De tuffende, vloekende en vernielende bierdrinkers zijn terug en ze gaan van Turbo naar Nitro! Wat betreft de titel dan, de film zelf lijkt namelijk in een versnelling lager te draaien dan zijn voorganger. De grapdichtheid is omlaag, de extremen zijn, op enkele uitzonderingen na, afgezwakt, de dialogen zijn minder scherp en het verhaal is meer richting de mainstream. Toch blijft het concept van Steffen Haars en Flip van der Kuil in de kern sterk genoeg om er geregeld bij in de lach te schieten.

In het universum van Gerrie, Barry, Richard, Rikkert en Robbie gelden geen regels. Personages die in deel een zijn omgekomen lopen weer vrolijk rond, de film wordt onderbroken voor reclame en een fan komt de losers vertellen dat ze niet meer grappig zijn. Hoewel ze dus weinig met conventies hebben, zit er een redelijke poging tot lopend verhaal in New Kids Nitro. De groep krijgt het aan de stok met een stelletje aso’s uit Schijndel en moet vervolgens Nederland redden van een Friese zombieplaag.

Veel van de scènes voelen in deze realiteit onnatuurlijk aan voor de New Kids. Wellicht omdat ze in de loop der tijd steeds meer uit hun natuurlijk habitat getrokken zijn, van de plantsoenen in het lullige Maaskantje naar de decors van mainstream horror- en actiefilms. Ook de timing van de scènes en de montage zijn niet altijd even soepel.

De mimiek en matjes van de acteurs blijven echter ook tijdens de zwakkere momenten genoeg voor een grijns. Origineel is het grove geweld, gedrenkt in halve liters Schultenbrau, niet meer te noemen, het werkt nog steeds prima op de lachspieren.

Haars en van der Kuil laten geen mogelijkheid tot politieke incorrectheid onbenut. Iedereen moet er aan geloven: Chinezen, Friezen, homoseksuelen, mensen met het Down-syndroom, de Bond tegen het Vloeken, de politie, en vooral de jongens zelf natuurlijk. Op de momenten dat ze de grenzen van het extreme opzoeken zijn ze nog steeds op hun best, zoals ooit in de sketches op televisie.