Topcrimineel Frans Weeling (49) duikt samen met twee kompanen onder op winters Texel. In een verlaten vakantiepark kaarten ze wat. Ze bezoeken een sauna en dineren in een sterrenrestaurant. En verder gebeurt er niets. Tot de boot hen weer terugbrengt naar het vasteland.

'De kracht van het universum tegenover de mens weergeven,' dat is wat regisseur Eché Janga naar eigen zeggen met speelfilmdebuut Helium voor ogen had . En dus plaatste hij zijn protagonist, uiterst onderkoeld gespeeld door Hans Dagelet, in een troosteloos landschap van uitgestorven speelweides. Het bungalowpark als voorgeborchte.

Frans vertoont alle tekenen van een diepe depressie. Verdwenen zijn zijn lusten en verlangens. Het ooit zo machtige kopstuk van de Amsterdamse onderwereld is veranderd in een hoopje zieligheid, veelal wezenloos voor zich uit starend. Net als maffiabaas Tony Soprano vóór hem, verliest hij zich in zijn eigen nietigheid.

Dat de persoonlijke revelatie die Janga daar zelf in ziet – in zijn regisseursverklaring spreekt hij over een vorm van verlichting – vooral overkomt als onverschilligheid, is jammer. We komen simpelweg te weinig over Frans te weten om echt in zijn zielenroerselen mee te gaan. Al is het wel knap hoe zijn gemoedstoestand in beeld en geluid wordt weerspiegeld. De grootste pluim is dan ook voor cameraman Tibor Dingelstad, die de Texelse woestenij – en later het grauwe Buitenveldert – filmt met veel gevoel voor dramatiek.

Maar uiteindelijk is het diezelfde klinische stijl die de film opbreekt. Het vele gemompel over niets, de ellenlange pauzes en de gestileerde leegheid: het begint al snel als een trucje te voelen. Vooral hinderlijk zijn de uitgebeende dialogen, die slechts lijken te bestaan om aan te tonen dat criminelen ook gewoon maar mensen zijn. 'Nog koffie Frans?' 'Nee. Straks, misschien.'

Met de nodige intriges rond de bedreiging van Frans door een stel 'kut- Nigerianen' wordt nog wel gepoogd enige vaart in het verhaal te krijgen, maar uiteindelijk gebeurt er toch te weinig. Met als resultaat dat je oog vooral begint te vallen op de vrij platte symboliek en talloze eigenaardigheden. Zoals Frans die tijdens een nachtelijk autoritje uitstapt om tussen de grazende paarden te urineren.

Dat is zonder twijfel het meest indrukwekkende shot uit de film. Maar zoals veel te veel scènes in Helium, heeft het geen enkele andere functie dan mooi zijn.