Waar is Kapitein Haak? En Tinkerbel? Het is even zoeken naar de oude vertrouwde figuren rond de ruim een eeuw oude sprookjesfiguur Peter Pan, de vliegende jongen uit Neverland die nooit volwassen wordt.

Hij heeft al een hele trits filmincarnaties op zijn naam staan: van een stomme filmversie (1924) en twee Disney-animatiefilms (1953 en 2002) tot Spielbergs Hook (1991), met Robin Williams als volwassen Pan, en de biografie Finding Neverland (2004), met Johnny Depp als Pans geestelijk vader J.M. Barrie . Het nu verschijnende Pan, van regisseur Joe Wright, is een van het origineel losgezongen prequel, over hoe de twaalfjarige wees Peter de mythische, vliegende jongen werd.
 
Haak (Tron-man Garrett Hedlund) is nog geen piraat , maar een jonge, avontuurlijke kerel, type Indiana Jones, Tinkerbel heeft slechts een cameo in de slotakte en Peter vliegt nog voor geen meter, op een enkel uitzonderingetje na. Een film lang is hij op zoek naar zijn wortels, en bezig daarmee in het reine te komen, voor hij zijn bekende vliegkracht krijgt. 
 
Toch speelt de meest enerverende actie in dit spektakelsprookje zich verticaal en in het luchtruim af. Een handige zet waarmee de makers Peters gebrek aan vlieguren ruimschoots weten te compenseren. Piratenschepen scheren door de lucht, weeskinderen worden door bungeejumpende piraten van hun zolderbedjes gelicht, inboorlingen vechten op trampolines: het is een vrolijke bende.


 
De schurkenrol is voor piraat Zwartbaard (Hugh Jackman), de voorloper van de latere kapitein Haak. Die brengt met zijn schare kindslaven een a capella versie van 'Smells Like Teen Spirit' ten gehore die weliswaar van branie getuigt, maar in de uitwerking matig uitpakt. Dat geldt voor meer bedenksels in de film, die soms heel inventief en vermakelijk zijn – zoals een gewichtloze kip en een perspectiefgrapje met Saturnus – maar soms ook zo zwaar aangezet dat ze doodslaan, zoals de fascistoïde rotnonnen van het weeshuis. Zo balanceert ook het spel van de cast tussen theatraal acteerwerk ( Hugh Jackman als Zwartbaard) en eenvoudige présence (Rooney Mara als lelieblanke inboorling Tiger Lily; Levi Miller als prima Peter).
 
Hoewel het verhaal – rond een profetie over een vliegende heiland – onder het CGI-geweld in dit actiegedreven sprookjesspektakel flinterdun is, valt er vooral in het begin visueel genoeg te genieten. Maar na verloop van tijd schiet het twee uur durende bombastische avontuur uit de Britse Harry Potter-studio door naar digitale overdaad à la Alice in Wonderland en La Belle et la Bête. Iets meer subtiliteit en aandacht voor de inhoud zou wel weer eens fijn zijn.