In de nieuwe serie Zuidas speelt Mark Rietman een topadvocaat. Een gesprek met de acteur over moeilijke mannen, drift en kunnen drijven op het acteren.

Mark Rietman (Amsterdam, 1960) is maar een paar minuten te laat, maar hij excuseert zich toch. Iets met zijn fiets. We zijn bij café-restaurant De Plantage, de voormalige tv-studio waar Pauw en De wereld draait door werden opgenomen. Rietman bestelt thee en blijkt een goedgemutste prater die puntig formuleert, maar soms ook zinnen niet afmaakt en ze laat verwaaien, ins Blaue hinein.

Hij komt dezer dagen vaak voorbij op tv rond het achtuurjournaal in een ABN AMRO-reclame. Daarin is hij ‘ons kent ons’, een have die met zijn vrienden, ook haves, uit eten gaat. Als ‘de pot’ niet kan betalen, redt Rietman de situatie door mobiel te bankieren. Krijgt hij veel reacties? ‘Neuh. Ik zit niet in het segment van de BN’ers, mensen kennen mijn gezicht soms wel, maar weten vaak niet waarvan. “Maar wáár ken ik u dan van?” krijg je dan. Nou, ik zat in Oud geld. Nee, niet gezien. Vuurzee? Nee niet gezien. Blijkbaar vond de bank het wel leuk om die man te vragen die Rijkman Groenink speelde.’ Rietman doelt op het toneelstuk De prooi, naar het gelijknamige boek van Jeroen Smit. Daarin speelde hij de archetypische kille bankier, verzakelijkt tot in zijn nieren.

Ook in Zuidas speelt Rietman een topman. Hij is advocaat Rudolf van de Sande Grinten, met Christine Meijer (Annet Malherbe) founding partner van een groot kantoor aan de Zuidas. ‘Ik speel iemand die vanuit geboorte, ambitie en talent het beste advocatenkantoor van Nederland wilde hebben, wat hem  ook gelukt is. Maar hij is wel een one-trick pony, er is verder weinig in zijn leven. Hij heeft een geblokkeerde relatie met zijn zoon, die hij graag bij hem in de zaak wil, zonder te zien wat de jongen zelf wil. Zijn huwelijk is een soort bedrijfje geworden, zoals dat vaak gaat. En dan overkomt hem iets wat het klassieke is-that-all-there-is-moment veroorzaakt. Dat zet bij hem een zoektocht in gang, naar de relatie met zijn zoon en ook naar zichzelf. Waar heb ik mijn hele leven op gewed, en is dat in tijden van crisis genoeg?’

Poëzie

Tegenover de doorgewinterde Meijer en Van de Sande Grinten staat nieuwkomer Sabia (Jouman Fattal). ‘Sabia komt binnen op de Zuidas met goede bedoelingen en een sterk rechtvaardigheidsgevoel. Haar ontwikkeling in de serie is tegengesteld aan de zijne: terwijl zij de kant op gaat van de harde ambitie, gaat Van de Sande Grinten juist de zachte kant op.’

Rietman werd in de jaren negentig bekend door de tv-series Het pleidooi, waarin hij een officier van justitie was, en Oud geld, waarin hij bankier Kiet Bussink speelde, een iconische rol waarvoor hij twee keer een Gouden Beeld won. Meer recent speelde hij een advocaat in Race van Het Nationale Theater, waaraan hij sinds 2011 verbonden is, en ook in The Little Foxes van datzelfde gezelschap speelde hij een financiële man. Plus De prooi en nu dus Zuidas: allemaal bankiers en advocaten. De types die ons de financiële crisis in hielpen. Kille, gesloten ego’s. Onsympathiek. Gaat dat niet de keel uithangen? ‘Ik moet daar wel een beetje voor waken. Op toneel speel ik ook heel andere rollen, maar voor televisie word je al gauw steeds voor hetzelfde gevraagd. Mensen vinden mij wel een baas. Dat komt door mijn uiterlijk, mijn lengte, het soort hoofd, ik heb niet een avontuurlijk eh… Het is je print, denk ik. Zelf ben ik totaal niet cynisch. Ik geloof in de poëzie. Al staat er wel een schermpje omheen bij mij.’

De mannen die Rietman neerzet, houden veel in, met hier en daar een uitbarsting. Dat geeft spanning, die de kijker voelt en die Rietman ook tot een spannende acteur maakt. Wat doet hij daarmee als de camera uitgaat? ‘Ik neem het wel een beetje mee het leven in. Al helpt het spelen zelf om spanning te laten afvloeien. Ik ben ook wel een spaarder. Te lang gespaard en te driftig eruit; het overkwam me onlangs nog in een toneelproductie. Wel vanuit betrokkenheid, maar ik vind het soms lastig om maat te houden en de juiste toon te vinden. Op mijn dagelijkse ritje naar de repetities bij Het Nationale Theater in Den Haag rijd ik door de natuur. Dan denk ik altijd: oh, ik moet daar wandelen! Maar ik doe het nooit.’

Geklooi

Hoewel Rietman een succesvol acteur is, met een Louis d’Or en verschillende andere prijzen en nominaties op zijn naam, wilde hij in de periode na zijn scheiding, twaalf jaar geleden, stoppen met acteren. Waarom? ‘Op de achtergrond schemerde bij mij altijd de gedachte: waarom doe ik dit eigenlijk? Ineens had ik er genoeg van. Maar tijdens mijn afscheidsvoorstelling veranderde er gek genoeg iets. Juist door te besluiten iets anders te gaan doen, ging de druk eraf en kwam er weer ruimte. Nooit meer over stoppen nagedacht.’ Het acteren zat er bij hem al vroeg in. ‘Ik was de paljas van de klas en speelde op de lagere school in toneelstukjes. Daarna volgde een hele stille puberteit. Ik sloeg helemaal naar binnen. Ook toen was toneel mijn reddingsboei. Spelen is echt noodzakelijk voor mij. Als tegenhanger voor mijn serieuze kant.’ Hij houdt zijn handen boven zijn hoofd als een dakje en trekt zijn hoofd in. ‘Ik heb last van een zekere zwaarte. Dat absurde leven ook waarin we zitten. Wat moeten we hier, wat doen we hier nou éigenlijk? Mijn vader was ook een driftkikker. Hij viel het gezin ermee lastig – zelf probeerde ik dat te vermijden. Toen ik ooit Nachtwake speelde van Lars Norén, een beetje Virginia Woolfachtig stuk met veel ruzie, kwam hij kijken. Ik speelde, ook toen, een driftige man. Kwaaie dronk, en een slecht huwelijk dat werd uitgevent. Na afloop was hij totaal geëmotioneerd. Volgens mij had hij naar zichzelf zitten kijken. Het is zo’n mooi vak wat jij hebt, zei hij tegen me, jij kent al die emoties en daardoor kun jíj ze hanteren. Het mooie van theater is dat je mensen iets kunt geven. Door de emoties, het drama en het geklooi dat het leven is op toneel te zetten laten we zien: daarin ben je niet alleen.’

De serie start zondag 1 april op NPO 3, 21.15-22.10 uur

Meer over Zuidas