombere, deprimerende film vermoeden, maar Genesis heeft één houvast in het leven: zijn liefde voor het schaken. In een van zijn heldere momenten besluit hij een schaakclub voor de lokale jeugd op te richten. En zo krijgt hij niet alleen de kansarme kinderen maar ook zichzelf weer op de rails.
Let op: Deze inhoud kan niet getoond worden omdat deze mogelijk strijdig is met de gekozen cookiesettings.
U kunt dit hier aanpassen door de categorie 'social' aan te vinken. Waarom is dit nodig?
U kunt dit hier aanpassen door de categorie 'social' aan te vinken. Waarom is dit nodig?