Mooie tekst op de poster: '2 November 2004. Theo van Gogh is al dood. Nu de waarheid nog.' Dit belooft een spannende politieke thriller te worden.

Probleem is alleen dat filmmaker/provocateur Theo van Gogh echt dood is. Vermoord op 2 november 2004 door de dolgedraaide moslimterrorist Mohammed B. En dat het scenario voor deze film geschreven werd door zijn vrienden Gijs van de Westelaken en Theodor Holman.

Dus zit niet alleen de werkelijkheid in de weg, maar ook nog eens de vriendschap. Waardoor je als kijker vooral achterblijft met de vraag: waar kijk ik naar? Een complottheorie van zijn vrienden – volgens Holman en Van de Westelaken wist de Nederlandse geheime dienst AIVD dat de moord gepleegd zou worden, en grepen ze toch niet in – of toch de cynische werkelijkheid?

Er zullen weinig Nederlandse volwassenen zijn die geen mening hebben over de moord op Van Gogh. De brute moord (acht kogels, doorgesneden keel) schokte zoals dat heet de natie, en was een verder bewijs van het feit dat het rommelt in de Nederlandse samenleving. Je kon eigenlijk niet anders dan er iets van vinden.

Voor al die mensen is deze film een interessante aanzet die mening nog eens onder de loep te nemen. Maar stel dat je niet uit Nederland komt, niets van de moord op Van Gogh weet, en toch naar deze film kijkt. Wat blijft er dan nog over?

In ieder geval niet die spannende politieke thriller die de 36-jarige regisseur Thomas Korthals Altes voor ogen zal hebben gestaan.

Want zonder voorkennis is 2/11 Het spel van de wolf (tikje ongemakkelijke titel, trouwens) vooral een verhaal volgepropt met namen, gesprekken en suggesties. Met een flets hoofdpersonage, AIVD teamchef Ellen (veel te ingehouden gespeeld door Susan Visser), weinig tot geen actie, en zo goed als geen spanning.

En dat laatste is voor een thriller, of het nou allemaal echt zo gegaan is als in de film gesuggereerd wordt of niet, hoe dan ook een doodzonde.