Jay Moriarity was een engel, als we de filmadaptatie van zijn jonge jaren mogen geloven. Niet alleen schreef hij surfgeschiedenis door als zestienjarige de mythische Mavericks-golven te bedwingen nabij zijn woonplaats Santa Cruz in Californië, maar tussen zijn loodzware trainingsregime door zorgde hij ook nog eens voor zijn werkloze moeder, leende haar het geld dat hij bij de lokale pizzatent verdiende en beschermde haar tegen schuldeisers.

Deze heiligverklaring is de makers van Chasing Mavericks uiteindelijk vergeven. Want ondanks alle zoetsappigheden en Disney-elementen – met name de jaloerse pestkop had weggelaten mogen worden – is Chasing Mavericks een energieke, inspirerende ode aan Moriarity’s levenslust geworden. Meer coming-of- age dan klassieke sportfilm ook, waarin de relatie tussen Moriarity en zijn mentor eerste viool speelt.

Met een vader die het gezin Moriarity al vroeg verlaat en een moeder die baan op baan verliest doordat ze regelmatig naar de fles grijpt, heeft de jonge Jay ook wel behoefte aan een sterk, mannelijk rolmodel. Die vindt hij in buurman Frosty ( Gerard Butler), een lokale surfheld die zich opwerpt als substituut-vader. Na langdurig aandringen besluit hij Jay te gaan trainen om de monsterlijke golven van Maverick’s Point, die ontstaan als El Niño de Amerikaanse westkust aandoet, te kunnen overleven.

Jay’s opleiding is niet enkel fysiek – hij dient onder meer vier minuten lang zijn adem in te kunnen houden – maar vooral ook mentaal. Een van de opdrachten die Frosty hem meegeeft is het schrijven van een essay waarin hij zijn grootste angsten onder ogen moet zien te komen. Het blijkt de moeilijkste opdracht van allemaal.

De surfscènes, gelukkig niet al te bombastisch gefilmd, zijn fraai, maar de vader- zoon-scènes tussen Butler en nieuwkomer Jonny Weston zijn nog een stuk fraaier. Met name Weston, met de constante glinstering in zijn ogen, overtuigt. Van naïeve optimist groeit hij uit tot een jonge, zelfverzekerde man, die de rollen uiteindelijk omdraait en Frosty in moeilijke tijden ondersteunt.
 
Zonde is het dan ook dat de meerdere terzijdes – Jay’s beste vriend die aan de drugs raakt, zijn grote liefde die hem op het schoolplein blijft negeren – het niveau van de gemiddelde tienerfilm niet overstijgen. Maar de hartslagverhogende slotakte, waarin de maandenlange trainingsarbeid zich eindelijk uitbetaalt, maakt bijna alles goed. Kippenvel gegarandeerd.