De Russische Tigerkandidaat Gromozeka van Vladimir Kott (1973) gaat over drie mannen in een midlifecrisis. Alle drie worstelen ze met zichzelf en zo ontstaan vreemde, komische en lastige situaties. Vlak voor de wereldpremière van Gromozeka is Kott zijn stem kwijt: ‘allemaal door de zenuwen.’

Idee?
‘Ik geloof dat je geen film kan maken, zonder zelf te hebben meegemaakt wat je vertelt. Ik heb zelf een midlifecrisis gehad. Dat gaf de inspiratie om een film te maken over de drie mannen in de film. Een midlifecrisis is een moment van realisatie, waarin je jezelf belangrijke vragen stelt. Het overkomt deze mannen van in de veertig eigenlijk te laat. In Rusland ontstaan midlifecrisissen rond je dertigste.’

Invloeden?
‘De Russische filmtraditie beïnvloedt mij vanzelfsprekend. Ik dacht altijd dat Stalker van Andrej Tarkovski zwart-wit was, omdat wij thuis geen kleuren televisie hadden. Toen ik de film later in kleur zag, was dat een ware culturele shock voor mij.

Absurde situaties?
‘Het leven zit vol absurditeit. Het valt voor anderen misschien niet zo op, maar ik zie het altijd en overal. Hoe wij hier nu zitten bijvoorbeeld en hoe we elkaar proberen te begrijpen; we spreken elkaars taal niet, ik heb geen stem en je schrijfblok is wel helemaal volgeschreven.’
    ‘Het feit dat de hoofdpersonages zich veel in de lift begeven is geen toeval. Ik vind de lift erg belangrijk. Ik zie het als een ruimte waarin mensen even helemaal zichzelf zijn . Net zoals de mannen uit de film praat ik veel tegen mezelf in de lift, zeker als er een spiegel is.’

Ambities?

‘Ik wil vooral door blijven gaan met het maken van films, maar wel over hele andere onderwerpen. Ik ben bezig met een nieuw script. Ik ga zo naar de coffeeshop om verder te werken.’

Filmen in Rusland?

‘Films maken in Rusland is zoals films maken in elk ander land. De problemen zijn hetzelfde. Het duurde twee jaar om deze film te maken. Ik ben geduldig als het gaat om het verkrijgen van een goed resultaat. Al met al was het proces erg leuk . Als je er niet van houdt moet je het niet doen.’