Bastøy, dat is de naam van het eiland waar begin twintigste eeuw jongens naartoe werden gestuurd om heropgevoed te worden. Kansarme, sociaal onaangepaste jongens tussen de acht en achttien jaar. Een soort werkkamp eigenlijk, maar de bedoelingen waren goed. Toch kwamen de jongens in 1915 in opstand tegen de harde en ongevoelige behandeling door de volwassenen. En even waren zij de baas op het eiland. Totdat het leger kwam.

Regisseur Marius Holst gebruikte dit historische gegeven als raamwerk voor het Noorse drama The King of Devil’s Island (originele titel: Kongen av Bastøy ). Een sterk, aangrijpend drama, dat wel wat doet denken aan One Flew Over the Cuckoo’s Nest, met een snufje Moby Dick.

De film begint met twee jongens die per boot naar Bastøy worden gebracht. Twee jongens die als katalysator zullen werken voor het verzet onder de jongens op het eiland. De bonkige Erling is de sterke van de twee (en degene die het meest doet denken aan Jack Nicholson in One Flew…), de slungelige Ivar is de zwakkere.

Het continue verzet van Erling en het seksueel misbruik van Ivar door de sadistische opzichter Bråthen verstoren het kwetsbare evenwicht onder de jongens op het eiland. Dit tot ongenoegen van de jonge Olav, die altijd braaf de bevelen heeft opgevolgd en bijna het eiland mag verlaten.

Het goede van The King of Devil’s Island is dat de film ondanks deze bekende elementen nooit voorspelbaar wordt. Er wordt bovendien sterk in geacteerd door Stellan Skarsgård (als de baas van het eiland) en de veelal niet- professionele jonge acteurs. Bovendien kun je zien dat er veel tijd en geld – de film is een van de duurste uit de Noorse filmgeschiedenis – aan is besteed.

The King of Devil’s Island won tijdens de uitreiking van de Amanda’s (de Noorse Oscars) drie prijzen, waaronder die voor beste film, beste bijrol (Trond Nilssen, die Olav speelt) en beste muziek. Er waren in totaal acht nominaties ( ook voor onder meer camera, production design en geluid), maar gek genoeg werd Holst niet genomineerd voor beste regie, terwijl toch juist hij verantwoordelijk was voor het effectief samenbrengen van al die verschillende elementen. Rare jongens, die Noren.