Kinderboekenschrijver Jacques Vriens had als leraar een meisje met leukemie in de klas. Het verhaal dat hij op die ervaring baseerde – Achtste-groepers huilen niet – is nu onder dezelfde titel verfilmd tot een gelikte jeugdfilm van een nogal onwaarschijnlijk gezelschap makers.

Het verantwoordelijke team: de producent ( Reinier Selen) van arthousefilm Nothing Personal, de scenarist ( Karen van Holst Pellekaan) van VPRO-kinderkomedie Loenatik – de movie, de regisseur (Dennis Bots) van soaps en commerciële Zoop-, Plop- en Anubis-films, en de EO als co-producerende omroep. Het leverde een door sketchachtige situaties voortgedreven film op, met veel vrolijke muziek, die het karakter heeft van een musical zonder liedjes. Nou ja – één liedje dan: de door Kim-Lian van der Meij ingezongen titelsong ‘Dit pakt niemand ons meer af’ die rond het kampvuur door de klasgenoten wordt gezongen. Obligate opmerkingen over god, geloven en de hemel ontbreken niet.

De film begint en eindigt met een voetbalwedstrijd; de rode draad in de film. Hoofdpersoon Akkie (Hanna Obbeek ) is een opgewekte stoere meid die verzot is op voetbal, net als haar klasgenoot Joep ( Nils Verkooijen), een nogal chagrijnige jengelkop, met wie ze het voortdurend aan de stok heeft. Maar als Akkie op een dag met leukemie in het ziekenhuis wordt opgenomen, verschuiven de verhoudingen in de klas. Obbeek en Verkooijen deelden al eerder hoofdrollen in Briefgeheim (2010). Nu speelt Obbeek ook naast actrice Johanna ter Steege, haar moeder, die – jawel – haar moeder speelt.

De plot van Achtste- groepers huilen niet doet in de verte denken aan De kleine blonde dood uit 1993. Dat was ook een boekverfilming met autobiografische aspecten over een kind met een levensbedreigende ziekte. Maar waar De kleine blonde dood een gelaagd drama was voor volwassenen over vaderliefde, is Achtste-groepers huilen niet een nogal rechttoe-rechtaan jeugdfilm over niet te stuiten levenslust.

Als Akkie kaal wordt door de chemokuur, wordt er in de klas een modeshowtje met hoedjes en petten op de tafels gehouden. Krijgt Akkie een hoop naalden in haar lijf? Dan maakt een vriendje een tekening voor haar van ‘Akkie de egel’. Omdat er van elke tegenslag wat leuks wordt gemaakt, blijven lijden en tragiek op de achtergrond. Dat wil niet zeggen dat er geen ontroerende momenten zijn, maar hoe Akkie en haar klasgenoten nou met de ziekte in het reine komen, raakt overstemd door een ongebreideld optimisme dat neigt naar ontkenning. Leukemie is balen, maar je moet er – net als een voetbalwedstrijd – het beste van zien te maken.