Veel bij Boven is het stil is nieuw voor Neerlands bekendste filmauteur Nanouk Leopold (1968). Voor het eerst een film die niet is gebaseerd op een eigen idee, niet is gefilmd in de grote stad maar op het platteland, met een 'hand-held' camera en een man in de hoofdrol, waarin ook nog eens filmmuziek wordt gebruikt. En toch is Boven is het stil overduidelijk haar film geworden.

Want gebleven zijn de lange, stille close-ups van worstelende protagonisten. De moeizame relaties. De existentiële angst en richtingloosheid.

Boven is het stil is gebaseerd op de succesroman van Gerbrand Bakker. Leopold, die ook het scenario schreef, schrapte de flashbacks uit het boek en er verdween ook een handvol personages, maar het basisgegeven bleef. De vijftigjarige Helmer woont met zijn stervende vader op een kleine boerderij. Een Vlaamse melkrijder en een jonge knecht dingen om zijn aandacht, maar zolang Helmers dominante vader nog in leven is, kan het zijne niet beginnen.

Helmer wordt gespeeld door de december vorig jaar aan een hartstilstand overleden Jeroen Willems. Het was zijn eerste (en dus enige) filmhoofdrol, naast een heleboel hoofdrollen op toneel. Het grote gebaar van het theater is niet altijd te verenigen met de intimiteit van de cinema, maar Boven is het stil maakt duidelijk dat er met Willems ook een groot filmacteur is gestorven.

Willems is zo goed als de hele film (93 minuten) in beeld. Daarvan is hij nog geen vijf minuten aan het woord. De rest van de tijd melkt hij de koeien, kijkt naar de knecht, of verstopt zich voor de melkrijder, die juist weer wanhopig op zoek is naar Helmer. En ondertussen wacht hij op de dood van zijn vader.

Kijken naar anderen en voor je uit staren is veel moeilijker te acteren dan een scène vol dialogen of actie, omdat alle spanning gesuggereerd moet worden. Ondanks de vaak lang aangehouden shots – te lang waarschijnlijk voor een even groot publiek als voor Bakkers boek – weet Willems die spanning moeiteloos vast te houden. De in zichzelf opgesloten Helmer is bezig uit te breken, en daar wil je als toeschouwer graag bij zijn. Helemaal als de film afstevent op iets wat je een happy end zou kunnen noemen. En ja, ook dat is voor het eerst bij Nanouk Leopold.