Brammetje Baas (Coen van Overdam) is een zevenjarige jongen met bengelbenen en een levendige fantasie. Hij houdt twee schriftjes bij: een met briljante uitvindingen en een met goede woorden. Luxaflex is zo’n woord. En een vlieg met facetogen zo’n uitvinding. Brammetje verheugt zich op groep drie, waar hij Chinees hoopt te leren. Maar als hij daar op meester P. Vis (René Groothof) stuit, raakt niet alleen die hoop snel vervlogen.

Buitenbeentjes zijn altijd al dankbaar onderwerp geweest van verhalen. Of ze hun positie nou danken aan dwarsliggende vlechtjes of bengelende benen. Maar waar de vrijgevochten Pippi Langkous halverwege de vorige eeuw nog joviaal de vloer aanveegde met kleinburgerlijke juffen, heeft Brammetje Baas anno 2012 serieus rekening te houden met de macht van zijn meester. Dat ligt niet zozeer aan Bram of die meester, maar aan het belang dat wordt gehecht aan prestaties in een tijd dat tussentoetsen en citoscores zo’n beetje heilig zijn verklaard.

Want hoe is het met de positie van kinderen gesteld als bengelbenen en dagdromen Bram al ‘anders’ maken? Is het niet de verwrongen blik van zijn omgeving die in hem iets buitengewoons ziet? Wie zou het in zijn hoofd halen om Pippi Langkous te typeren als een hoogbegaafde ADHD-er met een concentratiestoornis en bijbehorend ‘rugzakje’? De makers van Brammetje Baas in elk geval niet.

Brammetje Baas is het eerste filmscenario van Tamara Bos ( Minoes, Pluk van de Petteflet, Dolfje Weerwolfje) sinds Waar is het paard van Sinterklaas? (2007) dat ze op eigen werk baseerde. Het is ook het fijngevoelige, vrolijke regiedebuut van Anna van der Heide, van huis uit theaterregisseur, die als regieassistent van Willem van de Sande Bakhuyzen in de filmwereld belandde. In 2007 won ze een Gouden Kalf voor haar korte film Missiepoo16.

Dankzij zijn onbevangen benadering van een relevant fenomeen als prestatiefixatie is Brammetje Baas een bovengemiddelde familiefilm , met gelaagde personages als belangrijkste troef. De meester is geen monster en Bram geen heilig boontje. Een beetje discipline bijbrengen, zoals de meester wil, daar zit wat in. Jammer genoeg strookt dat slecht met Brams gebrek aan talent om stil te zitten. Zolang er geen oplossing komt, verliest Bram terrein, tot hij alle plezier in school en vertrouwen in zichzelf verliest. Dat moeten ouders en beleidsmakers toch niet willen.

Brammetjes fantasiewereld krijgt gestalte door collageachtige animaties van Balder Westein, mooie geluidseffecten en een voice-over waarin Bram zijn gedachtewereld soms iets te perfect weet te verwoorden. Voor de meekomende ouders valt er een hoop te gniffelen om de soundtrack die gebruik maakt van bekende filmmuziek uit Psycho, Requiem for a Dream en The Pink Panther.