Leonardo DiCaprio brak op 18-jarige leeftijd door dankzij zijn eerste serieuze rollen in This Boy’s Life en What's Eating Gilbert Grape (beide 1993) en verwierf een status als superster dankzij kaskraker Titanic (1997). De films die op de ‘Leo-mania’ volgden waren niet van al te hoge kwaliteit, tot Martin Scorsese zijn nieuwe muze castte in Gangs of New York (2002).

De feiten
Geboren: 11 november 1974, Hollywood, California, VS.
Actief als: acteur, producent.

Eerste film: Critters 3 (1991).

Prijzen: werd driemaal genomineerd voor een Oscar , voor Blood Diamond (2006), The Aviator (2004) en What's Eating Gilbert Grape ( 1993); ontving zeven Golden Globe-nominaties, waarvan hij er één, voor The Aviator, verzilverde; won op het Filmfestival van Berlijn in 1997 de Zilveren Beer voor zijn hoofdrol in Romeo + Juliet (1996).

Beste film
Revolutionary Road (2008), Sam Mendes’ tragedie over de illusies van de Amerikaanse suburb. DiCaprio en Kate Winslet – voor het eerst weer samen sinds Titanic – spelen een jong stel dat droomt van een groots, mondain leven in Parijs, maar verder dan een doodsaaie, kleurloze buitenwijk in Connecticut komen ze niet. Het is vooral Winslet die imponeert – een blik in haar ogen is al genoeg om de wanhoop en verslagenheid van haar personage te voelen – maar te midden van al dat acteergeweld blijft DiCaprio knap overeind.

Slechtste film
The Man in the Iron Mask. Zijn dubbelrol als Louis XIV en diens tweelingbroer in de avonturenfilm van Randall Wallace leverde hem de Razzie Award voor 'slechtste filmkoppel' op. DiCaprio werd neergesabeld in de Amerikaanse media, voornamelijk vanwege zijn irritante ‘Valley Boy’-accent en vlakke spel. Al moet gezegd worden dat uit de meeste recensies uit die tijd ook een grote aversie tegen zijn status als tieneridool spreekt.

Handelsmerk
DiCaprio is vooral een kieskeurig acteur.  Sinds Hollywood aan zijn voeten ligt speelde hij slechts in 11 films, bar weinig voor iemand van zijn kaliber. Maar DiCaprio’s belangrijkste handelsmerk blijft natuurlijk zijn babyface. Soms zijn grootste handicap, maar ook een aantal keer perfect uitgebuit, zoals in Catch Me If You Can. De rol van de charmante, onschuldig ogende meesteroplichter Frank Abagnale Jr. was hem op het lijf geschreven.

DiCaprio in Cannes ter promotie van de klimaatdocu The 11th Hour

DiCaprio over DiCaprio
‘Ik realiseerde mij nooit dat acteren een realistische optie was. Ik dacht dat het een geheime club was, waar slechts een kleine groep uitverkorenen lid van kon worden. Ik zou misschien wel hier en daar een commercial kunnen doen, maar een echte carrière als acteur? Vergeet het maar. Ik dacht echt dat ik als marinebioloog zou eindigen.’
(Timesonline.co.uk, 2009)

‘In het begin van je carrière heb je niet altijd de kans om de films te maken waar je ook echt een band mee hebt. Na Titanic heb ik wat tijd vrijaf genomen om mijn eigen accu op te laden. Ik dacht: je hebt nu een geweldige kans gekregen, wat ga je er mee doen? Ik heb nu een naam die ervoor kan zorgen dat films gefinancierd worden. Daar wilde ik niet al te lichtzinnig mee omgaan. Ik wilde wachten tot ik echt het idee had dat ik iets wezenlijks kon bijdragen.’
(The Guardian , 2008)

‘Acteur willen zijn komt voor 100% voort uit de behoefte om geliefd te zijn en geaccepteerd te worden door de mensen om je heen. Elke acteur die zegt dat dat niet zo is, liegt.’
(Timesonline.co.uk, 2009)

(Over zijn sterstatus na Titanic) ‘Ik heb in die tijd de angst gehad dat die gekte nooit meer over zou gaan. Het was sterker dan alles. Al die stukken over mijn zogenaamde leven. Al die foto's overal. Er ontstaat een parallel leven. Alsof iemand anders jouw hoofd en lijf heeft gestolen en daarmee aan de haal gaat. (…) Glamour hoort bij film, is er onlosmakelijk mee verbonden. Daar heb ik ook geen problemen mee. Maar wanneer de glamour alles overheerst, blijft er niets over. Dan is er aan het einde van de dag alleen leegte.’
(de Volkskrant, 2007)

‘Ik denk dat cinema de grootste moderne kunstvorm is. Geen schilderij kan er voor zorgen dat ik er twee uur lang naar wil staren, geen schilderij geeft mij de ervaring die een film wel biedt.’
( Timesonline.co.uk, 2009)

(over Hollywood) ‘Ik hou mijn hart vast voor de toekomst. De Hollywoodmachine spuwt steeds vaker kopieën van kopieën uit . Het wordt alsmaar moeilijker om intelligente projecten van de grond te krijgen . Het wereldje gaat zich helemaal opsplitsen. Intelligente blockbusters à la Blood Diamond en Body of Lies - mijn vorige twee films - hebben het de laatste jaren niet goed gedaan aan de kassa. Dat zorgt ervoor dat de studio's alleen nog maar willen investeren in breinloos entertainment. Moeilijkere films zoals Revolutionary Road zullen we alleen nog maar kunnen maken met piepkleine arthousebudgetten.’ 
(Cinenews.be, 2009)

‘Het is belangrijk voor mij om films te maken die een debat uitlokken. Maar die zijn moeilijk te vinden en ze worden niet altijd gemaakt door de regisseurs waar ik mee samen zou willen werken. Ik vind het geweldig om films als Body of Lies of Blood Diamond te maken, want als je bezig bent met zaken die van belang zijn in de wereld, wordt je zoveel enthousiaster.’
(The Times, 2008)