In 1982 speelde Glenn Close op toneel een vrouw die zich in negentiende-eeuws Ierland uitgeeft voor een man. Dertig jaar later speelt Close de hoofdrol in de filmversie: Albert Nobbs.

Het is 1982 en Glenn Close is nog geen bekende actrice. Sterker nog, ze heeft in nog geen enkele bioscoopfilm gespeeld als ze in New York auditie doet voor het toneelstuk The Singular Life of Albert Nobbs. De eerste auditie verprutst ze. Dat weet ze zelf ook en halverwege zegt ze tegen Simone Benmussa, de regisseur van het stuk : ‘Ik vind het saai wat ik doe, dus dat zal u ook wel vinden. Ik denk dat ik maar eens naar huis ga.’

Maar, zo vertelt ze bijna dertig jaar later tegen The New York Times: ‘Die avond werd ik gebeld door mijn agent die vertelde dat ze wilden dat ik terugkwam omdat mijn opstappen het interessantste was wat ze die dag hadden meegemaakt.’

En die tweede ronde is ze beter. Ze krijgt de hoofdrol in dit Off-Broadway-stuk over een vrouw die zich in negentiende-eeuws Ierland uitgeeft voor man, de bediende Albert Nobbs.

Close zal snel daarna doorbreken dankzij films als The Big Chill (1983), Fatal Attraction (1987) en Dangerous Liaisons (1988), maar Albert Nobbs is ze nooit vergeten.

Het is september 2011 en Glenn Close is een van de Hollywoodsterren op het filmfestival van Toronto. Ze is daar om de filmversie van Albert Nobbs te presenteren. Eindelijk. Ze heeft vijftien jaar met het project lopen leuren, maar niemand in Hollywood wilde er geld in steken.

Hoog in een vijfsterrenhotel legt Close aan een handjevol journalisten uit waarom ze nooit opgaf: ‘Omdat ik verhalen wil vertellen waardoor ik geïnspireerd ben geraakt. Verhalen die mensen emotioneel zullen aanspreken. Ik ben ervan overtuigd dat kunst mensen kan veranderen. Soms voor een paar uur, soms een paar dagen. En grote kunst kan je blijvend veranderen.’

Wat heeft u veranderd?
Glenn Close: ‘De schilderijen van Monet, sommige schilderijen van Chinese landschappen, bepaalde klassieke muziek. Die hebben de manier waarop ik denk en kijk blijvend veranderd.’

Waarom werd u verliefd op Albert Nobbs?
‘Omdat ik, toen ik haar op toneel speelde, merkte hoe krachtig haar verhaal was en hoe het publiek er door aangedaan was. Net als ikzelf, trouwens. Door die intense eenzaamheid. Albert vermomde zich om te kunnen overleven. Ze werd in haar jeugd misbruikt, had geen geld, geen naam, geen baan, en besloot dat de schuchtere bediende Albert haar uitweg was. Ze koos ervoor onzichtbaar te zijn in een baan waarin je onzichtbaar moet zijn. Maar dan ontmoet ze iemand die zich net als zijzelf ook verkleedt als man, en die haar laat zien dat je je niet een leven lang hoeft te verstoppen.’

U praat over Albert als een zij, geen hij.
‘Ze is geen transseksueel . Ik denk nooit aan haar als een hij. Ze is verkleed als man, maar voelt zich altijd nog vrouw. Maar die iets te grote schoenen, die te lange broek en lage stem zijn wel haar tweede natuur geworden.’

Het duurde even voordat u het geld vond. Waarom was dat zo moeilijk, met uw cv?
‘Het is een heel ander verhaal, ver verwijderd van de doorsnee Hollywoodformule, en daar worden ze zenuwachtig van. Ik ging hun kantoor ook niet binnen verkleed als Albert Nobbs, waardoor het moeilijk voor hen was om zich voor te stellen hoe Albert eruit zou zien.’

Ging er veel tijd zitten in het vinden van het juiste uiterlijk voor Albert?
‘Toen ik haar op toneel speelde gebruikten we geen make-up. Het was heel minimalistisch allemaal , maar dat kan in het theater. In film werkt zoiets niet. Het mocht niet zo zijn dat ik er overduidelijk uitzie als een verklede vrouw, waardoor alle andere personages idioten worden omdat ze dat niet doorhebben. Dat zie je vaker in films, en daar heb ik altijd een enorme hekel aan gehad.’

In de humoristische scène op het strand draagt ze even vrouwenkleren, maar ziet ze er juist uit als een verklede man...
‘Alleen door vrouwenkleren te dragen wordt ze nog geen vrouw. Ze was al dertig jaar Albert. Ze is simpelweg vergeten hoe je je als vrouw beweegt.’

Regisseur van Albert Nobbs is Rodrigo García. Waarom hij?
‘Ik speelde in zijn eerste twee films: Things You Can Tell Just by Looking at Her en Nine Lives. Ik ben gek op hem als schrijver [García is de zoon van Nobelprijswinnaar Gabriel García Márquez, GB] en hij is erg goed met vrouwenrollen. Hij had ook de klasse en het zelfvertrouwen om altijd heel open te staan voor mijn ideeën. Hij verzekerde me : “Ik wil jouw film maken.” Dat kwam goed uit, want ik bemoeide me van de eerste letter in het script tot en met de laatste dag van monteren met de film.’

Heeft u ooit overwogen zelf te regisseren?
‘Nee, dat zou te veel worden.’

Het duurde lang voordat u de film kon maken. Was u geobsedeerd?
‘Soms wel. Ik heb me ook regelmatig afgevraagd of ik het bijltje er niet beter bij neer kon gooien. Maar het antwoord was altijd nee .’

Welke rollen uit uw carrière, naast Albert, zijn u het dierbaarst?
‘Markies De Merteuil in Dangerous Liasons; en Eleonora van Aquitanië in onze versie van The Lion in Winter was ook erg fijn.’

Twee sterke vrouwen, net als Albert eigenlijk...
‘Ik denk niet dat mijn man dat ook zou zeggen, maar ik geloof dat ik best sterk ben. Niet dat mijn man er niets van begrepen heeft, haha, maar ik heb deze business dertig jaar overleefd, dus ergens moet ik wel sterk zijn.’ 

Meer over Albert Nobbs