Veteraan Jean Reno mag niet altijd de beste neus hebben voor goede rollen (denk The Pink Panther), na decennia van acteren heeft hij zijn sporen in de Franse, en Amerikaanse, film wel verdiend. Bovendien maakt Léon nog steeds veel goed. Met zijn rol als getroebleerde chef-kok in deze Franse klucht verslikt hij zich weer eens.

Niet alleen is het algehele niveau van de humor onder het flauwpeil, Reno is simpelweg niet de acteur voor de overdreven rol die hij moet spelen . Je ziet hem in een aantal scènes worstelen met de mimiek en fysieke handelingen van zijn personage Alexandre Lagarde. Wat dat betreft is Michaël Youn, zijn tegenspeler, beter geschikt. De acteur, in zijn thuisland bekend als dj, televisiepresentator en komiek, is als de net wat overarticulerende en gebarende Jacky Bonnot overtuigender. Goed geacteerd of niet, beide personages blijven plat als een velletje filodeeg.

Net als het verhaal dat is. Een cartooneske vlerk probeert Lagarde te saboteren zodat zijn restaurant een Michelinster kwijtraakt en de nietsnut Jacky is de onwaarschijnlijke redder in nood. Dat levert een tenenkrommende verkleedpartij op wanneer Lagarde en Bonnot als Japans echtpaar bij de concurrent proberen inspiratie op te doen, evenals een serie sketches rondom moleculair koken, waarbij dieren ontploffen en kip naar vis smaakt. De subplots over de liefde worden er met de haren bijgesleept en leggen enkel bloot hoe weinig warmte er in de film zit.

Waar de film wel goed voor is? Duidelijk maken wat een onwaarschijnlijk fijne film Ratouille eigenlijk is.